Verbeteringen en aanvullingen
Blz. 124*, 7e r. van onder, in H, lees in W. |
blz. 146*, 2, 1e r., lees tekst. |
blz. 148*, 1, voeg bij: VI, 24, lees: nakennisse. |
blz. 148*, 3, bij VI, 70, lees: als c; ibid. i.p.v. VII, 196, lees VII, 106. |
blz. 148*, 4, bij VII, 124, lees: Zie blz. 55*, 2e r., en blz. 47, 39. |
blz. 6, comm., 49, 3e r., lees wiens. |
blz. 8, app., 15, lees: boven het folio in B, enz. |
blz. 9, comm., 5, laatste r., lees: III, 11, 13. |
blz. 12, app., 40 lees om. HW. |
blz. 13, comm., 4, 3e laatste r., lees V, 1. |
blz. 15, comm., 27, 4e laatste r., lees HW. |
blz. 17, comm., 11, lees Eischingen. |
blz. 19, app., 30, lees: ... H; eischinge] ershende H. |
blz. 19, comm., 34, laatste r., lees... 361, ouerbrake. |
blz. 19, comm., 35, 4e r., lees afkortingsteeken. |
blz. 21, app., 58, lees... HW gheuoedt] enz. |
blz. 21, comm., 63, 4e laatste r., lees uut. |
blz. 23, app., 79, lees 80 allene] enz. |
blz. 24, comm., 10, lees Dat wesen. |
blz. 25, app., 30, lees gelijc. |
blz. 28, app., 2, lees 3 <wercs> enz. |
blz. 28, 4, menschelicheit] enz. hoort bij 5 op de volgende blz. |
blz. 31, comm., laatste regel., lees Ruusbroec. |
blz. 33, app., 73, lees uerledecht]. |
blz. 36, app., 139, al] enz., lees al] als W; da<t> es] enz. |
blz. 37, comm., 150, lees 151. |
BIJLAGE I. - Daar het Hs. bij de verbetering der proeven niet kon geraadpleegd worden, zijn pas bij een latere nieuwe collatie de volgende, meest uit G overgenomen verkeerde lezingen opgemerkt:
blz. 43, 12, sed nunc, voeg bij ut pedibus. |
blz. 43, 16, hoc, lees hujus. |
blz. 44, 11, lees exsecutione. |
blz. 44, 25, lees quatinus. |
blz. 44, 30, lees aliquociens. |
blz. 45, 6, lees humili. |
blz. 45, 12, lees per humillime subjectionis officium. |
blz. 45, 28, schrab reapse. |
blz. 45, in de voetnota, lees glorie ob re (ob met abl.) B. |
blz. 46, 12, na circumscripta heeft B een vraagteeken. |
blz. 46, 22, lees ultra. |
blz. 46, 25, quamdam, lees quodammodo. |
blz. 46, 2, dominus, lees deus. |
blz. 46, 3, corporalis, voeg bij etiam. |
blz. 46, 4 bis, lees qua. |
blz. 46, 9 bis, pre, lees ut pre. |
blz. 47, 21, verwijder de haakjes bij incircumscripte, en de nota aan den voet der blz. |
blz. 47, 22, na caritatem, voeg bij saperet vel adverteret vel in ore sonaret, nec caritas nihil in opere preter caritatem. |
blz. 47, 22, autem, lees etiam. |
| |
blz. 47, 24, lees madesceret et. |
blz. 47, 30, lees superfluentum. |
blz. 47, 32, auscultare, het Hs. heeft, verkeerd, asscultare. |
blz. 47, 35, accidit, voeg bij ut. |
blz. 47, 39, lees velud inpulsa. |
blz. 47, 40, vel, lees aut. |
blz. 47, 3, lees agnovit i.p.v. agnoscit, en illud i.p.v. illius. |
blz. 47, 5, lees foras. |
blz. 47, 14, lees velud. |
blz. 48, 18, lees sentiente. |
blz. 48, 23, furor, lees fervor. |
blz. 48, 33, lees lecto. |
blz. 48, 35, domini, lees dei. Na discrimine, voeg bij a domino. |
blz. 48, 39, lees amminicula. |
blz. 48, 1, lees amoris gradus. |
blz. 48, 4, cordis, voeg bij sui. |
blz. 48, 6, lees velud. |
blz. 48, 14, voeg een dubbel schuin streepje bij na requiem ten teeken van een nieuwe foliozijde. |
blz. 49, 19, statum, voeg bij mentem. |
blz. 49, 20, lees extulerit. |
blz. 49, 35, ne, lees non. |
blz. 47, 37, dominatrix, voeg bij omnium. |
blz. 49, 4, potest, lees posset. |
blz. 49, 5, verbo, lees verbis. |
blz. 49, 12, lees frequentaverit. |
blz. 49, 13, pertransiens, lees et ea pertransiens. |
blz. 50, 25, contingebant, het Hs heeft, verkeerd, contingebat. |
blz. 50, 26, lees contemplationum. |
blz. 50, 36, personare, lees resonare. |
blz. 50, 39, caritatis, lees carceris. |
blz. 50, 47, meditando, voeg bij revolvere |
blz. 50, 50, lees grassari. |
blz. 50, 51, ne, lees nec. |
blz. 50, 62, relinquo. |
blz. 50, 63, secundumque, voeg bij caritatis. |
blz. 67, begerlicheit, te plaatsen achter begerlike 2o. |
blz. 68, bringen, te plaatsen vóór brudegom. |
|
|