Behoefte om te schokken
Een niet zeer aantrekkelijk verhaal, maar men zal moeten toegeven, dat het met het leven van Hermans weinig heeft uit te staan. Toch komen wij wel wat te weten over het zieleleven van de auteur. Wij herkennen in zijn stug, soms wat grijs proza dezelfde behoefte om te schokken, die wij reeds in zijn gedichten opmerkten, dezelfde minachting - typerend voor deze jonge schrijver - voor de gevoeligheden van zijn lezers, maar tevens is dit verhaal duidelijk ook een reactie op de gruwelijkheden van de oorlog, de achtergrond welke de conceptie van deze roman geïnfluenceerd moet hebben. De schrijver voelde zich, zoals zovele andere jonge mensen ‘losgeslagen’ en hij getuigde daarvan in zijn werk, zich zo tegelijk te weer stellend op de voor hem enig mogelijke positieve wijze.
Hermans' roman kan men beschouwen als een van veel bravoure getuigende uitdaging, tevens als een grap, een satire, die echter ondanks aardige vondsten en enkele zeer treffende passages niet volledig geslaagd is, voornamelijk omdat het verhaal te veel is uitgesponnen. Als novelle zou het stellig een veel betere indruk maken, zoals Du Perron zijn jeugdverhalen, waaraan dit boek enigszins doet denken, nooit te lang maakte. Dan zou men zich ook niet hebben bekommerd om het gebrek aan psychologische verantwoording van de figuren, die ook ideeën blijken te hebben over de nutteloosheid van het leven, maar die wij ons toch onmogelijk als mensen kunnen voorstellen. Had Hermans zich meer tot de anecdote beperkt, zijn vondst Onitah te balsemen, dan had hij geen twijfel gewekt over de wijze waarop hij zijn werk beschouwd wil hebben en dan zou onze belangstelling, die ongeveer in het midden, waar hij de ontknoping wel zeer traag voorbereidt, verslapt, voortdurend levendig zijn gebleven. Tegelijk zou hij dan tal van logische fouten en onbeholpenheden, waar wij ons nu aan stoten, hebben kunnen vermijden. Toch kan men Conserve van een tenslotte nog zeer jeugdige