Gedichten. Deel 4(1905)–Nicolaas Beets– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 8] [p. 8] Bij het open graf van Daniël Chantepie de la Saussaye, Theol. Dr. en Prof. Te laat gekend, te vroeg bezweken, Voor die hem kenden alles waard, Daalt hier een sterveling ter aard, Die na zijn dood nog lang zal spreken. Een geest op 't hoogste doel gericht, Aan kennis rijk en rijk aan krachten, Vol van diepzinnige gedachten, En door een hooger geest verlicht. Een hart vol Ernst, als 't hart moet zijn Van hen, die naar den Vrede jagen En, in de gisting onzer dagen, Het heilge schiften van zijn schijn. Een hart, voor niets of niemand koud, Fijnvoelend, eerlijk, edelaardig, Voor tegenstanderen rechtvaardig, En voor zijn vrienden, trouw als goud. Beween, gij Kerk en Vaderland! School, die zoo kort hem hebt bezeten! Dien rijken geest, dat rijp verstand: Mijn hart zal nooit dat hart vergeten. Vorige Volgende