| |
| |
| |
Bibliografie
In deze bibliografie zijn die werken opgenomen welke in de tekst zijn genoemd zonder vermelding van titel, plaats en jaar van uitgave. Het is dus geen volledige lijst van geciteerde werken. Men raadplege dus tevens de tekst, inclusief de bibliografische aantekeningen.
Het was niet de bedoeling, een complete bibliografie in dit boek te verwerken. Voor het vinden van recente literatuur gebruike men met name de Bibliografie van de Nederlandse taal- en literatuurwetenschap (BNTL) en het tijdschrift Dokumentaal; in het laatste wordt ook regelmatig informatie verstrekt over lopend onderzoek.
| |
Gebezigde afkortingen
ANT |
Archief voor Nederlandsche Taalkunde |
FdL |
Forum der Letteren |
LB |
Leuvens(ch)e Bijdragen |
LT |
Levende Talen |
NANT |
Nieuw Archief voor Nederlandsche Taalkunde |
NNT |
Nieuw Nederlandsch Taalmagazijn |
NTg |
De Nieuwe Taalgids |
NZ |
Noord en Zuid |
OE |
Ons Erfdeel |
SdL |
Spiegel der Letteren |
SN |
Studia Neerlandica |
TB |
Taalkundige Bijdragen |
Tg |
De Taalgids |
TL |
Taal en Letteren |
TLB |
De Taal- en Letterbode |
TM |
Taalkundig Magazijn |
Ts |
Tijdschrift voor Nederlands(ch)e Taal- en Letterkunde |
TT |
Taal en Tongval |
VMVA |
Verslagen en Medede(e)lingen van de (der) Koninklijke Vlaams(ch)e Academie voor taal- en letterkunde |
WZUB |
Wissenschaftliche Zeitschrift der Universität Berlins |
| |
| |
Aarsleff, H., 1967 The study of language in England 1780-1860. Princeton, 1967. |
Aarsleff, H., 1969 The study and use of etymology in Leibniz. In: Heinekamp en Wiluckí, Studia Leibnitiana, suppl. vol. 3. Akten des Intern. Leibniz-Kongresses. Hannover 1966. 3 dln. Wiesbaden, 1969, 173-189. |
Adelung, J.C., 1781 Deutsche Sprachlehre. Berlijn, 1781. |
Adelung, J.C., 1782 Umständliches Lehrgebäude der deutschen Sprache. Leipzig, 1782 (heruitg. Hildesheim, 1971). |
Adriani, J., 1819 De prosodist of woordenlijst voor de uitspraak. Groningen, 1819 (18272). |
Alberdingk Thijm, J.A., 1847 De Nederduitsche spelling in haar beginsel, haar wezen en eischen beschouwd. Utrecht, 1847. |
A[lewijn], Z.H., 1766 Verdediging van den nominativus absolutus met verwerping van den ablativus. In: Nieuwe bydragen 1763-1766. 1766, 339-372. |
Alston, R.C., 1964 English grammars in Dutch and Dutch grammars in English; a supplement. In: English Studies 45 (1964), 389-394. |
Alston, R.C., 1965 A bibliography of the English language from the invention of printing to the year 1800. Vol. 1: English grammars written in English. Leeds, 1965. |
Anslijn Nz., N., 1808 Aanleiding ter vervaardiging van schriftelijke opstellen... gevolgd naar de derde Hoogduitsche uitgave van J.C. Dolz, I. Voorafgaande oefeningen en redekunde. Leiden, 1808. |
Anslijn Nz., N., 1814 Nederduitsche spraakkunst voor eerstbeginnenden. Leiden, 1814. |
[Anslijn Nz., N.,] 1817-1819 Rudimenta of gronden der Nederduitsche taal. 2 dln. Leiden-Deventer-Groningen, 1817-1819. |
Arbuckle, J., 1970 Schleicher and the linguistics/philology dichotomy; a chapter in the history of linguistics. In: Word 26 (1970), 17-31. |
Arendt, G.-H., 1965 Die satirische Struktur des mittelniederländischen Tierepos ‘Van den vos Reynaerde’. Keulen, 1965. |
Arens, H., 1955 Sprachwissenschaft. Freiburg, 1955 (19692, 19743). |
Arndt, E., 1965 Diachronie und Synchronie in Jacob Grimms ‘Deutscher Grammatik’. In: WZUB 14 (1965), 479-488. |
Arndt, H.W., 1966 Die Entwicklungsstufen von Leibniz' Begriff einer Lingua Universalis. In: Das Problem der Sprache (ed. H.G. Gadamer). Heidelberg, 1966, 71-79. |
Arnold, R.F., 1875 Ansiedlungen und Wanderungen deutscher Stämme. Marburg, 1875. |
Asakura, S., 1949 The Dutch language in four weeks. Tokio, 1949. |
Asakura, S., 1956 The first step to the Dutch language. Tokio, 1956. |
Asakura, S., 1959 The Dutch language; collection of 6000 words. Tokio, 1959. |
Ausems, Th.W.A., 1953 Klank- en vormleer van het dialect van Culemborg. Assen, 1953. |
Axters, S., 1961 Voor de voortzetting van het Middelnederlandsch woordenboek. In: VMVA 1961, 105-161 en 289-290. |
Bach, A., 1952-1953 Deutschen Namenkunde. I. Die deutsche Personennamen. 2 dln. Heidelberg, 1952-1953. |
Bach, A., 1953-1954 Deutschen Namenkunde. II. Die deutsche Ortsnamen. 2 dln. Heidelberg, 1953-1954. |
Bach, A., 1969 Deutsche Mundartforschung. Heidelberg, 19693. |
Baes, P., 1884 Duitsch en Dietsch. Iseghem, 1884. |
| |
| |
Bakel, J.J.A. van, 1958 De vaktaal van de Nederlandse klompenmakers. Assen, 1958. |
Bakel, J.J.A. van, 1963 Kleine atlas van de klomperij in Nederland en Vlaams België. Amsterdam, 1963. |
Bakel, J. van, 196821 E. Rijpma en F.G. Schuringa, Nederlandse spraakkunst, bewerkt door J. van Bakel. Groningen, 196821 (196922). |
Bakel, J. van, 1973 A → B/X-Y. Fonologie van het Nederlands, synchroon en diachroon. Nijmegen, 1973 (typoscript; in druk Utrecht, 1976). |
Bakker, D.M., 1968 Samentrekking in Nederlandse syntactische groepen. Leiden, 1968. |
Bakker, D.M., 1974 Zinnen als reeksen: een vergelijkende standpuntbepaling. In: NTg 67 (1974), 265-278. |
Bakker, D.M., 1975 Aanloopmoeilijkheden. In: NTg 68 (1975), 180-185. |
Barnouw, A.J., 1942 Intervocalic -d- in standard Dutch. In: The Germanic Review 17 (1942), 81-93. |
Barnouw, A., 1969 Monthly letters on the culture and history of the Netherlands. Assen, 1969. |
Bateman, J.J., 1971 The text of Erasmus' De recta Latini Graecique sermonis pronuntiatione dialogus. In: Acta conventus Neo-Latini Lovaniensis; proceedings of the first international congress of Neo-Latin studies, Louvain 23-28 August 1971. Leuven-München, 1973, 49-75. |
Baudler, G., 1970 ‘Im Worte sehen’. Das Sprachdenken J.G. Hamanns. Bonn, 1970. |
Baumann, H.H., 1971 Die generative Grammatik und Wilhelm von Humboldt. In: Poetica 4 (1971), 1-12. |
Bausch, K.H., 1973 Soziolekte. In: Lexik on der germanistischen Linguistik. Tübingen, 1973, 254-262. |
Bax, D., 1952 Hollandse en Vlaamse schilderkunst in Zuid-Afrika. Hollandse en Vlaamse schilderijen uit de zeventiende eeuw in Zuid-Afrikaans openbaar bezit. Amsterdam-Kaapstad-Pretoria, 1952. |
Bax, D., 1967 Jeroen Bosch en de Nederlandse taal. In: Jheronimus Bosch. Bijdragen bij gelegenheid van de herdenkingstentoonstelling te 's-Hertogenbosch. 's-Hertogenbosch, 1967, 61-71. |
Becker, K.F., 1841 Organism der Sprache. Frankfurt a. M., 1827 (18412). |
Beckering Vinckers, J., 1864 Een orthographische e-legie of Dr. L.A. te Winkel's e-spelling en uitspraak der Gotische ai, naar aanleiding van haar strijd tegen de gewestelijke uitspraak en zekere verschijnselen in een paar Ravennatische oorkonden uit de 6de en 7de eeuw, taalvergelijkend beschouwd. Kampen, 1864. |
Bédier, J., 1928 La tradition manuscrite du Lai de l'ombre. Réflexions sur l'art d'éditer les anciens textes. In: Romania, Tome 54, 57e Année (1928), 161-196 en 321-356. |
Beers, J. van, 1852 Nederduitsche spraekleer ten gebruike van hooge-, middelbaere-, en normale scholen etc. Antwerpen, 1852 (Lier, 18563). |
Beersmans, F., 1973 Phonologisch-grapheologische Korrespondenztests zum Niederländischen mit Deutsch als Ausgangssprache. In: Werner H. Veith en Frans Beersmans, Materialien zur Rechtschreibung und ihrer Reform. Beihefte. Neue Folge 10 der Zeitschrift für Mundartforschung (1973), 131-189. |
Beets, N., 1840 Proeve eener etymologie der woorden die huid beteekenen. In: TM 3 (1840), 391-404. |
Beets, N., 1842 Tweede proeve van etymologie. In: TM 4 (1842), 95-110. |
| |
| |
Behaegel, P., 1843 Verhandeling over de Vlaemsche spelkunst. Brugge, 1843. |
Bellaard, D.H.G., 1904 Gert van der Schueren's Teuthonista of Duytschlender. Lexicographische onderzoekingen en klankleer.'s-Hertogenbosch, 1904. |
Belle, J. van, 1748 Korte wegwyzer, ter spel- spraak- en dichtkunden.Tót gemak voor 't geheugen van ouden en jongen, in Neederduitse dichtmaate, op 100 bladzyden gesteld. Haarlem, 1748. |
Belle, J. van, 1755 Korte schets der Néderduitse spraakkonst .... Haarlem, 1755. |
Beneš, B., 1958 W. von Humboldt, J. Grimm, A. Schleicher, ein Vergleich ihrer Sprachauffassungen.Winterthur, 1958. |
Benfey, Th., 1965 Geschichte der Sprachwissenschaft und orientalischen Philologie in Deutschland seit dem Anfange des 19. Jahrhunderts, mit einem Rückblick auf die früheren Zeiten. München, 1869 (repr. New York-Londen, 1965). |
Benware, Wilbur A., 1974 The Study of Indo-European Vocalism in the 19th Century, from the Beginnings to Whitney and Scherer. Amsterdam, 1974. |
Berg, B. van den, 1938 Oude tegenstellingen op Nederlands taalgebied. Leiden, 1938. |
Berg, B. van den, 1975 Lambert ten Kate's ‘Gemeenlandsche Dialect’. In: Spel van zinnen; album A. van Loey. Brussel, 1975, 299-304. |
Berger, D., 1956 Deutschen Namenkundevon Adolf Bach. Registerband, bearbeitet von Dieter Berger. Heidelberg, 1956. |
Bergh, L.Ph.C. van den, 1831 Bespiegelingen over den aard en de ontwikkeling onzer taal. Leiden, 1831. |
Bergh, L. Ph. G. van den, 1837 Opgaaf van geschriften over en in Nederduitsche provinciaal-dialecten. In: TM 2 (1837), 195-202. |
Bergman, J.T., 1851 Verslag van het bij de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde, te Leiden, weleer verrigtte, ter vervaardiging van een Algemeen Omschrijvend Woordenboek der Nederlandsche Taal, gedurende de jaren 1770-1796. In: Handelingen ... van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde 1851, 97-124 (daaruit enigszins vermeerderd overgenomen in: ANT 3 (1851-1852), 213-250). |
Bergman, J.T., 1867 Proeve eener geschiedenis van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden. In: Bijdragen tot de geschiedenis van de Maatschappij der Nederlandsche letterkunde te Leiden, 1766-1866; gedenkschrift uitgegeven ter gelegenheid van het eerste eeuwfeest. Leiden, 1867, 123-218. |
Bernet Kempers, A.J., 1965 Voornamen. Hoe komen we eraan? Wat doen we ermee?Utrecht-Antwerpen, 1965. |
Bertelsen, H., 1915-1929 Danske Grammatikere fra Midten af det syttende til Midten det attende Aarhundrede. Kopenhagen, 1915-1929. |
Betlem, D., 1969 Een korte geschiedenis van de taalwetenschap. In: Raster 3 (1969), 126-152. |
Bezoen, H.L., 1948 Taal en volk van Twente. Assen, 1948. |
Bieler, L., 1958 The grammarians craft. New York, z.j. [1958]. |
Bierwisch, M., 1966 Strukturalismus, Geschichte, Probleme und Methoden. In: Kursbuch 5. Frankfurt a.M., 1966, 77-152. |
Bierwisch, M., 1971 Modern linguistics. Its development, methods and problems. In: Janua Linguarum. Series minor 110. Den Haag-Parijs, 1971. |
Bilderdijk, W., 1805 Verhandeling over de geslachten der naamwoorden in de Nederduitsche taal. Amsterdam, 1805 (18182). |
Bilderdijk, W., 1820 Van het letterschrift. Rotterdam, 1820. |
| |
| |
Bilderdijk, W., 1820-1823 Taal- en dichtkundige verscheidenheden. 4 dln. Rotterdam, 1820-1823. |
Bilderdijk, W., 1822 Geslachtlijst der Nederduitsche naamwoorden, op stellige taalgronden gevestigd. 2 dln. Amsterdam, 1822. |
Bilderdijk, W., 1824-1825 Nieuwe taal- en dichtkundige verscheidenheden. 4 dln. Rotterdam, 1824-1825. |
Bilderdijk, W., 1826 Nederlandsche spraakleer. 's-Gravenhage, 1826. |
Bilderdijk, W., 1831 Beginsels der woordvorsching. Leeuwarden, 1831. |
Bilderdijk, W., 1832-1834 Verklarende geslachtlijst der Nederduitsche naamwoorden, op stellige taalkunde gevestigd. 3 dln. Amsterdam, 1832-1834. |
Bilderdijk, W., 1855-1856 Taalkundige opstellen. In: NANT 1855-1856, 205-221. |
Bilderdijk, W., 1875 Voorlezingen over de Hollandsche taal ..., uitgeg. door A. de Jager. Arnhem, 1875. |
Billiet, R., 1955 Toponymie van Herne. Brussel, 1955. |
Bird, R.B., en W.Z. Shetter, 1963 Een goed begin. A contemporary Dutch reader. I. Texts. II. Notes, grammatical sketch, vocabulary. 's-Gravenhage, 1963. |
Bjerrum, M., 1959 Rasmus Rasks afhandlinger om det danske sprog. Kopenhagen, 1959. |
Blair, H., 1832-1837 Lessen over de redekunst en fraaije letteren, of voorschriften over taal, stijl, welsprekendheid en dichtkunst. Naar het Engelsch ... vertaald door Herrn. Bosscha en thans op nieuws uitgegeven door B.H. Lulofs. 3 dln. Groningen,1832-18373. |
Blok, P.J., 1895-1896 De geschiedenis van den oorsprong onzer Maatschappij. In: Handelingen ... van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde 1895-1896, 51-84. |
Bloomfield, L., 1933 Language. Londen, 1933. |
Bo, L. de, 1869 Kleine Nederduitsche spraakkunst voor Vlamingen. Brugge, 1869 (18745). |
Bo, L. de, 1873 Westvlaamsch idioticon. Brugge, 1873 (Gent 18922 bewerkt door J. Samyn; fotomech. herdruk Handzame, 1970). |
Bo, L. de, 1888 Deken De Bo's Kruidwoordenboek, uitgegeven door J. Samyn. Gent, 1888 (fotomech. herdruk Handzame, 1971). |
Bodammer, Th., 1969 Hegels Deutung der Sprache. Hamburg, 1969. |
Boekenoogen, G.J., 1897 De Zaansche volkstaal. Leiden, 1897 (met aanvullingen door G.J. Boekenoogen en K. Woudt opnieuw uitgegeven. Zaandijk, 1971 (2 dln)). |
Boer, W. den, 1957 ‘Subjectivisme’ als methode in de klassieke filologie. In: Tussen kade en schip. Den Haag, 1957, 18-44. |
Boersma, U.J., 1960 De syntaxis in het moedertaalonderwijs op de lagere school. Een historische en experimentele terreinverkenning. Met bijlagen. Groningen, 1960. |
Boileau, A., 1954 Enquête dialectale sur la toponymie germanique du nord-est de la province de Liège. Tome I. Introduction, glossaires toponymiques. Luik, 1954. |
Boileau, A., 1971 Toponymie dialectale germano-romane du nord-est de la province de Liège. Analyse lexicologique et grammaticale comparative. Parijs, 1971. |
Bolhuis, L. van, 1793 Beknopte Nederduitsche spraakkunst...; in het jaar 1792 met den gouden eerprijs bekroond, en uitgegeven, door de Nederlandsche Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen. Leiden-Deventer-Groningen, 1793 (17992, 18033; 's-Hertogenbosch, 180442). |
Bols, J., 1891 Geene kolen - gene kooien. Gent, 1891. |
| |
| |
Bomer, A., 1895 Ausgewählte Werken des Münsterischen Humanisten Johannes Murmellius. Münster, 1895. |
Bomhoff Hzn., D., 1854 Uitspraak der letters in de Nederlandsche taal. Zutphen, 1854. |
Bondzio, W., 1965 Jacob Grimm und die neuhochdeutsche Schriftsprache. In: WZUB 14 (1965), 471-478. |
Bont, A.P. de, 1958 Dialekt van Kempenland, meer in het bijzonder d'Oerse taal. Deel 2. Vocabularium. Assen, 1958. |
Bont, A.P. de, 1962 Dialekt van Kempenland, meer in het bijzonder d'Oerse taal. Deel 1. Klank- en vormleer en enige syntaktische bijzonderheden. Assen, 1962. |
Booij, G.E., 1971-1972 Lambert ten Kate als voorloper van de TG-grammatica. In: Spektator 1 (1971-1972), 74-78 (met reactie van Ton van der Geest op blz. 160-161). |
Borst, A., 1957-1963 Der Turmbau von Babel. 4 din. Stuttgart, 1957-1963. |
Bosch, J.H. van den, 1895 Over het oude en het nieuwe taal-onderwijs. In: TL 5 (1895), 187-212. |
Bosdijk, J.F., 1844 Korte uitspraakleer der Nederduitsche taal, voor beoefenaars der mondelijke voordracht en voornamelijk voor onderwijzers en kweekelingen.Amsterdam, 1844. |
Botha, R.P., 1968 The function of the lexicon in transformational generative grammar. Den Haag, 1968. |
Botha, R.P., 1970 The methodological status of grammatical argumentation. Den Haag, 1970. |
Bots, H. (ed.), 1974 Pieter Rabus en De Boekzaal van Europe, 1692-1702 .... Amsterdam, 1974. |
Bouchery, H.F., 1944 Latijns che lexicographie der XVe en XVIe eeuw in de Nederlanden. In: De Gulden Passer 22 (1944), 63-81. |
Bougard, P., en M. Gysseling, 1970 L'impôt royal en Artois (1295-1302). Rôles du 100e et du 50e présentés et publiés avec une table anthroponymique. Leuven-Brussel, 1970. |
Bowers, F., 1970 Textual criticism. In: Thorpe 1970, 29-55. |
Boxer, C.R., 1968 Jan Compagnie in Japan 1600-1817. An essay on the cultural, artistic and scientific influence exercised by the Hollanders in Japan from the seventeenth to the nineteenth centuries. Tokio-Londen-New York, 1968. |
Brachin, P., 1973 Een in dubbel opzicht ‘vreemde’ constructie?In: NTg 66 (1973), 59-60. |
Branden, L. van den, 1956 Het streven naar verheerlijking, zuivering en opbouw van het Nederlands in de 16de eeuw. Gent, 1956 (herdr. Arnhem 1967). |
Brandt Corstius, H., 1974 Algebraïsche taalkunde. Utrecht, 1974. |
Brechenmacher, J.K., 1957-1963 Etymologisches Wörterbuch der deutschen Familiennamen. Limburg a.d. Lahn, 1957-1963. |
Breen, J.C., 1916 Zacharias Henric Alewijn. Een Amsterdamsch regent uit de tweede helft der achttiende eeuw. In: Handelingen van het 8e Nederlandsche Philologencongres (1916), 168-190. |
Brekle, H.E., 1971 Die Idee der generativen Grammatik in Leibnizens Fragmenten zur Logik. In: D. Wunderlich (ed.), Probleme und Fortschritte der Transformationsgrammatik. München, 1971, 300-309. |
Breugelmans, R., 1968a De Nederlanders en Vlamingen in Kanada. Historische premissen. In: OE 11 (1968), 1, 113-124. |
Breugelmans, R., 1968b Integratie, taal- en kultuurbewustzijn bij de nederlands-vlaamse etnische groep in Kanada. In: OE 11 (1968), 3, 29-39. |
| |
| |
Breugelmans, R., 1968c Nederlandse en Vlaamse bijdragen tot het Kanadese leven. In: OE 11 (1968), 4, 80-86. |
Breymann, H., 1973 Die phonetische Literatur von 1876-1895. Eine bibliographisch-kritische Übersicht. Leipzig, 1897 (herdr. Hildesheim, 1973). |
Brill, W.G., 1846 Hollandsche spraakleer. Leiden, 1846 (herdr. als Nederlandsche spraakleer ten gebruike bij inrichtingen van hooger onderwijs. I. Klankleer, woordvorming, aard en verbuiging. Leiden, 18492, 18603, 18714). |
Brill, W.G., 1852 Nederlandsche spraakleer ten gebruike bij inrichtingen van hooger onderwijs. II. Leer van den volzin (syntaxis). Leiden, 1852 (18632, 18813). |
Brill, W.G., 1857 Over het wezen der voornaamwoorden. In: NNT 4 (1857), 37-51. |
Brill, W.G., 1860 Brief aan Dr. L.A. te Winkel over de definitie van het werkwoord. In: Tg 2 (1860), 245-250. |
Brill, W.G., 1861 Over het beginsel bij de onderscheiding der woordsoorten in acht te nemen. In: Tg 3 (1861), 257-269. |
Brill, W.G., 1866 Over drieërlei tijdperk in de geschiedenis der menschheid. In: Verslagen en Mededeelingen van de Koninklijke Nederlandsche Akademie van Wetenschappen, afd. Letterkunde, 10e deel. Amsterdam, 1866, 11-29. |
Broekhuysen, J., 1950 Studies over het dialect van Zelhem in de graafschap Zutfen. Groningen, 1950. |
Broekman, J.M., 1973 Strukturalisme. Moskou-Praag-Parijs. Amsterdam, 1973. |
Brouwer, J.H., 1941 Joost Hiddes Halbertsma, Fries taalkundige (1789-1869). Assen, 1941. |
Brouwers, A.P.J., 1957 De vlasserij in het Nederlands van de eerste helft der twintigste eeuw. Nijmegen, 1957. |
Brown, R.L., 1967 Wilhelm von Humboldt's conception of linguistic relativity. 's-Gravenhage, 1967. |
Brücke, E., 1856 Grundzüge der Physiologie und Systematik der Sprachlaute. Wenen, 1856. |
Bruggencate, K. ten, 1900 Inleiding tot de klankleer. Groningen, 1900. |
Brugsma, B., 1840 Nederduitsche taalkunde. Aanvankelijk onderwijs in het redekundig ontleden. Groningen, 1840 (18482). |
Bruining, G., 1820 Nederduitsche synonymen. 2 dln. Rotterdam, 1820. |
Brunot, F., 1927 Histoire de la langue française des origines à 1900. Tome 2: Le seizième siècle. Parijs, 19272. |
Bruyel, H., 1901 Het dialect van Elten-Bergh. Utrecht, 1901. |
Buck, H. de, 1930 De studie van het Middelnederlandsch tot in het midden der 19de eeuw. Groningen-Den Haag, 1930. |
Buck, H. de, 1952 De Nederlandsche taalkunde tijdens de eerste levensjaren van de Maatschappij. In: Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandsche letterkunde 1950-1951. Leiden, 1952, 21-32. |
Buitenrust Hettema, F., 1889 Het Nederduitsch glossarium van Bern. Leiden, z.j. [1889]. |
Buitenrust Hettema, F., 1895 Over naamvallen. In: TL 5 (1895), 37-71, 247-264 (herdr. in: Buitenrust Hettema 1908, 153-208). |
Buitenrust Hettema, F., 1900 Grammaire raisonnée. In: TL 10 (1900), 25-30, 407-417. |
Buitenrust Hettema, F., 1908 Taal- en dicht erstudies. Zwolle, 1908. |
Buitenrust Hettema, F., 1910 Van den Vos Reynaerde. II. Inleiding - aantekeningen - glossarium, door F. Buitenrust Hettema. Zwolle, z.j. [1910]. |
Buitenrust Hettema, F., 1914 Oude glossen en hun beteekenis. Gent, 1914. |
| |
| |
Bumann, W., 1965 Die Sprachtheorie Heymann Steinthals. Meisenheim am Glan, 1965. |
B[urman, F.,] 1757 Eenige aenmerkingen de Nederduitsche tael aengaende. Utrecht, 1757 (17582; 17683 onder de titel Eenige aanmerkingen, de Nederduitsche taal en verscheidene oudheden aengaende. Eerste deel). |
[Burman, F.,] 1761 Eenige nieuwe aenmerkingen, de Nederduitsche taal en verscheidene oudheden aengaende. Utrecht-Amsterdam, 1761 (Utrecht, 17682 met toevoeging Tweede deel). |
Bursill-Hall, G.L., 1971 Speculative grammars of the Middle Ages: the doctrine of ‘Partes orationis’ of the modistae. 's-Gravenhage, 1971. |
By-dragen 1760-1762 Tael- en dicht-kundige by-dragen (2 din.). Leiden, 1760-1762. |
Cameron, K., 1961 English place-names. Londen, 1961. |
Carnoy, A., 1953 Origines des noms de familles en Belgique. Leuven, 1953. |
Caron, W.J.H., 1947 Klank en teken bij Erasmus en onze oudste grammatici. Groningen-Batavia, 1947 (heruitg. in: Caron 1972, 1-128). |
Caron, W.J.H., 1952 De reductievocaal in het verleden; een beschouwing over mededelingen van Lambert ten Kate en Petrus Montanus aangaande de uitspraak van den zwakbeklemtoonden klinker in het Nederlands. Groningen-Djakarta, 1952 (heruitg. in: Caron 1972, 129-146). |
Caron, W.J.H., 1953a Christiaen van Heule, De Nederduytsche grammatica ofte spraec-konst, uitgegeven, ingeleid en toegelicht door W.J.H. Caron. Groningen-Djakarta, 1953 (Groningen, 19712). |
Caron, W.J.H., 1953b Christiaen van Heule, De Nederduytsche spraec-konst ofte tael-beschrijvinghe, uitgegeven, ingeleid en toegelicht door W.J.H. Caron. Groningen-Djakarta, 1953 (Groningen, 19712). |
Caron, W.J.H., 1958 Petrus Leupenius, Aanmerkingen op de Neederduitsche taaleen Naaberecht, uitgegeven, ingeleid en toegelicht door W.J.H. Caron. Groningen, 1958. |
Caron, W.J.H., 1962 Hendrik Laurensz. Spiegel, Twe-spraack - Ruygh-bewerp - Kort begrip - Rederijck-kunst, uitgegeven door W.J.H. Caron. Groningen, 1962. |
Caron, W.J.H., 1964 Petrus Montanus, De Spreeckonst, uitgegeven en ingeleid door W.J.H. Caron. Groningen, 1964. |
Caron, W.J.H., 1967 Wat is een lijdend voorwerp? In: FdL 8 (1967), 1-12 (heruitg. in: Caron 1972, 167-178). |
Caron, W.J.H., 1971 Vondels uitspraak. Amsterdam, 1971. |
Caron, W.J.H., 1972 Klank en teken; verzamelde taalkundige studies. Groningen, 1972. |
Casimir, R., en J.E. Verheyen (eds.), 1937-1941 Paedagogische encyclopaedie. Groningen, 1937-1941. |
Cassirer, E., 1923 Die Kantischen Elemente in Wilhelm von Humboldts Sprachphilosophie. In: J. Binder (ed.), Festschrift für Paul Hensel-Erlangen. Greiz, 1923. |
Castellani, A., 1957 Bédier avait-il raison? La méthode de Lachmann dans les éditions de textes du Moyen Age. Freiburg, 1957. |
Ceuleneer, A. de, 1909 Pieter Willems, zijn leven en zijne werken. In: Jaarboek der Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde 23 (1909), 213-337. |
Claes, F., 1967-1968 Latijnse woordenboeken en het ontstaan van de lexicografie in de volkstaal. In: Hermeneus 39 (1967-1968), 228-238. |
| |
| |
Claes, F., 1970a De bronnen van drie woordenboeken uit de drukkerij van Plantijn: het Dictionarium tetraglotton (1562), de Thesaurus Theutonicae linguae (1573) en Kiliaans eerste Dictionarium Teutonico-Latinum (1574). Tongeren, 1970. |
Claes, F., 1970b Ontwikkeling van de Nederlandse lexicografie tot 1600. In: Ts 86 (1970), 102-126. |
Claes, F., 1970c De benaming van onze taal in woordenboeken en andere vertaahverken uit de zestiende eeuw. In: Ts 86 (1970), 288-301. |
Claes, F., 1971 Lijst van Nederlandse woordenlijsten en woordenboeken, gedrukt tot 1600. In: De Gulden Passer 49 (1971), 130-229 (afzonderlijke herdruk te Nieuwkoop, 1974). |
Claes, F., 1972a Het Tetraglotton van 1562, opnieuw uitgegeven door F. Claes, F. de Tollenaere en J.B. Veerbeek. 's-Gravenhage, 1972. |
Claes, F., 1972b De Thesaurus van Plantijn van 1573, opnieuw uitgegeven met een inleiding van F. Claes. 's-Gravenhage, 1972. |
Claes, F., 1972c Kiliaans Etymologicum van 1599, opnieuw uitgegeven met een inleiding van F. Claes. 's-Gravenhage, 1972. |
Claes, F., 1972d Het woordenboek van Martin Binnart. In: Ts 88 (1972), 256-272. |
Claes, F., 1973 Plaats- en persoonsnamen bij Kiliaan. In: Naamkunde 5 (1973), 1-36. |
Claes, F., 1974 De uitgave van Kiliaans Etymologicum door G. van Hasselt (1777). In: NTg 67 (1974), 155-157. |
Claes, F., 1975 C. Kiliaan Dictionarium Teutonico-Latinum, mit einer Einführung von F. Claes, Hildesheim-New York, 1975. |
Cloeren, H.-J., 1971 Philosophie als Sprachkritik im 19. Jahrhundert. Textauswahl I, herausgegeben von Hermann-Josef Cloeren. Stuttgart, 1971. |
Cohen Stuart, A.B., 1872 F, S - V, Z: eene bijdrage tot de Nederlandsche uitspraakleer. In: TLB 3 (1872), 298-305. |
Colinet, Ph., 1896 Het dialect van Aalst. Eene phonetisch-historische studie. In: LB I (1896), 1-59, 99-206, 223-308. |
Cook, D.J., 1973 Language in the philosophy of Hegel, Den Haag-Parijs, 1973. |
Cornelissen, P.J., en J.B. Vervliet, 1899-1938 Idioticon van het Antwerpsch dialect (stad Antwerpen en Antwerpsche Kempen). Gent, 1899-1903. Aanhangsel. Gent, 1906. Bijvoegsel, door P.J. Cornelissen, 3 dln. Turnhout, 1936-1938. |
Corvez, M., 1971 Structuralisme. Utrecht-Antwerpen, 1971. |
Cosijn, P.J., 1867-1869 Nederlandsche spraakkunst. I Etymologie. II Syntaxis. Haarlem, 1867-1869. |
Cosijn, P.J., 1872-1873 De Oudnederlandsche psalmen. In: TLB 3 (1872), 25-48, 110-123, 257-269, en 4 (1873), 149-176. |
Cosijn, P.J., 1873 De Oudnederlandsche psalmen. Haarlem, 1873. |
Cosijn, P.J., 1875 [Recensie van] W.D. Whitney Taal en taalstudie (Haarlem, 1875; vgl. Whitney 1877-1881). In: TLB 6 (1875), 312-314. |
Cosijn, P.J., 1882 [Recensie van] Verdams Middelnederlandsch woordenboek. In: De Nederlandsche Spectator 23 dec. 1882, 416-417. |
Cosijn, P.J., 1896 De Oudnederfrankisehe psalmen. In: Ts 15 (1896), 316-323. |
Craigie, W.A., 1919 New dictionary schemes presented to the Philological Society, 4th April, 1919. In: Transactions of the Philological Society 1925-1930 (1931), 6-11. |
Cramer, B., 1773 De Geldersche trap der jeugd. In onderscheiding van die, door C. de Gelliers te Leeuwaarden eertyds opgesteld. Of grondige en nauwkeurige fundamentlegger der Nederduitsche spel- lees- schryf- en taal-konst. Z.p. ± 17732
|
| |
| |
(sedert Deventer 17876 De geheel vernieuwde en verbeterde Geldersche trap der jeugd. Leeuwarden, 188828). |
[Cuno, J.C.,] 1741 Neue holländische Grammatica... Nieuwe Hollands che grammatica... Amsterdam, 1741. |
Curtius, E.R., 1961 Europäische Literatur und lateinisches Mittelalter. Bern-München, 19613. |
Daan, J., 1950 Wieringer land en leven in de taal. Alphen aan den Rijn, 1950. |
Daan, J., en D.P. Blok, 1969 Van randstad tot landrand. Toelichting bij de kaart: Dialecten en naamkunde. Amsterdam, 1969. |
Daems, F., 1971 Paardekoopers syntactische opvattingen, een transformationele appreciatie. In: Le langage et l'homme 16 (1971), 16-33. |
't Daghet in den Oosten 1855-1902 Limburgs Idioticon. Verzamelingen dialectwoorden (‘woordenzangen’) van 1855 tot 1902 verschenen in het tijdschrift ‘'t Daghet in den Oosten’. Tot woordenboek omgewerkt door M. Maasen en J. Goossens. Tongeren, 1975. |
Dain, A., 1961 Les manuscrits. Parijs, 19612. |
Dale, J.H. van, 1868 Nederlandsche spraakkunst. Schoonhoven, 1868 (18712, 18743, 18774). |
Dam, C.F.A. van, en H. Th. Oostendorp, 1965 Gramatica Holandesa. Madrid, 19652. |
Damsteegt, B.C., 1976 Spelling and spelling reform in the Netherlands. In: Dutch Studies 2 (1976), 28-47. |
Dantzig, B. van, 1901 Phonetische woordenlijst der Nederlandsche taal. Groningen, 1901. |
Dauzat, A., 1951 Dictionnaire étymologique des noms de famille et prénoms de France. Parijs, 1951. |
Dauzat, A., en Ch. Rostaing, 1963 Dictionnaire étymologique des noms de lieux en France. Parijs, 1963. |
David, J.B., 1833-1835 Nederduytsche spraekkunst. I. Spelling en woordvorsching. |
Mechelen, 1833 (18395). II- Woordvoeging en prosodie. Mechelen, 1835 (18764). |
David, J., 1853-1854 Over de Bilderdijksche afwijkingen van het gewoon schrijf gebruik in Holland. In: ANT 4 (1853-1854), 305-336. |
Debrabandere, F., 1958 Kortrijkse persoonsnamen omstreeks 1400. Leuven-Brussel, 1958. |
Debrabandere, F., 1970 Studie van de persoonsnamen in de kasselrij Kortrijk 1350-1400. Fotomech. herdr. Handzame, 1970. |
Debrabandere, F., 1971 Van voornaam tot achternaam. Brugge, 1971. |
Derbolav, J., 1959 Hegel und die Sprache. In: H. Gipper (ed.), Festschrift Weisgerber. Düsseldorf, 1959, 56-86. |
Devos, M., en H. Ryckeboer, 1975 Het ‘Woordenboek van de Vlaamse dialekten’, een terreinverkenning met voorproef. In: TT 27 (1975), 131-167. |
Dibbets, G.R.W., 1968 Nederduitse orthographie van Pontus de Heuiter ( 1581); een inleiding. Assen, 1968. |
Dibbets, G.R.W., 1969 The coniugations in Englishe and Netherdutche van Thomas Basson. In: TT 21 (1969), 128-133. |
Dibbets, G.R.W., 1970a Jan Borrekens en Heyns' Cort Onderwijs. In: NTg 63 (1970), 394-395. |
Dibbets, G.R.W., 1970b Nogmaals Bassons Coniugations. In: TT 22 (1970), 149-150. |
Dibbets, G.R.W., 1970c Hexham en Dafforne. In: LB 59 (1970), 1-6. |
| |
| |
Dibbets, G.R.W., 1971 Rond Le Mayres The Dutch schoolemaster (Londen 1606). In: TT 23(1971), 3-14. |
Dibbets, G.R.W., 1972a Bewust taalgebruik in de zestiende eeuw: Jacob Walravens vertaling van The honourable reputation of a souldier (1586). In: LB 61 (1972), 134-148. |
Dibbets, G.R.W., 1972b Pontus de Heuiter Nederduitse orthographie, uitgegeven, ingeleid en toegelicht door G.R.W. Dibbets. Groningen, 1972. |
Dibbets, G.R.W., 1974a Grammatica's in Nijmegen. In: Dokumentaal 3 (1974), 7-8. |
Dibbets, G.R.W., 1974b De benamingen van de woordsoorten in oude Nederlandse grammatica's tot 1805. In: LB 63 (1974), 113-136. |
Dibbets, G.R.W., 1975 Spellingenquête uit 1583 ten nutte van de Twe-spraack. In: LB 64 (1975), 43-49. |
Diderichsen, P., 1960 Rasmus Rask og den grammatiske tradition. Kopenhagen, 1960. |
Diderichsen, P., 1966 HeIhed og Struktur. Kopenhagen, 1966. |
Dijck, J.J.E. van, 1958 Balthazar Huydecoper en Vondel; een hoofdstuk uit de geschiedenis der achttiende-eeuwse Vondelwaardering. In: Uit de school van Michels. Nijmegen, 1958, 76-116. |
Dik, S.C., 1969 Oppervlaktestruktuur en dieptestruktuur. In: FdL 10 (1969), 19-41. |
Dis, L.M. van, 1959 Schoolgrammatica en wetenschappelijke grammatica. In: LT 1959, 327-336 (heruitg. in: Van Dis 1969, 30-43). |
Dis, L.M. van, 1969 Acht lezingen. Amsterdam, 1969. |
Van Dis-Handleiding Dis, L.M. van, e.a. Didactische handleiding voor de leraar inde moedertaal. Amsterdam-Purmerend, z.j. |
Dols, W., 1953 Sittardse diftongering. Posthume uitgave verzorgd door J.C. van de Bergh. Sittard, 1953. |
Donders, F.C., 1870 De physiologie der spraakklanken. Utrecht, 1870. |
Donzé, R., 1971 La grammaire générale et raisonnée de Port-Royal. Bern, 19712 (19671). |
Doorn, Th.H. van, 1971 Terminologie van riviervissers in Nederland. Assen, 1971. |
Dorsten, J.A. van, 1961 Thomas Basson, 1555-1613. English printer at Leiden. Leiden-Londen, 1961. |
Dorsten, J.A. van, 1962 Poets, patrons, and professors. Leiden-Londen, 1962. |
Downs, B.W., 1936 Anglo-Dutch literary relations 1867-1900. In: The Modern Language Review 31 (1936), 289-346. |
Droege, G.B., 1972 Three semesters of Germanic personal name study for undergraduates. In: Names 20 (1972), 220-224. |
Droixhe, D., 1971 L'orientation structurale de la linguistique au XVIIIe siècle. In: Le français moderne 39 (1971), 18-32. |
Droste, F.C., 1964 Grondbeginselen van de Nederlandse grammatica. Den Haag, 1964 (19652). |
Duinhoven, A.M., 1970-1971 Elegast maakt zich bekend. Tekstkritiek op de Karel ende Elegast. In: SdL 13 (1970-1971), 81-111. |
Duinhoven, A.M., 1973 Reconstructie van ‘Karel ende Elegast’ r. 496-505. In: SdL 15 (1973), 211-219. |
Duinhoven, A.M., 1975 Bijdragen tot reconstructie van Karel ende Elegast. Deel I. Assen, 1975. |
Dupont, J., 1910-1922 Het dialect van Bree. Eene phonetisch-historische studie. In: LB 9 (1910-1911), 193-212; 12 (1914-1920), 135-186; 14 (1922), 33-168. |
| |
| |
Ecrevisse, P., 1850 Over de ontwikkeling der Nederduitsche tael- en letterkunde in de zuid-oostelyke Belgische provinciën onder het ryk der Nederlanden. In: Handelingen van het Nederlandsch Congres te Gent. Gent, 1850, 119-127. |
Eekhoff, W., 1855-1856 Wie en wat was de rector Johannes Hilarides? In: NANT 5 (1855-1856), 397-420 (met aanvulling door A. de Jager op blz. 480-481). |
Eijkman, L.P.H., 1900 La signification des mouvements de la mâchoire en parlant. Haarlem, 1900. |
Eijkman, L.P.H., 1902 Les mouvements du voile du palais. Haarlem, 1902. |
Eijkman, L.P.H., 1923-1924 Geschiedkundig overzicht van de klankleer in Nederland. In: NTg 17 (1923), 161-174, 225-243, 283-293, en 18 (1924), 17-33. |
Ekwall, E., 1936 The concise Oxford dictionary of English place-names. Oxford, 1936 (19604). |
Eldar, A.M., 1886 Spreken en zingen, in verband gebracht met de Nederlandsche taal. Tiel, 1886 (197637). |
Elemans, J.H.A., 1958 Woord en wereld van de boer. Een monografie over het dialect van Huisseling. Utrecht-Antwerpen, 1958. |
Elzevier, K., 1761 Drie dichtproeven .... benevens een proef van een nieuwe Nederduitsche spraekkonst. Haarlem, 1761. |
Endepols, H.J.E., 1955 Woordenboek of diksjenaer van 't Mestreechs. Maastricht, 1955 |
Engels, G., 1895 Over het gebruik van den conjunctief en de casus bij Maerlant. Groningen, 1895. |
Entjes, H. In Holland staat een huis. Niederländisch für Anfänger. Hilversum, z.j. |
Entjes, H., 1970 Die Mundart des Dorfes Vriezenveen in der niederländischen Provinz Overijssel. Groningen, 1970. |
Es, G.A. van, 1952 Principes en toepassing van de stilistische grammatica. In: Ts 70 (1952), 207-230. |
Es, G.A. van, en P.P.J. van Caspel (red.), 1971-1975 Publicaties van het archief voor de Nederlandse syntaxis. Reeks I: Syntaxis van het moderne Nederlands. 65 nrs. Groningen, 1971-1975. |
Evans, D. Ellis, 1962 Gaulish personal names. A study of some continental Celtic formations. Oxford, 1962 (19672). |
Evans, Ch. B., 1967a Wilhelm von Humboldts Sprachtheorie. In: German Quarterly 40 (1967), 509-517. |
Evans, Ch. B., 1967b Wilhelm von Humboldts Auffassung vom. Ursprung der Sprache. Ohio State University diss. 1967. |
Even, Edw. van, 1893 Een Latijnsch schoolboek, met Vlaamsche voorbeelden. In: Dietsche Warande 6 (1893), 376-380. |
Evers, A., 1967 [Recensie van] P.C. Paardekooper, Beknopte ABN-syntaksis. In: LT 1967, 543-545. |
Evers, A., 1971 Logische en psychologische interpretatie. In: NTg 64 (1971), 356-369. |
Eylenbosch, E., 1962 Woordgeografische studies in verband met de taal van het landbouwbedrijf in West-Brabant en aangrenzend Oost-Vlaanderen. Leuven, 1962. |
Fabião, L.C., 1965 O case de David Coriel com o Alemão. Coimbra, 1965. |
Feitsma, A. (ed.), 1965 Johannes Hilarides en syn Naamspooringen van het platte Friesk; tekst, kommentaer, bibliografy en registers; diel 1: Naamspooringen. Grins (=Groningen), 1965. |
Feitsma, A., 1966 Johannes Hilarides yn taelkundige polemyk. In: A. Feitsma (ed.), Johannes Hilarides en syn Naamspooringen van het platte Friesk; tekst,
|
| |
| |
kommentaar, bibliografy en registers; diel 2: Johannes Hilarides. Grins (= Groningen), 1966, 49-71. |
Feller, J., 1936 Toponymie de la commune de Jalhay. Luik, 1936. |
Fiesel, E., 1927 Die Sprachphilosophie der deutschen Romantik. Tübingen, 1927. |
Flou, K. de, 1887 Schets eener geschiedenis der Nederlandsche taal en der taalstudie in de Nederlanden. In: Nederlandsche dicht- en kunsthalle 1887, 101-103, 281-290, 325-333, 413-418 (niet voltooid). |
Flou, K. de, 1914-1938 Woordenboek der toponymie van Westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu. 18 dln. Gent, 1914-1938. |
Foerste, W., en K. Heeroma, 1955 Westfaalse en Nederlandse expansie. Amsterdam, 1955. |
Fokkema, K., 1935 De Friesche woorden bij Kiliaan. In: Ts 54 (1935), 210-235. |
Folqman, C., 1742 Grammatica hollandeza ... Lissabon, 1742 (18042). |
Fourquet, J., 1945 Le paradoxe de Bédier. In: Mélanges 1945 de la Faculté de Lettres de l'Université de Strasbourg. Tome II. Strasbourg, 1945, 1-16. |
Fowkes, R.A., 1964 The linguistic modernity of Jacob Grimm. In: Linguistics 8 (1964), 56-61. |
Francius, P., 1699 Gregorius Nazianzenus. Van de mededeelzaamheidt, uit het Grieks in het Nêerlands overgebragt door Petrus Francius .... Amsterdam, 1699. |
Franck, J., 1883 Mittelniederländische Grammatik mit Lesestücken und Glossar. Leipzig, 1883 (19102; repr. Arnhem, 1971). |
Franck, J., 1892 Etymologisch woordenboek der Nederlandsche taal. 's-Gravenhage, 1892. |
Frederiks, J.G., en F.J. van den Branden, 1891 Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde. Amsterdam, 18912. |
Frings, Th., 1926 Sprache. In H. Aubin, Th. Frings en J. Müller, Kulturströmungen und Kulturprovinzen in den Rheinlanden. Bonn 19261, 90-185, en Darmstadt, 19662, 94-189 (herdrukt in Frings, Th., Sprache und Geschichte. II. Halle-Saale, 1956, 40-146). |
Frings, Th., en J. van Ginneken, 1919 Zur Geschichte des Niederfränkischen in Limburg. In: Zeitschrift für deutsche Mundarten 3-4 (1919), 97-208. |
Frings, Th., en J. Vandenheuvel, 1921 Die südniederländischen Mundarten. Texte, Untersuchungen, Karten. Teil I, Texte. Marburg, 1921 (Walluf-Nendeln, 19742) (niet verder verschenen). |
Froger, J., 1968 La critique des textes et son automatisation. Parijs, 1968. |
Gaarenstroom, J.H., 1897 De klemtoon in de Nederlandsche taal. Culemborg, 1897. |
Gajek, B., 1967 Sprache beim jungen Hamann. Bern, 1967. |
Gallée, J.H., 1886 Register op tijdschriften over Nederlandsche taalkunde. Culemborg, 1886. |
Gamillscheg, E., 1934 Romania Germanica. Sprach- und Siedlungsgeschiehte der Germanen auf dem Boden des alten Römerreichs. Band I. Zu den ältesten Berührungen zwischen Römern und Germanen. Die Franken. Berlijn, 1934 (19702). |
Gamillscheg, E., 1938 Germanische Siedlung in Belgien und Nordfrankreich. Berlijn, 1938. |
Gaskell, Ph., 1972 A new introduction to bibliography. Oxford, 1972. |
Gedenkboek 1966 Gedenkboek bij het 200-jarig bestaan van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden, gevierd op 18, 20 en 21 mei 1966. Leiden, 1966. |
| |
| |
Geerts, G., 1965 Coornhert en de Twe-spraack, In: Ts 81 (1965), 261-269. |
Geerts, G., 1966 Genus en geslacht in de Gouden Eeuw. Een bijdrage tot de studie van de nominale klassificatie en daarmee samenhangende adnominale flexievormen en pronominale verschijnselen in Hollands taalgebruik van de zeventiende eeuw. Z.p., 1966. |
Geerts, G., 1974 Tweetaligheid binnen het Nederlands. Sociolinguïstische facetten van het Nederlands in Vlaanderen. In: OE 17 (1974), 645-660. |
Gelliers, C. de, 1640 Trap der jeugd ofte perfecte maniere om de jonge kinderen en oude personen met fondament te leeren lezen en schrijven. Leeuwarden, 1640 (vele herdrukken tot 1808). |
Gerretzen, J.G., 1940 Schola Hemsterhusiana; de herleving der Grieksche studiën aan de Nederlandsche universiteiten in de achttiende eeuw van Perizonius tot en met Valckenaer. Nijmegen-Utrecht, 1940. |
Gerritsen, W.P., 1963 Die wrake van Ragisel. Onderzoekingen over de Middelnederlandse bewerkingen van de Vengeance Raguidel, gevolgd door een uitgave van de Wrake-teksten. 2 dln. Assen, 1963. |
Gerritsen, W.P., 1967 Les relations littéraires entre la France et les Pays-Bas au Moyen Age. In: Actes du septième congrès national de la Société Française de littérature comparée. Parijs 1967, 28-46. |
Gerritsen, J., 1975 De tekst van Bredero's liedekens. In: Taal- en Letterkundig Gastenboek voor prof. dr. G.A. van Es. Groningen, 1975, 203-210. |
Gerth van Wijk, H.L., 1911 A dictionary of plant-names. Den Haag, 1911. |
Gessler, J., 1931 Het Brugsche Livre des mestiers en zijn navolging. Vier aloude conversatieboekjes om Fransch te leeren. Nieuwe uitgave bezorgd en ingeleid door J. Gessler. 6 dln. Brugge, 1931. |
Ginneken, J. van, 1913 Handboek der Nederlandsche taal. Deel 1. De sociologische structuur der Nederlandsche taal. Eerste boek. De locale taalkringen. Nijmegen, 1913 ('s-Hertogenbosch, 19282). |
Ginneken, J. van, 1935 Ras en taal. Amsterdam, 1935. |
Ginneken, J. van, 1954 Drie Waterlandse dialecten. Deel 1. Grammatica, phonologie, klankleer, bezorgd door A. Weijnen. Deel 2. De structuur van de woordenschat, bezorgd door M. van den Hombergh-Bot. Alphen aan den Rijn, 1954. |
Gipper, H., 1965 Wilhelm von Humboldt als Begründer moderner Sprachforschung. In: Wirkendes Wort 15 (1965), 1-19. |
Gledhill, J., 1974a Aspects of the development of Dutch consonantal spelling on the evidence of grammarians, lexicographers and the principal variants of printed books from the Middle Dutch to the present day. Londen, 1974 (onuitgegeven proefschrift). |
Gledhill, J., 1974b Applied linguistics in the seventeenth century, and the Dutch grammar of William Beyer, 1661, 1681. In: Gledhill 1974a (toevoeging; ook in: Dutch Studies 2 (1976), 1-17). |
Glinz, H., 1947 Geschichte und Kritik der Lehre von den Satzgliedern in der deutschen Grammatik. Bern, 1947. |
Gobbers, W., 1976 Publications on Dutch language and literature in languages other than Dutch, 1972-1973 (with additions to 1971). In: Dutch Studies 2 (1976), 173-230. |
Goemans, L., 1897-1898 Het dialect van Leuven. Eene phonetisch-historische studie. In: LB 2 (1897-1898), 1-76, 103-186, 219-324. |
| |
| |
Goemans, L., 1899-1901 Anthonius Sexagius' De orthographia linguae Belgicae, herdrukt en met inleiding en aanmerkingen voorzien. In: LB 3 (1899-1900), 167-245, en 4 (1900-1901), 65-123. |
Goemans, L., 1929 G. Bolognino. Een bijdrage tot de kennis van het Antwerpsch dialect in de XVIIe eeuw. In: Donum natalicium Schrijnen. Nijmegen-Utrecht, z.j. [1929], 600-605. |
Goemans, L., 1934 Nog over het bestaan van een Brabantsche gemeenschappelijke spreektaal in de XVIe eeuw. In: LB 26 (1934), 35-53. |
Goemans, L., 1936-1954 Leuvensch taaleigen. Woordenboek. Deel 1, Brussel, 1936. Deel 2, Tongeren, 1954. |
Goemans, L., 1946 Antonius Sexagius en de beteekenis van zijn ‘De orthographia linguae Belgicae’. In: Lode Baekelmans ter eere. II. Antwerpen, 1946, 138-143. |
Goossenaerts, J., 1956-1958 De taal van en om het landbouwbedrijf in het noordwesten van de Kempen. Gent, 1956-1958. |
Goossens, J., 1966 Laatste resten van Duits en Diets als benamingen voor de volkstaal in de Vlaamse dialecten. In: LB 55 (1966), 85-102. |
Goossens, J., 1968a Zur Geschichte der niederländischen Dialektologie. In: Germanische Dialektologie, uitgegeven door L.E. Schmitt. Wiesbaden, 1968. Deel 1, 180-208. |
Goossens, J., 1968b Proeve van een typologische kaart van de Zuidnederlandse vocaalsystemen. In: TT 20 (1968), 9-16. |
Goossens, J., 1968c Niederländische Mundartwörterbücher in Belgien. In: Mitzka 1968, 131-145. |
Goossens, J., 1968d Platdiets. In: Wetenschappelijke Tijdingen 27 (1968), 305-314. |
Goossens, J., 1968e Theodor Frings en de Nederlandse dialectologie. In: LB (bijblad) 57 (1968), 95-102. |
Goossens, J., 1969 Strukturelle Sprachgeographie. Eine Einführung in Methodik und Ergebnisse. Heidelberg, 1969. |
Goossens, J., 1971 Was ist Deutsch - und wie verhält es sich zum Niederländischen? In: Nachbarn 11 (1971), 9-30. |
Goossens, J., 1972 Inleiding tot de Nederlandse dialectologie. Tongeren, 1972 (overdruk uit Handelingen van de Commissie voor Toponymie en Dialectologie 44 (1970). |
Goossens, J., 1974a Historische en moderne taalgeografie. In: Van Loey en Goossens 1974, 14-34. |
Goossens, J., 1974b Die Erforschung der niederdeutschen Dialekte. In: Niederdeutsches Jahrbuch 97 (1974), 61-77. |
Goossens, J., G.H. Kocks en H. Entjes, 1969 Dialectindeling en structuurgeografie. Ingeleid door K. Heeroma. Groningen, 1969. |
Görlitz, P.K., 1835 Verhandeling over de naamvallen. In: TM I (1835), 1-16. |
Graaf, J.J., 1915 Nederlandsche doopnamen naar oorsprong en gebruik. Bussum, 1915. |
Greuve, F.C. de, 1853-1854 Beoordeeling van prof. T. Roorda's werk: Over de deelen der rede. In: ANT 4 (1853-1854), 357-410 en 425-480. |
Grigny, F., 1797 État des villes de la Gaule-Belgique avant le douzième siècle, avec des recherches étymologiques sur l'origine de leurs noms. In: Magasin encyclopédique 5 (1797) e.v. |
Gröhler, H., 1913-1933 Über Ursprung und Bedeutung der französischen Ortsnamen. 2 dln. Heidelberg, 1913-1933. |
Groot, D. de, 1868 Nederlandsche spraakleer. Arnhem, 1868 (18732, 18783, 18824). |
| |
| |
Groot, D. de, 1872 Nederlandsche spraakkunst. Groningen-Arnhem, 1872 (18774). |
Grootaers, L., 1908-1911 Het dialect van Tongeren. Eene phonetisch-historische studie. In: LB 8 (1908-1909), 101-257, 267-353, en 9 (1910-1911), 1-35, 121-181. |
Grootaers, L., 1950 Album aangeboden aan prof. dr. L. Grootaers, hoogleraar aan de Katholieke Universiteit te Leuven, bij zijn vijf en zestigste verjaring. Leuven, 1950. |
Grootaers, L., 1951 Vijf en twintig jaar Nederlandse toponymie en dialectologie in hoofdstukken geschetst. In: Handelingen van de Commissie voor Toponymie en Dialectologie 25 (1951), 72-84. |
Grootaers, L., en J. Grauls, 1930 Klankleer van het Hasseltsch dialect. Leuven, 1930. |
Grootaers, L., en K. Heeroma, 1956 Het dialectonderzoek in verleden en toekomst. Amsterdam, 1956. |
Grootaers, L., en G.G. Kloeke, 1926 Handleiding bij het Noord- en Zuid-Nederlandsch dialectonderzoek. 's-Gravenhage, 1926. |
Grosse, R., 1965 J. Grimm. Recht und Rechtlichkeit. In: WZUB 14 (1965), 491-494. |
Grubmüller, K., 1967 Vocabularius Ex quo. Untersuchungen zu lateinisch-deutschen Vokabularen des Spätmittelalters. München, 1967. |
Grue, Ph. la, 1684 Grammaire flamande .... Amsterdam, 1684 (17192; vanaf 1762 Grammaire hollandoise ...). |
Grue, Ph. la, 1688 Nouvelle grammaire flamande .... Nieuwe Nederduitsche spraakkonst .... Amsterdam, 1688 (17012). |
Gruijs, A., 1971 Codicologie of boekarcheologie. Een vals dilemma. Nijmegen, 1971. |
Gulya, J., 1965 Some 18th century antecedents of the 19th century linguistics. In: Acta Linguistica Academiae Scientiarum Hungaricae 15 (1965), 163-170. |
Gumbert, J.P., 1974 Schrift, codex en tekst. Een rondgang door paleografie en codicologie. Leiden, 1974. |
Gunnink, J., 1908 Het dialect van Kampen en omstreken. Kampen, 1908. |
Gysseling, M., 1950 Toponymie van Oudenburg. Brussel, 1950. |
Gysseling, M., 1954 Gent's vroegste geschiedenis in de spiegel van zijn plaatsnamen. Antwerpen, 1954. |
Gysseling, M., 1962 La genèse de la frontière linguistique dans le Nord de la Gaule. In: Revue du Nord 44 (1962), 5-37. |
Gysseling, M., 1965 Kenmerken van de Oudnederlandse persoonsnamen in de vroege Middeleeuwen. In: Frankisch, Merovingisch, Karolingisch. Assen, 1965, 63-75. |
Gysseling, M., 1966 Overzicht over de Noordnederlandse persoonsnamen tot 1225. Leuven-Brussel, 1966. |
Gysseling, M., 1969 Nederzettingsnamen in de Nederlanden, Noord-Frankrijk en Noord-West-Duitsland. In: Bijdragen en Mededelingen van de Commissie voor Naamkunde en Nederzettingsgeschiedenis van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen te Amsterdam 25 (1969), 5-35 (verbeterde vertaling: Die frankischen Siedlungsnamen. In: Petri 1973, 229-255). |
Gysseling, M., 1971 Een volkstelling te Oostakker en Meulestede in 1709. Leuven-Brussel, 1971 (ook in: Jaarboek Oost-Oudburg 9 (1971), 3-53). |
Gysseling, M., 1972 De verfransing in Noord-Frankrijk. In: Naamkunde 4 (1972), 53-69. |
Gysseiing, M., en P. Bougard, 1963 L'onomastique calaisienne à la fin du 13e siécle. Brussel-Leuven, 1963. |
| |
| |
Gysseling, M., en A.C.F. Koch, 1950 Diplomat a Belgica ante annum millesimum centesimum scripta. 2 dln. Tongeren, 1950. |
Haan, M.J.M. de, 1973 Enige aspecten van de tekstkritiek van Middelnederlandse teksten. Leiden, 1973. |
Haes, F. de, 1759-1760 Aenleiding tot de Nederduitsche dichtkunst of waernemingen omtrent het maken van Nederduitsche vaerzen. In: By-dragen 1 (1760), 137-152, 161-188, 445-481. |
Haes, F. de, 1764 Nederduitsche spraekkunst. In: De nagelaten gedichten, en Nederduitsche spraekkunst, van wylen den Heer Frans de Haes. Amsterdam, 1764. |
Hagen, A., en A. Vallen, 1975 De sociolinguistische studie van dialectstandaardtaal-situaties. Een literatuuronderzoek. Nijmegen, 1975 (gestencild). |
Hakvoort, B., 1702 Opregt onderwijs van de letterkonst. Deventer, 1702 (vele herdrukken tot ± 1817). |
Hall, jr., R.A., 1969 Some recent studies on Port-Royal and Vaugelas. In: Acta Linguistica Hafniensia 12 (1969), 207-233. |
Hamel, A.G. van, 1945 Geschiedenis der taalwetenschap. Den Haag, 1945 (19735). |
Handleiding 1855-1856 Beknopte handleiding voor de zinsontleding volgens Prof. Roorda. In: NANT 1855-1856, 113-148. |
Haselbach, G., 1966 Grammatik und Sprachstruktur. Berlijn, 1966. |
Havet, L., 1911 Manuel de critique verbale appliquée aux textes latins. Parijs, 1911. |
Hechtle, M., en M.J. Hartsen, 1954 30 Stunden Niederländisch für Anfänger. Berlijn-Schöneberg, 1954. |
Heeroma, K., 1935 Hollandse dialektstudies. Groningen, 1935. |
Heeroma, K., 1942 Etymologische aantekeningen I. In: Ts 61 (1942), 45-77. |
Heeroma, K., 1943 Iets over oude woordenboeken. In: Album René Verdeyen. Brussel-Den Haag, 1943, 239-252. |
Heeroma, K., 1963 Ter herdenking van Gesinus Kloeke. In: TT 15 (1963), 182-193. |
Heeroma K., 1967 Lambertus van Bolhuis als 18de-eeuws Groninger dialectoloog. In: Driemaandelijkse Bladen (nieuwe serie) 19 (1967), 98-125. |
Heeroma, K., 1968a Sprekend als Nederlandist. Den Haag, 1968. |
Heeroma, K., 1968b Brabants uit de 18de eeuw. De Meierijse woordenlijsten van J.L. Verster. Amsterdam, 1968. |
Heeroma, K., 1968c Mundartwörterbücher im Königreich der Niederlande. In: Mitzka 1968, 115-130. |
Heeroma, K., en H. Entjes, 1969 15 jaar Nedersaksisch instituut. Voordrachten... over Westfaalse expansie. Groningen, 1969. |
Heeroma, K., en K. Fokkema, 1961 Structuurgeografie. Amsterdam, 1961. |
Heeroma, K., en H.T.J. Miedema, 1972 Perspectief der doopboeken; proeve van een historische voornamengeografie van Groningen en aangrenzende gebieden. Assen, 1972. |
Heinimann, S., 1967 Zur Auffassung des Geschichtlichen in der historischen Grammatik des 19. Jahrhunderts. In: E. Walder e.a. (ed.), Festgabe Hans von Greyerz. Bern, 1967, 783-807. |
Heinsius, J., 1897 Klank- en buigingsleer van de taal des Statenbijbels. Groningen, 1897. |
Heintel, E., 1964 Joh. Gottfried Herder Sprachphilosophische Schriften, aus dem Gesamtwerk ausgewählt, mit einer Einleitung, Anmerkungen und Registern versehen von E. Heintel. Hamburg, 19642. |
Heintz, G., 1969 Point de vue. Leibniz und die These vom Weltbild der Sprache. In: Zeitschrift für deutsches Altertum und deutsche Literatur 98 (1969), 216-240. |
| |
| |
Helbig, G., 1971 Geschichte der neueren Sprachwissenschaft. München, 1971 (19732). |
Hellinga, W. Gs., 1938 De opbouw van de algemeen beschaafde uitspraak van het Nederlands. Amsterdam, 1938 (heruitgegeven in Hellinga 1968, 1-362). |
Hellinga, W. Gs., 1952 Van den vos Reynaerde. I. Teksten, diplomatisch uitgegeven naar de bronnen vóór het jaar 1500 door W.Gs. Hellinga. Zwolle, 1952. |
Hellinga, W.Gs., 1953 De drukgeschiedenis van het Epitalameon. In: Jan van der Noot, Epitalameon, oft houwelycx sanck voor Otto van Vicht en Cornelia van Balen (1583) (ed. W.A.P. Smit). Zwolle, 1953, 54-66. |
Hellinga, W.Gs., 1968 Bijdragen tot de geschiedenis van de Nederlandse taalcultuur. Arnhem, 1968. |
Hellinga, W.Gs., 1972 Kopij en druk in de Nederlanden. Atlas bij de geschiedenis van de Nederlandse typografie. Amsterdam, 1972. |
Helmholtz, H. von, 1863 Die Lehre von den Tonempfindungen als physiologische Grundlage für die Theorie der Musik. Braunschweig, 1863 (Hildesheim, 19687). |
Helsen, J., 1944 Toponymie van Noorderwijk. Brussel, 1944. |
Helten, W.L. van, 1873a Bestaat er in onze taal eene 00, uit eene oorspronkelijke ai? In: TLB 4 (1873), 299-303. |
Helten, W.L. van, 1873b Über die Wurzel lu im Germanischen. Rotterdam-Leipzig, 1873. |
Helten, W.L. van, 1875 Nederlandsche spraakkunst ten behoeve van onderwijzers en belangstellenden. I. De klinkers en medeklinkers. Rotterdam, 1875. |
Helten, W.L. van, 1877 Nederlandsche spraakkunst ten behoeve van onderwijzers en belangstellenden. II Iste en 2de deel: Het werkwoord in zijne vervoeging en afleiding. Rotterdam, 1877. |
Helten, W.L. van, 1877-1878 Kleine Nederlandsche spraakkunst. 2 dln. Rotterdam, 1877-1878. |
Helten, W.L. van, 1881 Vondel's taal. Vormleer en syntaxis. 2 dln. Rotterdam, 1881. |
Helten, W.L. van, 1882 Bijdrage tot een pragmatische geschiedenis der vaderlandsche-taalstudie in Nederland. Groningen, 1882. |
Helten, W.L. van, 1887 Middelnederlandsche spraakkunst. Groningen, 1887 (repr. Walluf, 1973). |
Helten, W.L. van, 1896 Een en ander over en naar aanleiding van de Oudnederlandsche psalmvertaling. In: Ts 15 (1896), 146-171 en 269. |
Helten, W.L. van, 1897 Nog een en ander over de Oudoostnederfrankische en de Middelfrankische psalmen. In: Ts 16 (1897), 72-79. |
Hendriks, J.V., 1880 Proeve van een woordenboek van Nederlandsche synoniemen. Deventer, 1880. |
Herde, H., 1971 J.G. Hamann. Bonn, 1971. |
Heremans, J.F.J., 1846 Beknopte Nederlandsche spraekleer, ten gebruike der scholen van middelbaer onderwijs. Gent, 1846. |
Herling, S.H.A., 1830 Die Syntax der deutschen Sprache. I. Frankfurt, 1830. |
Hermann, L., 1965 Jacob Grimm und die sprachtheoretischen Konzeptionen der französischen Aufklärung. In: WZUB 14 (1965), 447-453. |
Hermkens, H.M., 1964 Bijdrage tot een hernieuwde studie van Constantijn Huygens' gedichten. Nijmegen, 1964. |
Hermkens, H.M., 1973 Inleiding tot het zeventiende-eeuws. 's-Hertogenbosch, 1973. |
Herring, W., X967 Zweispaltige Stemmata. In: Phüologus 111 (1967), 170-185. |
| |
| |
Hertog, C.H. den, 1892-1896 Nederlandsche spraakkunst. Eerste stuk: De leer van den enkelvoudigen zin. Amsterdam, 1892 (19032). Tweede stuk: De leer van den samengestelden zin. Amsterdam, 1892 (19042). Derde stuk: De leer der woordsoorten. Amsterdam, 1896 (19032). Repr. H. Hulshof ed. Amsterdam, 1973. |
Hertog, C.H. den, 1904 Verspreide opstellen. Rotterdam, 1904. |
Hessels, W., 1866 Een nawoord over de theorie der taalwording. In: Tg 8 (1866), 81-107. |
Heukels, E., 1907 Woordenboek der Nederlandsche volksnamen van planten. Amsterdam, 1907. |
Heyse, J.C.A., 1838 Ausführliches Lehrbuch der deutschen Sprache, neu bearbeitet von K.W.L. Heyse. 2 dln. Hannover, 1838-1849. |
Heyse, K.W.L., 1856 System der Sprachwissenschaft, hrsg. H. Steinthal. Berlijn, 1856 (herdr. Hildesheim, 1973). |
Hilarides, J., 1705 Niewe taalgronden der Neederdujtsche taal; weegens het gebrujk der voorleedekens, de, den: die; deeze, dit, dat, het; en de Neederlantsche woordrekkinge: voor Daavid van Hoochstraaten. Fraaneker, 1705. |
Hjelmslev, L., 1966 Commentaire sur la vie et l'oeuvre de Rasmus Rask. In: T.A. Sebeok (ed.), Portraits of linguists I. Indiana, 1966, 179-195. |
Hoebeke, M., 1974 De vokalisering van /l/ in enkele Zuidoostvlaamse dialekten. Voorbeelden van non-uniqueness. In: TT 26 (1974), 129-152. |
Hoebeke, M., 1975 Netherlandic dialectology today. In: Michigan Germanic Studies 1975, 47-67. |
Hoenigswald, H.M., 1963 On the history of the comparative method. In: Anthropological Linguistics 5 (1963), 1-11. |
Hoeven, A. van der, 1896 Lambert ten Kate De ‘Gemeenschap tussen de Gottische Spraeke en de Nederduytsche’ en zijne onuitgegeven geschriften over klankkunde en versbouw. 's-Gravenhage, 1896. |
Hofmeister, R.A., 1973 In defense of medieval scribes. In: Colloquia Germanica 1973, 289-300. |
[Holtrop, C.W.], 1783 De Nederduitsche taalkunde gemaklijk gemaakt. Amsterdam, 1783 (onder de titel: Nieuwe en volledige Nederduitsche spel- en spraakkunst. 17912), 18023). |
Hoogstraten, D. van, 1700 Aenmerkingen over de geslachten der zelfstandige naemwoorden. Amsterdam, 1700 (Rotterdam, 1710-17112); Amsterdam, 17232, 17334, 17595, 17836; sedert 1723 als Lyst der gebruikelykste zelfstandige naemwoorden, betekent door hunne geslachten). |
Hoogteijling, J., 1968 Taalkunde in artikelen. Groningen, 1968. |
Hoogvliet, J.M., 1903 Lingua. Een beknopt leer- en handboek van algemeene en Nederlandsche taalkennis. Amsterdam, 1903. |
Houben, J.H.H., 1905 Het dialect der stad Maastricht. Maastricht, 1905. |
Höweler, H.A., 1966 De lakenfabrikeur Frans van Lelyveld. In: Gedenkboek 1966, 1-44. |
Huberti, F.A., 1966 Leibnizens Sprachverständnis. In: Wirkendes Wort 16 (1966), 36I-375. |
Hull, W.I., 1933 Willem Sewel of Amsterdam, 1653-1720. The first Quaker historian of Quakerism. Swarthmore, 1933. |
Hulshof, H., 1972 C.H. den Hertog (1846-1902). In: LT 291 (1972), 410-418. |
Hulshof, H., 1973 [Inleiding bij] C.H. den Hertog Nederlandse spraakkunst. Amsterdam, 1973. |
| |
| |
Huydecoper, B., 1730 Proeve van taal- en dichtkunde; in vrijmoedige aanmerkingen op Vondels vertaalde Herscheppingen van Ovidius. Waar achter volgen eenige bijvoegsels en verbeteringen, een kort bericht wegens de letter Y, en twee bladwijzers. Amsterdam, 1730 (Leiden, 1782-17912 (4 dln.) door F. van Lelyveld). |
Huydecoper, B., 1772 Brief wegens den ablativus absolutus. In: Werken 1 (1772), 1-55. |
Huygens, R.B.C., 1968 Reynardus Vulpes. De Latijnse Reinaert-vertaling van Balduinus Juvenis. Critisch uitgegeven en vertaald door R.B.C. Huygens, Zwolle, 1968. |
Hymes, Dell (ed.), 1974 Studies in the history of linguistics. Bloomington-Londen, 1974. |
IJpeij, zie Ypeij. |
Indestege, L., 1955 Ervaringen bij het onderwijs van het Nederlands aan een Italiaanse universiteit. In: VMVA 1955, 751-768. |
Iperen, J. van, 1755 Proeve van taalkunde, als eene wetenschap behandeld. Amsterdam, 1755 (17732; Leiden, 1786 onder de titel: Proeve van heilige taalkunde, als eene wetenschap behandeld, byzonderlyk nuttig voor hun, die zich de voornaamste gronden van de taalen der H. Schrift willen eigen maaken). |
Jacobs, J., 1899 De verouderde woorden bij Kiliaan. Gent, 1899. |
Jacobs, J., 1927 ‘Vetus’ en ‘Vetus flandricum’ bij Kiliaan. In: VMVA 1927, 300-314. |
Jager, A. de, 1847-1848 Geestelijke spraakkunst. In: ANT 1 (1847-1848), 180-183. |
Jager, A. de, 1849-1850 Werken van K.F. Becker. In: ANT 2 (1849-1850), 287-288. |
Jager, A. de, 1851-1852 Uitgekomen werken. In: ANT 3 (1851-1852), 410-416. |
Jager, A. de, 1853-1854a Adriaen Verwers gevoelen over het gebruik van bastaardwoorden. In: ANT 4 (1853-1854), 177-182. |
Jager, A. de, 1853-1854b Lijst van werken, de Nederlandsche taal betreffende, sedert 1830 in België uitgekomen. In: ANT 4 (1853-1854), 162-176. |
Jager, A. de, 1855-1856 Taalkundige schoolboekjes van de vorige eeuw. In: NANT (1855-1856), 444-462. |
Jager, A. de, 1872 Dr. J.H. Halbertsma en de Nederlandsche spelling. In: TLB 3 (1872), 137-142. |
Jager, A. de, 1874 Eenige der nieuwste spelveranderingen. In: TLB 5 (1874), 276-286. |
Jakobson, R., 1930 Prinzipien der historischen Phonologie. Réunion phonologique internationale tenue à Prague (18-21 dec. 1930). Praag, 1931, 247-267. |
Jakobson, R., 1973 Main trends in the science of language. Londen, 1973. |
Jalink, J.M., 1969 Neerlandicus, Neerlandistiek, Neerlandist. In: NTg 62 (1969), 226-227. |
Jalink, J.M., en M.C. van den Toorn, 1968 Langenscheidts praktisches Lehrbuch Niederländisch. Berlijn-Schöneberg, 19683 (19631). |
Jankowski, K.R., 1972 The neogrammarians. 's-Gravenhage-Parijs, 1972. |
Jansen-Sieben, R., 1969-1970 Is De Vreeses Paradox nog actueel? In: Tijdschrift van de Vrije Universiteit te Brussel 12 (1969-1970), 1-14. |
Janssen, F.A., 1974a Notities bij de aanduiding van herdrukken. In: Nieuwsblad voor de boekhandel 141 (1974), 1571-1576. |
Janssen, F.A., 1974b Krokussen. In: Raam 103 (1974), 1-5. |
| |
| |
Jellinek, M.H., 1913-1914 Geschichte der neuhochdeutschen Grammatik von den Anfängen bis auf Adelung. 2 dln. Heidelberg, 1913-1914 (19682). |
Jendreiek, Helmut, 1975 Hegel und Jacob Grimm. Berlijn, 1975. |
Jodogne, O., 1956 Répertoire des noms de famille. Tome I. Arrondissement de Nivelles et communes wallonnes des arrondissements de Louvain et de Bruxelles. Leuven, 1956. |
Jodogne, O., 1964 Répertoire belge des noms de famille. Tome II. Arrondissement de Liège. Brussel, 1964, |
Jonckbloet, W., 1846 [Recensie van] Handboek van den vroegsten bloei der Nederlandsche letterkunde, of Proeve uit Nederlandsche schriften der dertiende en veertiende eeuw door mr. B.H. Lulofs, Ridder, enz. enz. Groningen 1845. In: De Gids 10 (1846), 1-56. |
Jonckbloet, W.J.A., 1848 Over wetenschappelijke beoefening der Nederlandsche taal. Deventer, 1848. |
Jongen, R., 1969-1971 Vergleichende Untersuchung des Lautmaterials verwandter Mundarten. In: LB 58 (1969), 25-44; 59 (1970), 93-127; 60 (1971), 77-97. |
Jongsma, P.A., 1933 Dr. J. Halbertsma. Een bijdrage tot de kennis van zijn persoon, zijn denkbeelden en zijn arbeid. Sneek, 1933. |
Joos, A., 1900 Waasch idioticon. Gent-St.-Niklaas, 1900. |
Juliard, P., 1970 Philosophies of language in 18th-century France. Den Haag-Parijs, 1970. |
Kaiser, L., 1940-1949 Phonotypologische beschrijving van de bevolking der Wieringermeer. 2 dln. Alphen aan den Rijn, 1940-1949. |
Kaiser, L., 1964 Fonetiek. Den Haag, 19642. |
Kalff, G., 1918 A new Holland-America line. The Queen Wilhelmina Lectureship for Dutch literature and history in the United States of America. 's-Gravenhage, 1918. |
Kampen, N.G. van, 1821-1826 Beknopte geschiedenis der letteren en wetenschappen in de Nederlanden, van de vroegste tijden af, tot op het begin der negentiende eeuw (3 dln). 's-Gravenhage, 1821-1826. |
Karsten, G., 1937 De spellingstrijd van Siegenbeek tot Slotemaker de Bruïne. In: De Socialistische Gids 22 (1937), 39-43, 134-141 en 203-212. |
Karsten, G., 1949 100 jaar Nederlandse philologie. M. de Vries en zijn school. Leiden, 1949. |
Kate Hermansz., L. ten, 1710 Gemeenschap tussen de Gottische spraeke en de Nederduytsche. Amsterdam, 1710 (17202). |
Kate Hermansz., L. ten, 1723 Aenleiding tot de kennisse van het verhevene deel der Nederduitsche sprake. Waer in hare zekerste grondslag, edelste kragt, nuttelijkste onderscheiding, en geregeldste afleiding overwogen en naegespoort, en tegen het allervoornaemste der verouderde en nog-levende taelverwanten, als 't oude Moeso-Gotthisch, Frank-Duitsch, en Angel-Saxisch, beneffens het hedendaegsche Hoog-Duitsch en Yslandsch, vergeleken word (2 dln). Amsterdam, 1723. |
Kaufmann, H., 1965 Untersuchungen zu altdeutschen Rufnamen. München, 1965. |
Kaufmann, H., 1968 Ernst Förstemann Altdeutsche Personennamen. Ergänzungsband verfasst von H. Kauffmann. Hildesheim-München, 1968. |
Keil, H., 1855-1923 Grammatici Latini ex recensione H. Keilii. 7 delen + Supplement. Leipzig, 1855-1923 (Hildesheim, 19612). |
Kennedy, A.G., 1927 A bibliography of writings on the English language from the beginning of printing to the end of 1922. Cambridge Mass., 1927 (19612). |
Kenney, E.J., 1974 The classical text. Aspects of editing in the age of the printed book. Berkeley, 1974. |
| |
| |
Kerckhove, M. van de, 1952 Der niederländische Unterricht an der Freien Universität Berlin. In: Duitse Kroniek 1952, 12-15. |
Kerckhove, M. van de, 1957 Nederlanders en Nederlands aan de universiteit Leipzig. In: Wetenschappelijke Tijdingen 17 (1957), 318-319. |
Kern, Fr., 1888 Die deutsche Satzlehre. Berlijn, 18882. |
Kern, H., 1859-1860 Handleiding bij het onderwijs der Nederlandsche taal. 2 dln. Zutphen, 1859-1860 (18632). |
Kern, H., 1874 [Recensie van] W.L. van Heiten Ueber die Wurzel lu im Germanischen (Rotterdam-Leipzig, 1873). In: TLB 5 (1874), 164-168. |
Kern, H., 1877a De d als tand- en tongletter. In: TB 1 (1877), 175-181. |
Kern, H., 1877b De klanken der r in 't Nederlandsch. In: TB 1 (1877), 214-216. |
Kern, H., 1890 Over open en gesloten E, inzonderheid in het Oostgeldersch. In: Ts 9 (1890), 144-153. |
Kern, H., 1902 Over Jacob Grimm en zijn invloed op de ontwikkeling der Nederlandsche taalwetenschap. In VMVA 1902, 620-655. |
Kern, J.H., 1891 Klankleer der Limburgsche sermoenen. Groningen, 1891. |
Keyser, P. de, 1928 De bronnen van Joos Lambrecht's ‘Nederlandsche Spellijnghe’. In: Revue Belge de Philologie et d'Histoire 7 (1928), 1345-1362. |
Kieft, A.P., 1938 Homonymie en haar invloed op de taalontwikkeling. Groningen, 1938. |
King, P. en M., 1958 The E.U.P. concise Dutch and English dictionary with a concise Dutch grammar. Londen, 1958. |
King, P.K., 1966 Drie afwijkingen in het Nederlands. In: LB 55 (1966), 1-28. |
Kinker, J., 1813 Inleiding eener wijsgeerige algemeene theorie der talen. Leiden, 1813 (ook: Amsterdam, 1817). |
Kinker, J., 1829 Beoordeeling van Mr. W. Bilderdijks Nederlandsche spraakleer. Amsterdam, 1829. |
Kinker, J., 1830-1833 Proeve eener beantwoording van de vraag: Wat nut kan de empirische algemeene taalkennis aan de hoogere wijsbegeerte toebrengen? gelezen den 13den september 1830. In: Gedenkschriften Derde Klasse KNI dl 4 (1833), no. 3, 3-133. |
Kirsner, R.S., 1969 The role of zullen in the grammar of modern standard Dutch. In: Lingua 24 (1969), 101-154. |
Kirsner, R.S., 1972 On deixis and degree of differentiation in Modern Standard Dutch. Ann Arbor, Michigan, 1972 (Xerox University Microfilms). |
Kirsner, R.S., 1973 Natural focus and agentive interpretation: on the semantics of Dutch expletive er. In: Papers from the third annual California linguistics conference. Stanford occasional papers in linguistics 3 (1973), 101-113. |
Kirsner, R.S., 1975 On the mechanism of the restriction of the Dutch ‘Pseudopassive’ to human actions. In: Columbia University working papers in linguistics 2 (1975), 109-143. |
Kirsner, R.S., 1976 De rol van de directe vergelijking van het Nederlandse en het Engelse tijdssysteem bij het onderwijs aan Engelstaligen. In: Verslag van het vijfde colloquium van hoogleraren en lectoren in de nederlandistiek aan buitenlandse universiteiten (1973). 's-Gravenhage-Gent, 1976, 171-187. |
Kloeke, G.G., 1923a Woordgeographisch onderzoek, een voorbeeld ter navolging. In: NTg 17(1923), 33-36. |
Kloeke, G.G., 1923b Dialectgeographie in zakformaat. In: NTg 17 (1923), 103-106. |
| |
| |
Kloeke, G.G., 1927 De Hollandsche expansie in de zestiende en zeventiende eeuw en haar weerspiegeling in de hedendaagsche Nederlandsche dialecten. 's-Gravenhage, 1927. |
Kloeke, G.G., 1951 Gezag en norm bij het gebruik van verzorgd Nederlands. Amsterdam, 1951. |
Kloss, H., 1950 Niederländischer Unterricht an höheren Schulen Nordwest-Deutschlands. In: Neuphilologische Zeitschrift 2 (1950), 438-441. |
Kluit, A., 1763 Eerste vertoog over de tegenwoordige spelling der Nederduitsche taal: vergeleken met de spelling der Ouden, en uit dezelve ene soort van evenredigheit opgemaakt. In: Nieuwe Bydragen 1 (1763), 281-352. |
Kluit, A., 1777 Vertoog over de tegenwoordige spelling der Nederduitsche taal, vergeleken met de spelling der Ouden, en uit dezelve ene soort van evenredigheid opgemaakt. In: Werken 3 (1777), 1-42. |
Kluyver, A., 1884 Proeve eener critiek op het woordenboek van Kiliaan. 's-Gravenhage, 1884. |
Kluyver, A., 1906 Bilderdijk en de taalwetenschap. In: Onze Eeuw 6, 4 (1906), 1-26. |
Kocks, G.H., 1969 Het Drents woordenboek. In: Driemaandelijkse bladen 21 (1969), 194-208. |
Kocks, G.H., 1970 Die Dialekte von Süklostdrente und anliegenden Gebieten. Groningen, 1970. |
Koenen, H.J., 1850 Rede over het tegenwoordige standpunt van geschiedenis, taalen letterkunde des vaderlands. In: Verhandelingen der tweede klasse van het Koninklijk Nederlandsch Instituut. Nieuwe reeks dl. 1. Amsterdam, 1850, 53-85. |
Koenen, H.J., 1852 Over de bestaande behoefte aan eene nieuwe geschiedenis der Nederlandsche taal. In: Handelingen van het derde Nederlandsch Letterkundig Congres. Brussel, 1852, 65-75. |
Koerner, E.F.K., 1973 Ferdinand de Saussure. Braunschweig, 1973. |
Kollewijn, R.A., 1891 Onze lastige spelling, In: Vragen van den Dag, sept. 1891 (met een naschrift afzonderlijk uitgegeven Amsterdam 1891). |
Kollewijn, R.A., 1892 De geslachten der zelfstandige naamwoorden in het Nederlandsch. In: TL 2 (1892), 22-50 (herdr. in: Kollewijn 1916, 40-73). |
Kollewijn, R.A., 1906 Een taaldespoot uit de pruiketijd. In: TL 16 (1906), 1-29 (herdr. in: Kollewijn 1916, 159-182). |
Kollewijn, R.A., 1916 Opstellen over spelling en verbuiging. Groningen, 19163. |
Kolthoff, J.B., 1894 Het substantief in het Nederlandsch der zestiende eeuw. Groningen, 1894. |
Konrad, J., 1937 Herders Sprachproblem im Zusammenhang der Geistesgeschichte. Berlijn, 1937. |
Kooiman, K., 1913 Twe-spraack vande Nederduitsche letterkunst. Groningen, 1913. |
Kooiman, K., 1917 Een oude critiek op Hoogstraten's geslachtslijst. In: Ts 36 (1917), 309-317. |
Kooiman, K., 1922 Erasmus en de volkstaal. In: NTg 16 (1922), 161-167. |
Kooiman, K., 1953 Een verhandeling over scherp en zwak gesneden klinkers uit de zestiende eeuw. In: NTg 46 (1953), 222-223. |
Kooiman, K., 1967 Spiegel, schrijver van de Twe-spraack. In: Ts 83 (1967), 52-75. |
Korte verklaring 1736 Korte verklaring over de zelfstandige naemvallen, en het lydend werkwoordt Gehoort worden, door het kunstgenootschap Natura et Arte. Z.p., z.j. (1736). |
Kossmann, F.K.H., 1922 Nederlandsch versrythme; de versbouwtheorieën in |
| |
| |
Nederland en de rythmische grondslag van het Nederlandsche vers. 's-Gravenhage, 1922. |
Kossmann, F.K.H., 1944-1946 Voorbereiding van een bibliographie der Nederlandsche taal- en letterkunde tot 1800. In: Het Boek 28 (1944-1946), 171-194. |
Kossmann, F.K.H., 1966 Opkomst en voortgang van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden. Geschiedenis van een initiatief. Leiden, 1966. |
Kraak, A., 1966 Negatieve zinnen. Een methodologische en grammatische analyse. Hilversum, 1966. |
Kraak, A., 1971-1972 Dèr Mouw over Hoogvliets opvatting van taalstudie en metode van taalonderwijs. In: Spektator 1 (1971-1972), 441-443. |
Kraak, A., 1973 Negatieve zinnen over negatieve zinnen. In: FdL 14 (1973), 79-94. |
Kramer, M., 1716 Grund-richtig-vollkommene, doch kurtz gefaszte nider-teutschoder holländische Grammatica. Nürnberg-Frankfurt-Leipzig, 1716 (als Vollkommene niederdeutsche oder holländische Grammatik. Leipzig, 17552, 17743). |
Kramer, M., 1755 Neue holländische Grammatica. Nieuwe Hollandse grammatica. Amsterdam, 1755 (herdruk van Cuno 1741). |
Kruyskamp, C., 1954 Een onuitgegeven spraakkunst uit de 18de eeuw. In: NTg 47 (1954), 79-87. |
Kruyskamp, C., 1957 Huydecoper als lexicograaf. In: Ts 75 (1957), 50-55. |
Kühlwein, W. (ed.), 1971 Linguistics in Great Britain. Vol. I: History of linguistics. Tübingen, 1971. |
Kuiper, G., 1941 Orbis artium en renaissance. I. Cornelius Valerius en Sebastianus Foxius Morzilius als bronnen van Coornhert. Harderwijk, 1941 (niet verder verschenen). |
Kuiper, G., 1947 De waardeering van Spiegels Twe-spraack. Harderwijk, 1947. |
Kuitert, R., 1943 Zesendertig jaar spraakkunstonderwijs. In: NTg 37 (1943), De Vooysnummer, 80-87. |
Kukenheim, L., 1962 Esquisse historique de la linguistique française. Leiden, 1962 (19662). |
Kummer, J.C., 1898 Nederlandsche spraakkunst. Amsterdam, 1898 (19012, 19143). |
Kurth, G., 1895-1898 La frontière linguistique en Belgique et dans le nord de la France. 2 dln. Brussel, 1895-1898. |
Kuypers, J., 1949 Onze cultuur in den vreemde. In: Nieuw Vlaams Tijdschrift 3 (1949), 1190-1197. |
Laan, K. ter, 1929 Nieuw Groninger woordenboek. Groningen-Den Haag, 1929 (Groningen-Djakarta, 19522; herdruk van de eerste druk Groningen, 1964). |
Lagerwey, W., 1964 Guide to Netherlandic studies. Bibliography. Washington, 1964. |
Lagerwey, W., 1968 Speak Dutch. An audio-lingual course. Amsterdam, 1968. |
Land, J.P.N., 1870 Over uitspraak en spelling, voornamelijk in de Nederlandsche taal. Amsterdam, 1870. |
Langeveld, M.J., 1934 Taal en denken. Een theoretiese en didaktiese bijdrage tot het voortgezet onderwijs in de moedertaal, inzonderheid tot dat der grammatika. Groningen-Den Haag-Batavia, 1934. |
Leemans, C., 1865 Over het algemeen letterschrift volgens het stelsel van Lepsius. In: Verslagen en mededeelingen van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen, afd. Letterkunde, 9e deel. Amsterdam, 1865, 171-194. |
Lehmann, W.P., 1967 A reader in nineteenth-century historical Indo-European linguistics. Bloomington, 1967. |
| |
| |
Lepschy, G.C., 1972 A survey of structural linguistics. Londen, 1972. |
Leroux, C., en G. Scheurweghs, 1962 The influence of the Latin grammar of William Lily on the early English grammarians in the Netherlands. II. Hexham's English and Dutch grammars. In: LB 51 (1962), 124-128. |
Leroy, M., 1963 Les grands courants de la linguistique moderne. Brussel-Parijs 1963 (19662). |
Leroy, M., 1966 Les curiosités linguistiques de Leibnitz. In: Revue internationale de Philosophie 76-77 (1966), 193-203. |
Levelt, W.J.M., 1966 Generatieve grammatica en psycholinguistiek. In: Nederlands tijdschrift voor de psychologie en haar grensgebieden 21 (1966), 317-337 en 367-400. |
Levelt, W.J.M., 1973 Formele grammatica's in linguïstiek en taalpsychologie. Deventer, 1973. |
Leviticus, F., 1900 Over phonetica. Haarlem, 1900. |
Leys, O., 1968 Het augmentatief- en het diminutiefsuffix in een Westvlaams dialekt. In: Mededelingen van de Vereniging voor Naamkunde te Leuven en de Commissie voor Naamkunde te Amsterdam 44 (1968), 109-191. |
Leys, O., en J. van der Schaar, 1959 Vlaamse vrouwennamen en Hollandse naamgeving in de Middeleeuwen. Amsterdam, 1959. |
Lichacev, D., 1971 Grundprincipien textologischer Untersuchungen der altrussischen Literaturdenkmäler. In: Martens en Zeller 1971, 301-317. |
Liefde, J. de, 1849 Christelijke denkleer, op woordafleiding gegrond, Iste stukje. Amsterdam, 1849. |
Lieftinck, G.I., 1954 ‘Methodologische’ en paleografische opmerkingen naar aanleiding van een hert met een wit voetje. In: Ts 72 (1954), 1-17. |
Lieftinck, G.I., 1963 Paleografie en handschriftenkunde. Amsterdam, 1963. |
Lievevrouw-Coopman, L., 1950-1954 Gents woordenboek. Gent, 1950-1954 (19742). |
Lindeboom, J., 1958 Arnold Moonen, 1644-1711. Amsterdam, 1958. |
Lindemans, J., 1944 Bijdragen tot de geschiedenis en de beteekenis van de Vlaamsche persoonsnamen. Turnhout, 1944. |
Lindemans, J., 1952 Toponymie van Asse. Brussel, 1952. |
Livet, Ch.-L., 1859 La grammaire française et les grammairiens du XVIe siècle. Parijs, 1859 (herdr. Genève, 19672). |
Lodewijckx, A., 1956 Nederlands en Nederlanders in Australië. In: Wetenschappelijke Tijdingen 16 (1956), 2, 41-56. |
Lodewijckx, A., 1957 De Nederlandse wetenschap in Australië. In: Wetenschappelijke Tijdingen 17 (1957), 2, 49-56. |
Loey, A.C.H. van, 1931 Studie over de Nederlandsche plaatsnamen in de gemeenten Elsene en Ukkel. Leuven, 1931. |
Loey, A., van, en J. Goossens, 1974 Historische dialectologie. Amsterdam, 1974. |
Logeman, W.S., 1890 Darstellung des niederländischen Lautsystems. In: Phonetische Studiën 3 (1890), 28-42 en 279-289. |
Lohmann, J., 1963 Wilhelm von Humboldt und die Sprache. In: Die deutsche Literatur. Herausg. von der Gesellschaft für Germanistik an der Kansai Universität Osaka, 1963, 41-48. |
Loisne, A. de, 1907 Dictionnaire topographique du département du Pas-de-Calais. Parijs, 1907. |
Lokeren, A. van, 1868-1871 Chartes et documents de l'abbaye de Saint Pierre au Mont Blandin à Gand depuis sa fondation jusqu'à sa suppression. 2 dln. Gent, 1868-1871. |
| |
| |
Loquela 1881-1895 Loquela (Verzamelingen dialectwoorden van G. Gezelle in het tijdschrift Loquela (1881-1895), tot woordenboek omgewerkt door J. Craeynest). Amsterdam, 19072 (Tielt, z.j. (1943-1946)3 en Amsterdam, 19464). |
Löther, B., 1965 Philolog der Nation. Zum Zusammenhang von Sprachgeschichte und Volksgeschichte bei Jacob Grimm. In: WZUB 14 (1965), 463-469. |
Loubser, J.E., 1961 Die saamgestelde verbale vorm van Nederlands na Afrikaans. Groningen, 1961. |
Lubach, A.E., 1891 Over de verbuiging van het werkwoord in het Nederlandsch der zestiende eeuw. Groningen, 1891. |
Lulofs, B.H., 1833 Gronden der Nederlandsche woordafleidkunde. Groningen, 1833. |
Lulofs, F., 1974 Nu gaet Reynaerde al huten spele. Amsterdam, 1974. |
Lyons, J., 1970 Noam Chomsky. Londen, 1970. |
Maerevoet, L., 1961 Bijdrage tot de studie van de woordenschat van de Scheldevissers te Mariekerke. Gent, 1961. |
Malmberg, B. (ed.), 1970 Manual of phonetics. Amsterdam, 1970 (19681). |
Malmberg, B., 1971 Les domaines de la phonétique. Parijs, 1971 (vertaling door J. Gengoux van Introduktion till fonetiken som vetenskap. Stockholm, 1969). |
Man, L. de, 1964 Middeleeuwse systematische glossaria. Brussel, 1964. |
Marez, G. des, 1926 Le problème de la colonisation franque et du régime agraire en Belgique. Brussel, 1926. |
Martens, G., 1971 Tekstdynamik und Edition. Überlegungen zur Bedeutung und Darstellung variierender Textstufen. In: Martens en Zeller 1971, 165-203. |
Martens, G., en H. Zeller, 1971 Texte und Variante. Onder redactie van G. Martens en H. Zeller. München, 1971. |
Martinet, A., 1955 Economie des changements phonétiques. Bern, 1955. |
Mawer, A., 1924 The chief elements used in English place-names. 2 dln. Cambridge, 1924. |
McKerrow, R.B., 1972 An introduction to bibliography for literary students. Oxford, 1972 (19281). |
Meer, M.J. van der, 1927 Historische Grammatik der niederländischen Sprache. I. Einleitung und Lautlehre. Heidelberg, 1927 (niet verder verschenen). |
Meer, M.J. van der, 1951 Een Nederlandse grammatika voor Duitsers uit de achttiende eeuw. In: NTg 44 (1951), 214-217. |
Meerman, J., 1806 Aan den hoogleraar Siegenbeek. 's-Gravenhage, 1806. |
Meertens, P.J., 1941 De betekenis van de Nederlandse familienamen. Naarden, 1941 (I9442). |
Meertens, P.J., 1947 Zeeuwse familienamen. Naarden, 1947. |
Meertens, P.J., 1955 Vijfentwintig jaar Dialectbureau. In: Mededelingen der Centrale Commissie voor Onderzoek van het Nederlandse Volkseigen 7 (1955), 4-12. |
Meertens, P.J., en L. Kaiser, 1942 Het eiland Urk. Alphen aan den Rijn, 1942. |
Meijer, R.P., 1956 De studie van het Nederlands in Australië. In: De Vlaamse Gids 40 (1956), 120-124. |
Meyboom, L.S.P., 1855-1856 Verhandeling over den oorsprong van het ABC. In: NANT 1855-1856, 365-396 en 463-472. |
Meyere, V. de, en L. Baekelmans, 1914 Het boek der rabauwen en naaktridders. Bijdragen tot de studie van het volksleven der 16e en 17e eeuwen. Antwerpen, 1914. |
Michael, I., 1970 English grammatical categories and the tradition to 1800. Cambridge, 1970. |
Michels, L.C, 1940 Kiliaen en Pelgrom. In: Tijdschrift voor Taal en Letteren 28 (1940), 215-234 (herdr. in: Michels 1958, 69-86. |
| |
| |
Michels, L.C., 1958 Filologische opstellen. II. Stoffen uit de 16e en 17e eeuw. Zwolle, 1958. |
Miel, J., 1969 Pascal, Port-Royal and Cartesian linguistics. In: Journal of the History of Ideas 30 (1969), 261-271. |
Miller, R.L., 1968 The linguistic relativity principle and Humboldtian ethnolinguistics. Den Haag, 1968. |
Mironow, S.A., 1958 Gollandsko-russkij slovar' (Nederlands-Russisch woordenboek) met grammatisch aanhangsel: Kratkij grammaticeskij ocer' gollandskogo jazyka (Korte grammatische schets van de Nederlandse taal). Moskou, 19582. |
Mitzka, W., (ed.), 1968 Wortgeographie und Gesellschaft, uitgeg. door W. Mitzka. Berlijn, 1968. |
Moerbeek, A.A. van, 1791 Neue, vollkommene holländische Sprachlehre. Leipzig, 1791 (Amsterdam, 17962 onder de titel: Neue holländische Sprachlehre, of Nederlandsche spraakmeester voor Duitschers. Leipzig, 18043). |
Mol, H., 1966 De klinkerfonemen van het Nederlands. In: FdL 7 (1966), 156-170. |
Molema, H., 1887 Woordenboek der Groningsche volkstaal. Winsum, 1887. |
Moltzer, H.E., 1865 De nieuwe richting in de taalkunde. Groningen, 1865. |
Moltzer, H.E., 1871 De oorsprong der taal en de hypothese van Darwin. In: TLB 2 (1871), 169-197 en 237-261. |
Moltzer, H.E., 1877 De historische beoefening der Nederlandsche taal. Groningen, 1877. |
Moock, S.J.M, van, 1811 Aanleiding tot het zamenstellen en ontbinden van volzinnen, gemeenlijk bekend onder den naam van construëren en analyseren. Zutphen, 1811. |
Moonen A., 1706 Nederduitsche spraekkunst, ten dienste van in- en uitheemschen uit verscheidene schryveren en aentekeningen opgemaekt. Amsterdam, 1706 (17192, 17403, 17515). |
Moonen A., 1708 Brief aen den Heere David van Hoogstraten. Over de Schetse der Nederduitse spraekkunst, onlangs in de Latynsche tale uitgegeven. In: Van Hoogstraten 1700 (ed. 1710, 1711, 1723 en 1733). |
Moormann, J.G.M., 1934 De geheimtalen. Bronnenboek. Zutphen, 1934. |
Morciniec, N., 1967 Fremdphoneme in der niederländischen Hochsprache. In: Phonetica 16 (1967), 205-214. |
Morciniec, N., 1968 Distinktive Spracheinheiten im Niederländischen und Deutschen. Travaux de la Société des Sciences et des Lettres de Wroclaw, série A, no. 123. Wroclaw (Breslau), 1968. |
Morlet, M.-Th., 1968 Les noms de personne sur le territoire de l'ancienne Gaule du VIe au XIIe siècle. Tome I. Les noms issus du germanique continental et les créations gallo-germaniques. Parijs, 1968. |
Morlet, M.-Th., 1972 Les noms de personne sur le territoire de l'ancienne Gaule du VIe au XIIe siècle. Tome II. Les noms latins ou transmis par le latin. Parijs, 1972. |
Moulton, W.G., 1960 The short vowel systems of Northern Switzerland. A study in structural dialectology. In: Word 16 (1960), 155-182. |
Mounin, G., 1967 Histoire de la linguistique des origines au XXe siècle. Parijs, 1967 (19702). |
Mounin, G., 1972 La linguistique du XXe siècle. Parijs, 1972. |
Mouw, J.A. dèr, 1900 Dr. J.M. Hoogvliet's opvatting van taalstudie en methode van onderwijs. Amsterdam, 1900. |
| |
| |
Mulder, G.C., 1848 Nederlandsche spraakkunst voor schoolgebruik. Nijmegen, 1848 (18513). |
Mulder, G.C., 1852 Nederlandsche spraakleer; een vervolg op de Nederlandsche spraakkunst voor schoolgebruik (zie Mulder 1848). Nijmegen, 1852. |
Müller, J., 1882 Quellenschriften und Geschichte des deutschsprachlichen Unterrichtes bis zur Mitte des 16. Jahrhunderts. Gotha, 1882 (herdr. Hildesheim-New York, 1969). |
Muller, J.W., 1887 De taalvormen van Reinaert I en II. In: Ts 7 (1887), 1-85. |
Muller, J.W., 1890 Een zestiendeeuwsche Gentsche spelling- en uitspraakleer. In: Onze volkstaal 3 (1890), 184-194. |
Muller, J.W., 1902 De taak der Nederlandsche philologie. Utrecht, 1902. |
Muller, J.W., 1917 Critische commentaar op Van den vos Reinaerde naar de thans bekende handschriften en bewerkingen. Utrecht, 1917. |
Muller, J.W., 1919 Fragment eener zestiendeeuwsche Nederlandsche spraakkunst. In: Ts 38 (1919), 1-20. |
Muller, J.W., 1920 Levensbericht van J. Verdam. In: Handelingen van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden en Levensberichten harer afgestorven medeleden 1919-1920 (1920), 76-128. |
Müller, H., 1966 On re-reading Wilhelm von Humboldt. In: Monograph Series on Languages and Linguistics 19 (1966), 97-107. |
Muusses, M., 1940 Een in Zweden ontdekt fragment van Reinout van Montalbaen. In: Bundel opstellen van oud-leerlingen, aangeboden aan prof. C.G.N. de Vooys. Groningen-Batavia, 1940, 258-262. |
Muusses, M.A., 1960 Kortfattad Holländsk Grammatik. Stockholm, 19603. |
Nassau, H.J., 1853 Iets over onze spelling, inzonderheid over die met g of ch; voor den beschaafden lezer, die van 't spellen geene opzettelijke studie maakt. In: NNT 1 (1853), 11-20. |
Nauta, G.A., 1893 Taalkundige aanteekeningen naar aanleiding van de werken van G.A. Bredero. Groningen, 1893. |
Niervaert, C.D. van, 1601 Onderwijs in de letterkonst. Z.p., ± 1601 (vele herdrukken tot in begin 19e eeuw ook onder andere titels). |
Nieuwe bydragen 1763-1766 Nieuwe bydragen tot opbouw der vaderlandsche letterkunde (2 dln.). Leiden, 1763-1766. |
Niewöhner, H., 1957 Kunst oder Methode. In: Beiträge zur Geschichte der deutschen Sprache und Literatur 79 (1957), 415-437. |
Nijk, J.G., 1902-1903 Levensbericht van C.H. den Hertog. In: Levensberichten van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, 1902-1903. Leiden, 1904, 239-262 (ook in: Den Hertog 1904, 1-24). |
Noordegraaf, J., 1975 De ‘Maatschappij’ en haar grammatici, In: NTg 68 (1975), 121-124. |
Noordegraaf, J., 1976 Tussen oordeel en formulering. In: Reisgidsen vol Belluno's en Blauwbaarden. Opstellen over S. Vestdijk en anderen, aangeboden aan dr. H. Wage. Leiden, 1976, 104-113. |
Nooteboom, S.G., en A. Cohen, 1976 Spreken en verstaan, een inleiding tot de experimentele fonetiek. Assen, 1976. |
Nuijtens, E.Th.G., 1962 De tweetalige mens. Een taalsociologisch onderzoek naar het gebruik van dialect en cultuurtaal in Borne. Assen, 1962. |
Nuijtens, E.Th.G., 1965 Een waardevolle mislukking. In: NTg 58 (1965), 230-233. |
Nüsse, H., 1962 Die Sprachtheorie Friedrich Schlegels. Heidelberg, 1962. |
| |
| |
[Nylöe, J], 1703 Aanleiding tot de Nederduitsche taal. Om goedt en zuiver Nederduitsch te spreken of te schrijven. Amsterdam, 1703 (Leeuwarden, 17072, 17113; Amsterdam, 17234, 17465, 17516). Vanaf de uitg. 1707 met naam van de schrijver. |
Oosterzee, H.M.C, van, 1848 Beknopte uitspraakleer der Nederlandsche taal. 's-Hertogenbosch, 1848. |
Orlandi, T., 1962 La metodologia di Franz Bopp e la linguistica precedente. In: Rendiconti dell' Instituto Lombardo di Scienze e Lettere, Classe di lettere e scienze morali e storiche 96 (1962), 529-549. |
Osselton, N.E., 1973 The dumb linguists. A study of the earliest English and Dutch dictionaries. Leiden-Londen, 1973. |
Oterdoom, J., 1802 Ontwerp van handleiding tot een geestelijk ABC - lees- en rekenboek. Groningen, 1802. |
Oudemans, A.C., 1853-1854 Gissing en onderzoek. In: ANT 4 (1853-1854), 245-268. |
Outhof, G., 1733 Byvoegsels, behorende tot D. van Hoogstratens Lyst der gebruikelykste zelfstandige naamwoorden, betekent door hunne geslachten. Amsteldam, 1733. |
Overdiep, G.S., 1940 De volkstaal van Katwijk aan Zee. Met medewerking van C. Varkevisser. Antwerpen, 1940. |
Paardekooper, P.C., 1967 Rijpma ziet Abraham. In: FdL 8 (1967), 147-159. |
Paardekooper, P.C., 1970 Twee onbruikbare begrippen: endo- en eksocentrisch. In: NTg 63 (1970), 291-293. |
Pallus, H., 1964 Die Sprachphilosophie J.G. Hamanns als eine Quelle für Herders Anschauungen über das Verhältnis von Sprache und Denken. In: Wissenschaftliche Zeitschrift der Universität Greifswald. Gesellschafts- und Sprachwissenschaftliche Reihe 13 (1964), 363-374. |
Palm, K. van der, 1769 Nederduitsche spraekkunst, voor de jeugdt. Uit verscheidene onzer voornaemste spraekkunstschryveren opgestelt (4 stukjes). Rotterdam, 1769 (1774-17762 4 stukjes; 1789-17913 stukje 1-3; 17914 stukje 4). |
Panzer, B., en W. Thümmel, 1971 Die Einteilung der niederdeutschen Mundarten auf Grund der strukturellen Entwicklung des Vokalismus. München, 1971. |
Paque, E., 1896 De Vlaamsche volksnamen der planten van België, Fransch-Vlaanderen en Zuid-Nederland. Namen, 1896. Bijvoegsel. Brussel, 1912. |
Parret, H. (ed.), 1976 History of linguistic thought and contemporary linguistics. Berlijn-New York, 1976. |
Passen, R. van, 1962 Toponymie van Kontich en Lint. Kontich, 1962. |
Passen, R. van, en K. Roelandts, 1967 Toponymie van Wilrijk. Leuven, 1967. |
Pätsch, G., 1967 Humboldt und die Sprachwissenschaft. In: Hartke en Maskolat, Wilhelm von Humboldt. Halle (Saale), 1967, 101-125. |
Pauwels, J.L., 1933 Enkele bloemnamen in de Zuidnederlandsche dialecten. 's-Gravenhage, 1933. |
Pauwels, A., 1953 De plaats van hulpwerkwoord, verleden deelwoord en infinitief in de Nederlandse bijzin. 2 dln. Leuven, 1953. |
Pauwels, J.L., 1958 Het dialect van Aarschot en omstreken. 2 dln. Tongeren, 1958. |
Pauwels, J.L., 1961 Moeilijkheden met de benaming van onze taal. In: VMVA 1961, 19-20 en 43-51 (vgl. ook Handelingen van het 24e Vlaams filologencongres, 9-24, en Pauwels 1965, 15-30). |
Pauwels, J.L., 1965 Verzamelde opstellen. Assen, 1965. |
Pedersen, H., 1972 [1931] The discovery of language. Linguistic science in the nineteenth century. Vertaald door J.W. Spargo. Londen, 19725 (19311) |
| |
| |
Pée, W., 1936-1938 Dialectgeographie der Nederlandsche diminutiva. 2 dln. Tongeren, 1936-1938. |
Pée, W., 1970 The series of Netherlandic dialect atlases. In: Onoma 15 (1970), 117-123. |
Peeters, F.J.P., 1951 Het klankkarakter van het Venloos. Nijmegen, 1951. |
Peeters, L., 1971 Taal en teksten uit Narragonia van omstreeks 1500. Een probleem en een methode. In: Wetenschappelijke Tijdingen 30 (1971), kol. 269-292. |
Petri, F., 1937 Germanisches Volkserbe in Wallonien und Nordfrankreich. 2 dln. Bonn, 1937. |
Petri, F. (ed.), 1973 Siedlung, Sprache und Bevölkerungsstruktur im Frankenreich. Darmstadt, 1973. |
Piebenga, G.A., 1971 Een studie over het werk van Rasmus Rask, in het bijzonder over zijn Frisisk Sproglaere. Leeuwarden, 1971. |
Pieterson, H., 1776 Rhapsodia van Nederduitsche taalkunde, benevens eene Geslachtlyst der zelfstandige naamwoorden. Amsterdam, 1776. |
Pieterson, H., 1803 Geslachtlijst der zelfstandige naamwoorden. Haarlem, 18033 (18084, 183610; z.p., z.j.13). De ie dr. in Pieterson 1776. |
Pijnappel Gz., J., 1855 Spreektaal en schrijftaal. 's-Gravenhage, 1855. |
Pinborg, J., 1967 Die Entwicklung der Sprachtheorie im Mittelalter. Münster-Kopenhagen, z.j. [1967]. |
Pinborg, J., 1972 Logik und Semantik im Mittelalter. Ein Überblick. Z.p., z.j. [Stuttgart, 1972]. |
P[oeraet], P.H., 1708 De spelling van A. Moonen in eenen brief verdedigt. Benevens een naschrift aen den leezer, handelend van eenige behulpselen der Nederduitsche taele. 's Graevenhage, 1708. |
Ponten, J.P., 1968 Deutsch-niederländischer Lehnwortaustausch. In: Wortgeographie und Gesellschaft (herausg. von Walter Mitzka). Berlijn, 1968, 561-606. |
Pott, J.A.W., 1855-1856 Woordbeschouwing. In: NANT 1855-1856, 341-364. |
Proeve 1775-1782 Proeve van oudheid-, taal- en dichtkunde door het genootschap Dulces ante omnia musae (2 dln). Utrecht, 1775-1782. |
Proust, J., 1967 Diderot et les problèmes du langage. In: Romanische Forschungen 79 (1967), 1-27. |
R[oorda?], P., 1867 Woord en schrift. In: Tg 9 (1867), 132-162. |
Rademaker, C.S.M., 1967-1968 De Nomenclator van Hadrianus Junius. In: Hermeneus 39 (1967-1968), 217-227. |
Raumer, R. von, 1870 Geschichte der germanischen Philologie. München, 1870 (19652). |
Reaney, P.H., 1958 A dictionary of British surnames. Londen, 1958 (19612). |
Reaney, P.H., 1960 The origin of English place-names. Londen, 1960 (19643). |
Ree, S.C. van der, 1974 Nederlands als ontwikkelingshulp. In: OE 17 (1974), 3, 325-334. |
Reichling, D., 1880 Johannes Murmellius, sein Leben und seine Werke. Freiburg, 1880 (Nieuwkoop, 19632). |
Reichling, D., 1893 Das Doctrinale des Alexander de Villa Dei. Berlijn, 1893. |
Reifferscheid, A. (ed.), 1883 Briefe von J. Grimm an H.W. Tydeman. Mit einem Anhange und Anmerkungen herausgegeben von A. Reifferscheid. Heilbronn, 1883. |
Renier, G.J., 1930 Great Britain and the establishment of the Kingdom of the Netherlands 1813-1815. A study in British foreign policy. 's-Gravenhage, 1930. |
| |
| |
Renier, G.J., 1931 The English: are they human? Londen, 1931. |
Renier, F.G., 1952 Meet the Dutch. Londen, 1952. |
Renier, F.G., 1953 Learn Dutch. Londen, 1953 (19702). |
Riemens, K.J., 1921 Les débuts de la lexicographie franco-néerlandaise. In: Revue de philologie française 33 (1921), 20-38. |
Riemens, K.J., 1929 Bijdrage tot de bibliographie van Noël de Berlaimont. In: Het Boek 18 (1929), 11-13. |
Ries, J., 1894 Was ist Syntax? Marburg, 1894 (Praag, 19272. Fotomech. herdruk Darmstadt, 1967). |
Ries, J., 1931 Was ist ein Satz? Praag, 1931. |
Rijk, L.M. de, 1962-1967 Logica modernorum. A contribution to the history of early terminist logic. 2 din. Assen, 1962-1967. |
Robins, R.H., 1951 Ancient and mediaeval grammatical theory in Europe. Londen, 1951. |
Robins, R.H., 1957 Dionysius Thrax and the Western grammatical tradition. In: Transactions of the Philological Society 9 (1957), 67-106. |
Robins, R.H., 1967 A short history of linguistics. Londen, 1967 (19692). |
Roches, J. des, 1761 Nieuwe Nederduytsche spraek-konst. Antwerpen, 1761 (17762, 18123). |
Roelandts, K., en P.J. Meertens, 1951 Nederlandse familienamen in historisch perspectief. Leuven-Brussel, 1951. |
Roelofswaert, M., 1805 Enige aanmerkingen op de Verhandeling over de Nederduitsche spelling van den hoogleeraar M. Siegenbeek. Den Haag, 1805. |
Rommel, F., 1953 Indices op het Woordenboek der toponymie van Westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, door wijlen Karel de Flou. Steenbrugge, 1953. |
Rompelman, T.A., 1952 Lambert ten Kate als germanist. Amsterdam, 1952. |
Roorda, P., 1889 De klankleer en hare practische toepassing, vooral met het oog op de studie van het Nederlandsch en der nieuwe talen. Groningen, 1889. |
Roorda, T., 1850 Zielkunde, of beschouwing van den mensch als bezield wezen. Leeuwarden, 18502. |
Roorda, T., 1852 Over de deelen der rede en de rede-ontleding, of logische analyse der taal, tot grondslag voor wetenschappelijke taalstudie. Leeuwarden, 1852. |
Roorda, T., 1855 Over de deelen der rede en de rede-ontleding, of logische analyse der taal, tot grondslag voor wetenschappelijke taalstudie. Leeuwarden, 18552. |
Roorda, T., 1858 Verhandeling over het onderscheid en de behoorlijke overeenstemming tusschen spreektaal en schrijftaal. Leeuwarden, 1858. |
Roorda, T., 1864 Over de deelen der rede en de rede-ontleding, of logische analyse der taal, tot grondslag voor wetenschappelijke taalstudie. Leeuwarden, 18643. |
Roorda, T., 1865 Over de aard en natuur van de verschillende spraakgeluiden, en de wijze, waarop die eenvoudig en duidelijk in Europeesch schrift met Romeinsche karakters beteekend en onderscheiden kunnen worden. In: Verslagen en mededeelingen van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen, afd. Letterkunde, 9de deel. Amsterdam, 1865, 205-372. |
Rooth, E., 1960-1965 Mittelniederländische Wortstudien. In: Niederdeutsche Mitteilungen 16-18 (1960-1962), 5-82, en 19-21 (1963-1965), 5-112. |
Rooy, J. de, 1965 Als - of - dat. Een semantisch-onomasiologische studie over enkele subordinerende conjuncties in het ABN, de Nederlandsche dialecten en het Fries, vergelijkend-synchronisch beschouwd. Assen, 1965. |
| |
| |
Rooy, J. de, en I. Wikén Bonde, 1972 Nederländsk grammatik. Stockholm, 1972. |
Roucourt, Th., 1869 Beknopte spraakleer der Nederlandsche taal. Mechelen, 1869. |
Roukens, W., 1937 Wort- und Sachgeographie in niederländisch Limburg und den benachbarten Gebieten. 2 dln. Nijmegen, 1937 (ook verschenen onder de titel Wort und Sachgeographie Südost-niederlands und der umliegenden Gebiete, mit besonderer Berücksichtigung des Volkskundlichen). |
Rutten, A., 1890 Bijdrage tot een Haspengouwsch idioticon. Antwerpen, 1890. |
Rutten, M., 1963 Neerlandica aan de Rijksuniversiteit te Luik, II. Jean-François-Xavier Würth. In: Revue des langues vivantes / Tijdschrift voor Levende Talen 29 (1963), 536-578. |
Rutten, M., 1967 Johannes Kinker et l'enseignement du néerlandais. In:Chronique de l'université de Liège 1967, 77-85. |
Sabbe, M., Peeter Heyns en de nimfen uit den Lauwerboom; bijdrage tot de geschiedenis van het schoolwezen in de 16de eeuw. Antwerpen-'s Gravenhage, z.j. |
Salmon, P., 1968-1969 Herder's Essay on the origin of language, and the place of man in the animal kingdom. In: German Life and Letters. New Series 22 (1968-1969), 59-70. |
Sandmann, M., 1970 Zur Frühgeschichte des Terminus der syntaktischen Beiordnung. In: Archiv für das Studium der neueren Sprachen und Literaturen 121 (206. Band), 1970, 161-188. |
Sandys, J.E., 1921 A history of classical scholarship from the sixth century B.C. to the end of the Middle Ages. Cambridge, 19213. |
Sassen, A., 1953 Het Drents van Ruinen. Assen, 1953. |
Sassen, A., 1971 Streektaalsyntaxis en transformationeel-generatieve grammatica; concessieve zinnen in het Gronings. In: J.J. Spa en A. Sassen, Transformationeel generatieve dialectologie. Amsterdam, 1971, 21-37. |
Saussure, F. de, 1916 Cours de linguistique générale. Parijs, 1916. |
Schaik, C.J.J. van, 1962 Balthazar Huydecoper; een taalkundig, letterkundig en geschiedkundig initiator. Assen, 1962. |
Schankweiler, E., 1965 Zum Wesen und Ursprung der Sprache bei Jacob Grimm und Wilhelm von Humboldt. In: WZUB 14 (1965), 455-462. |
Scheltema, J., 1823 Iets over en van Petrus Francius als schrijver in de Nederduitsche taal. In: J. Scheltema, Geschied- en letterkundig mengelwerk, dl. 3/II. Utrecht, 1823, 171-208. |
Schenkeveld-van der Dussen, M.A., 1963 Dan en als bij vergelijkingen. In: NTg 56 (1963), 259-268. |
Schenkeveld-van der Dussen, M.A., 1969 Snede, rust en enjambement bij Huydecoper en Pels. In: Ts 85 (1969), 120-133. |
Scheurweghs, G., 1960 English grammars in Dutch and Dutch grammars in English in the Netherlands before 1800. In: English Studies 41 (1960), 129-167. |
Schilperoort, T.O., 1806 Proeve van nieuwere taalkunde, op de Nederduitsche spraakkunst toegepast. Groningen, 1806. |
Schilperoort, T.O., 1827 Kort begrip van het zamenstel onzer taal, na inzage van mr. W. Bilderdijks Spraakleer. Amsterdam, 1827. |
Schlaug, W., 1955 Studien zu den altsächsichen Personennamen des 11. und 12. Jahrhunderts. Lund, 1955. |
Schlaug, W., 1962 Die altsächsischen Personennamen vor dem Jahre 1000. Lund-Kopenhagen, 1962. |
Schmidt, S.J., 1968 Sprache und Denken als sprachphilosophisches Problem von Locke bis Wittgenstein. Den Haag, 1968. |
| |
| |
Schmidt, S.J., 1971 Philosophie als Sprachkritik im 19. Jahrhundert. Textauswahl II, herausgegeben von Siegfried J. Schmidt. Stuttgart, 1971. |
Schmitt, L.E., 1967a De Nederlandse taal in de Europese ruimte. In: OE 10 (1967), 3, 7-15. |
Schmitt, L.E., 1967b Die niederländische Sprache in Europa. In: Zeitschrift für Mundartforschung 34 (1967), 1-13. |
Schönfeld, M., 1970 Schönfelds Historische grammatica van het Nederlands, bewerkt door A. van Loey. Zutphen, 19708. |
Schoof, W., 1963 J. Grimms deutsche Grammatik in zeitgenössischer Beurteilung. In: Zeitschrift für deutsche Philologie 82 (1963), 363-377. |
Schophaus, R., 1973 Strukturelle Dialekteinteilung per Bruchrechnung? In: Niederdeutsches Wort 13 (1973), 103-115. |
Schothorst, W. van, 1904 Het dialect der Noord-West-Veluwe. Utrecht, 1904. |
Schreven, J. van, 1832 Korte handleiding tot het redekundig ontleden van voorstellen en volzinnen. Groningen, 1832 (Deventer 18382, 18433, 18484, 18655). |
Schrijnen, J., 1920 De isoglossen van Ramisch in Nederland. Bussum, 1920. |
Schuermans, L.W., 1865-1870 Algemeen Vlaamsch idioticon. 2 dln. Leuven, 1865-1870. |
[Schaltens, J.J.], 1761 (Over de methode der etymologie ). In: By-dragen 2 (1762), 296m-296w. |
Schultink, H., 1967 Transformationeel-generatieve taalbeschrijving. In: NTg 60 (1967), 238-257. |
Schultink, H., 1970 Ontwikkelingen binnen het transformationeel-generatieve taalmodel. In: Algemeen Nederlands tijdschrift voor Wijsbegeerte 62 (1970), 153-161. |
Schultink, H., 1971 Moderne Nederlandse grammatica als wetenschap. In: SN 2 (1971), afl. 4, 320-332. |
Schutter, G. de, 1971 De bouw van de Nederlandse zin. Een kritiek op Paardekooper z'n groepen ww-patroondelen. In: Handelingen van de Koninklijke Zuidnederlandse Maatschappij voor taal- en letterkunde en geschiedenis 25 (1971), 93-115. |
Searle, J.R., 1972 Chomsky's revolution in linguistics. In: The New York Review of Books 29 juni 1972, 16-24. |
Seidler, H., 1967 Die Bedeutung von W. von Humboldts Sprachdenken für die Wissenschaft von der Sprachkunst. In: Zeitschrift für deutsche Philologie 86 (1967), 434-451. |
Selm, B. van, 1975 De 1731-1735 edities van De Hollandsche Spectator. In: Studies voor Zaalberg. Leiden, 1975, 187-259. |
Sercu, A., 1972 Het dialect van Oostduinkerke en omgeving. Gent, 1972. |
Sermon, H., 1891 De Vlaamsche vertaal- en woordenboeken van het begin der boekdrukkunst tot den jare 1700. In: VMVA 1891, 250-285 en 483-485. |
Servaas van Rooyen, A.J., 1891 Een brief van mr. Jacob van Lennep aan den hoogleeraar T. Roorda over taal. In: NZ 14 (1891), 318-321. |
Seuren, P.A.M., 1971 Chomsky, man en werk. In: De Gids 134 (1971), nr. 5-6, 298-308. |
Séwel, W., 1691 Nieuw woordenboek der Nederduytsche en Engelsche taale .... A New dictionary Dutch and English .... Amsterdam, z.j. (1691; als Groot woordenboek ... 17082, 17273 ( = 1735), 17494, 17545; als Volkomen woordenboek ... 17666). |
| |
| |
Séwel, W., 1700 A compendious guide to the Low Dutch language. Korte wegwyzer der Nederduytsche taal. Amsterdam, 1700 (17062; eveneens 17252 en 17402; 17473 ( = 1754); eveneens 17603; Amsterdam, 17834; eveneens 17884; 18145). |
Séwel, W., 1708a Nederduytsche spraakkonst, waarin de gronden der Hollandsche taale naauwkeuriglyk opgedólven, en zelfs voor geringe verstanden, zo ten aanzien der spellinge als bewoordinge, duydelyk aangeweezen zyn. Amsterdam, 1708 (17122 ( = 17242) 17333 17564). |
Séwel, W., 1708b Aanmerkingen op het boekje, genaamd De spelling van A. Moonen in eenen brief verdeedigd. Amsterdam, 1708. |
Séwel W., 1708c Brief... aan zekeren vrind, behelzende bedenkingen over het Naaschrift eens briefs van Anonymus Batavus, gevoegd in de Boekzaal van May en Juny 1708. In: De Boekzaal 1708/II (July-Augustus), 127-151. |
Shetter, W.Z., 1972 Netherlandic and Frisian. In: Current Trends in Linguistics, vol. 9: Linguistics in Western Europe, 1972, 1383-1406. |
Shibusawa, M., 1973 On the conjunction ende in Linschoten's Itinerario. A discourse on translation. In: Area and Culture Studies 23 (1973), 1-23. |
Siegenbeek, M., 1804 Verhandeling over de Nederduitsche spelling. Leiden, 1804. |
Siegenbeek, M., 1805 Woordenboek voor de Nederduitsche spelling. Amsterdam, 1805 ('s-Gravenhage, 18172, Dordrecht, 18274, 18295). |
[Siegenbeek, M.], 1810 Syntaxis of woordvoeging der Nederduitsche taal, uitgegeven door de Maatschappij: Tot Nut van 't Algemeen. Leiden-Deventer-Groningen, 1810. |
[Siegenbeek, M.,] 1814 Grammatica of Nederduitsche spraakkunst. Leiden, 1814. |
Siegenbeek, M., 1826 Beknopte geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Haarlem, 1826. |
Siegenbeek, M., 1827 Taalkundige bedenkingen, voornamelijk betreffende het verschil tusschen de aangenomene spelling en die van Mr. W. Bilderdijk. Haarlem, 1827. |
Siegenbeek, M., 1842 Brief... aan A. de Jager, behelzende eenige bedenkingen op des laatsten prijsverhandeling over de spelling. In: TM 4 (1842), 289-306. |
Siertsema, B., 1954 A study of glossematics. Critical survey of its fundamental concepts. Den Haag, 1954 (19652). |
Sijmons, B., 1880 Een en ander over de taalkundige opleiding van taalleeraars. In: NZ 3 (1880), 65-81. |
Simon, J., 1967 J.G. Hamann Schriften zur Sprache. Einleitung und Anmerkungen von J. Simon. Frankfurt a. M., 1967. |
Simons, Ph.J., 1950 Moderne en antieke taalwetenschap. Vergelijkingen en synthesen. In: NTg 43 (1950), 75-83. |
Sipma, P., 1952 Fryske Nammekunde. I. Foar- en skaeinammen. Drachten, 1952. |
Slagle, U. von, 1974 Language, thought, and perception. A proposed theory of meaning. In: Janua Linguarum. Series Maior 98. Den Haag-Parijs, 1974. |
Smet, G. de, 1958 Junius' Nomenclator, Hollandse bron van Kiliaens Vlaamse woorden. In: Album Blancquaert. Tongeren, 1958, 197-208. |
Smet, G. de, 1966 Deutsche Einflüsse auf die niederländische Lexicographie des 16. Jahrhunderts. In: Niederdeutsche Mitteilungen 22 (1966), 65-90. |
Smet, G. de, 1970 Iets over de Pappa puerorum van Johannes Murmellius. In: Zijn akker is de taal. Bundel opstellen aangeboden aan K. Heeroma. Den Haag, 1970, 251-260. |
Smeyers, J., 1959 Vlaams taal- en volksbewustzijn in het Zuidnederlands geestesleven van de 18de eeuw. Gent, 1959. |
| |
| |
Smit, J., en R.P. Meijer, 1963 Dutch grammar and reader; with exercises. Victoria, 1963. |
Smith, A.H., 1956 English place-name elements. 2 dln. Cambridge, 1956. |
Snellaert, F., 1851 Vlaemsche bibliographie, of lyst der Nederduitsche boeken, in België sedert 1830 uitgegeven. Gent, 1851. |
Spanoghe, E., 1889-1902 Synonymia Latino-Teutonica (ex Etymologico C. Kiliani deprompta). Latijnsch-Nederlandsch woordenboek der XVIIe eeuw. Antwerpen-Gent-'s-Gravenhage, 1889-1902. |
Stallaert, K. Jan des Roches. Zyne verhandeling over de oude en middeneeuwsche tael der Belgen. Z.p., z.j. |
Stalling, N.C., 1910 Holländsk Språklära kortfattad kurs; Nederländska språket och litteraturen. Stockholm, 1910. |
Steenwinkel, J. en Clignett, J.A. (ed.), 1781-1785 Taelkundige mengelingen. Uitgegeven onder de spreuk: Linguae patriae excolendi amore. Leiden, 1781-1785 (Amsterdam, 17942 als Schatkamer der taalen, uitgegeven onder de zinspreuk: Linguae patriae excolendi amore. Bevattende veele uitleggingen van verouderde Nederduitsche woorden, en ophelderingen van de meeste doode taalen). |
Steinthal, H., 1848 Die Sprachwissenschaft Wilhelm von Humboldt's und die Hegel'sche Philosophie. Berlijn, 1848 (photomech. Nachdruck Hildesheim, 1971). |
Steinthal, H., 1855 Grammatik, Logik und Psychologie. Berlijn, 1855. |
Steinthal, H., 1863 Geschichte der Sprachwissenschaft bei den Griechen und Römern. Berlijn, 1863 (1890-18912; photomechanischer Nachdruck Hildesheim, 1961, 1971). |
Steinthal, H., 1871 Einleitung in die Psychologie und Sprachwissenschaft. Berlijn, 1871. |
Stellmacher, E.-D., 1968 Niederländisches im Lautstande des Mittelmärkischen? In: LB 57 (1968), 119-129. |
Stellmacher, E.-D., 1970 Niederdeutsches und Niederländisches in mundartlichen Tierbezeichnungen zwischen Schwarzer Elster und Dahme. In: Jahrbuch des Vereins für niederdeutsche Sprachforschung 1970, 110-113. |
Stellmacher, E.-D., 1971a Nederlandse taaloverblijfselen in de woordenschat der streektalen tussen Elbe en Schwarze Elster. In: TT 23 (1971), 38-51. |
Stellmacher, E.-D., 1971b Zum Verhältnis von Phonologie und Orthographie. Anmerkungen zur aktuellen Orthographiediskussion im Niederländischen. In: Neuphilologische Mitteilungen 72 (1971), 554-562. |
Stellmacher, E.-D., 1971c Einführung in die Geschichte der Niederländischen Sprache. Tampere, 1971. |
Stengel, E., 1890a Chronologisches Verzeichnis französischer Grammatiken vom Ende des 14. bis zum Ausgange des 18. Jahrhunderts nebst Angabe der bisher ermittelten Fundorte derselber. Oppeln, 1890 (herdr. Amsterdam, 1970). |
Stengel, E., 1890b Anhang zum Verzeichnis französischer Grammatiken. In: Zeitschrift für Französische Sprache und Litteratur 12 (1890), 284-290. |
Sterkenburg, P.G.J. van, 1973a Verkenningen in middeleeuwse lexicografie naast een onderlinge relatie. In: LB 62 (1973), 3-36. |
Sterkenburg, P.G.J. van, 1973b Het Glossarium Harlemense (circa 1440). Opnieuw uitgegeven met een inleiding, translitteratie en commentaar en van een alfabetische en retrograde index voorzien door P.G.J. van Sterkenburg. 's-Gravenhage, 1973. |
| |
| |
Sterkenburg, P.G.J. van, 1975a Het Glossarium Harlemense. Een lexicologische bijdrage tot de studie van de Middelnederlandse lexicografie. 's-Gravenhage, 1975. |
Sterkenburg, P.G.J. van, 1975b Een glossarium van zeventiende-eeuws Nederlands, voorafgegaan door enige aspecten uit de geschiedenis van de Nederlandse lexicografie. Groningen, 1975. |
Sterkenburg, P.G.J. van (ed.), 1976a De Nederlandse lexicologie tussen handwerk en machine. Groningen, 1976. |
Sterkenburg, P.G.J. van, 1976b Nederlandse lexicologie in stellingen. In: NTg 69 (1976), 13-23. |
Stijl, K., 1776 Beknopte aanleiding tot de kennis der spelling, spraakdeelen, en zinteekenen van de Nederduitsche taal; ten dienste van mingevorderden, naar den nieuweren smaak, ter uitgave opgesteld door Klaas Stijl, na des schrijvers tusscheninvallenden dood uitgegeven, aangeprezen in eene Voorrede, en voor de helft vermeerderd met bijgevoegde aanmerkingen, die den weg openen tot dieper en uitgestrekter onderzoek, door Lambertus van Bolhuis. Groningen, 1776 (17782, 17873, 18024). |
Stoett, F.A., 1889-1890 Beknopte Middelnederlandsche spraakkunst. I. Etymologie. II. Syntaxis. 's-Gravenhage, 1889-1890. |
Stoops, Y., 1969a Wat bedoelen we met 'Algemeen Zuidnederlands'? In: TT 21 (1969), 72-74. |
Stoops, Y., 1969b Algemeen Zuidnederlands of niet. In: Nu nog 17 (1969), 105-107. |
Strengholt, L., 1969 Coornhert dan, Spiegel als. In: Ts 85 (1969), 143. |
Swaen, A.E.H., 1942 Nederlandsche geslachtsnamen. Zutphen, 1942. |
Talen, J.G., 1894a Over vorm en indeeling der werkwoorden. In: TL 4 (1894), 83-104. |
Talen, J.G., 1894b [Recensie van] J. Ries Was ist Syntax? (Marburg, 1894). In: TL 4 (1894), 245-248. |
Tans, J.G.H., 1938 Isoglossen rond Maastricht in de dialecten van Belgisch en Nederlandsch Zuid-Limburg. Maastricht, 1938. |
Teirlinck, Is., 1908-1922 Zuid-Oostvlaandersch idioticon. Gent, 1908-1922. |
Termorshuizen, G., 1973 Het Nederlands: een probleem op de Indonesische universiteiten. In: Neerlandia 77 (1973), 4, 112-116. |
Termorshuizen, G., 1975 Indonesische neerlandici studeren in Leiden. In: Neerlandica extra muros no. 24 (1975), 27-28. |
Ternest, K.L., 1860 Beknopte uitspraekleer der Nederduitsche tael. Gent, 1860. |
Ternest, K.L., 1872 Uitspraakleer der Nederlandsche taal. Gent, 18722. |
Terwen, J.L., 1844 Etymologisch handwoordenboek der Nederduitsche taal; of proeve van een geregeld overzigt van de afstamming der Nederduitsche woorden. Gouda, 1844. |
Terwey, T., 1878 Nederlandsche spraakkunst. Groningen, 1878 (18908). |
Thomsen, V., 1927 Geschichte der Sprachwissenschaft bis zum Ausgang des 19. Jahrhunderts. Halle, 1927. |
Thorpe, J. (ed.), 1970 The aims and methods of scholarship in modern languages and literatures. New York, 19702. |
Thurot, Ch., 1868 Notices et extraits de divers manuscrits latins pour servir á l'histoire des doctrines grammaticales du Moyen-Age. Parijs, 1868 (photomechanischer Nachdruck Frankfurt, 1964). |
Thurot, Ch., 1881-1882 De la prononciation française depuis le commencement du XVIe siécle d'après les témoignages des grammariens. Parijs, 1881-1882. |
| |
| |
Thys, W., 1954 Uit het leven en werk van André Jolles (1874-1946). In: NTg 47 (1954), 129-137 en 199-208. |
Thys, W., 1960 Niederländische Lehrstühle und Lektorate im Ausland. In: Hochschule und Forschung in den Niederlanden 4 (1960), 2, 3-18. |
Thys, W., en J.M. Jalink, 1967 De Nederlandistiek in het buitenland. Het universitair onderwijs in de Nederlandse taal- en letterkunde, cultuur- en politieke geschiedenis buiten Nederland en België. 's-Gravenhage, 1967. |
Timpanaro, S., 1963 La genesi del metodo del Lachmann. Florence, 1963. |
Tinbergen, D.C., 1900 Des Coninx Summe. Door D.C. Tinbergen. Leiden, z.j. [1900]. |
Tollenaere, F. de, 1951 Indogermaans en Keltisch bij Rasmus Rask. In: Neophilologus 35 (1951), 37-46. |
Tollenaere, F. de, 1969 De stand van de Nederlandse lexikografie. In: Verslag van het derde colloquium van hoogleraren en lectoren in de nederlandistiek aan buitenlandse universiteiten (1967). 's-Gravenhage, 1969, 133-152. |
Tollenaere, F. de, 1970 The Leiden Thesaurus. In: Computer Studies in the Humanities and Verbal Behaviour 3 (1970), 169-171. |
Tollenaere, F. de, 1973 Travaux de l'institut de lexicologie néerlandaise. In: Linguistica matematica e calcolatoria. Atti del convegno e della prima scuola internazionale, Pisa, 16 aug-6 sept, 1970. Florence, 1973, 29-39. |
Tollenaere, F. de, 1974 Bouwstoffen voor een supplement op het Middelnederlandsch woordenboek. In: Informatie Nederlandse Lexikologie 4 (1974), 5-10. |
Tollenaere, F. de, en W. Pijnenburg, 1974 Verwerking van Vroegmiddelnederlandse teksten met de computer (Het Corpus-Gysseling). Leiden, 1974. |
[Tollius, H.], 1763 Proeve eener nieuwe wyze van afleiden uit de worteldeelen ta'en, te'en, ti'en, to'en, tu'en. In: Nieuwe Bydragen 1 (1763), 447-472. |
Toorn, M.C. van den, 1968a Der Stand der modernen niederländischen Sprachwissenschaft. In: Zeitschrift für Mundartforschung 35 (1968), 52-65. |
Toorn, M.C. van den, 1968b Opvattingen in de moderne grammatica, In: LT 1968, 259-272. |
Toorn, M.C. van den, 1969 De stand van de moderne Nederlandse taalkunde. In: Verslag van het derde colloquium van hoogleraren en lectoren in de nederlandistiek aan buitenlandse universiteiten. 's-Gravenhage, 1969, 50-63. |
Toorn, M.C. van den, 1970 Wat is een endocentrische woordgroep? In: SN 1 (1970), afl. 3, 1-19. |
Toorn, M.C. van den, 1973a Nederlandse taalkunde. Utrecht-Antwerpen, 1973. |
Toorn, M.C. van den, 1973b Nederlandse grammatica. Groningen, 1973. |
Trier, J., 1931 Der deutsche Wortschatz im Sinnbezirk des Verstandes. Die Geschichte eines sprachlichen Feldes. Heidelberg, 1931. |
Tuerlinekx, J.F., 1886 Bijdrage tot een Hagelandsch idioticon. Gent, 1886. |
Tuin, H. van der, 1950 Quelques remarques sur l'enseignement de la langue et de la littérature néerlandaises en Sorbonne. In: Annales de l'Université de Paris 20 (1950), 15-21. |
Tuin, H. van der, 1954 La linguistique générale et le néerlandais. In: Etudes Germaniques 95 (1954), 140-152. |
Tuinman, C, 1722 Fakkel der Nederduitsche taale; ontsteken byzonderlyk aan de Hebreeuwsche, Grieksche, en Latynsche spraaken, als ook de oude Duitsche, uit de overblyfzels der gryze aaloudheid, en die van laatere eeuwen. ... Hier achter is gevoegt, Oud en nieuw; of Vergelyking der oude en nieuwe Nederduitsche taal, in vorming en spreekwyzen. Leiden, 1722. |
| |
| |
Tuinman, C., 1731 Vervolg op de Fakkel der Nederduitsche taale ..., met een Voorrede uitgegeeven door Johan Huibert Jungius. Middelburg, 1731. |
Tuynman, P., 1968 Chronologische lijst van geraadpleegde spraakkonstenaren en enkele andere bronnen voor de geschiedenis van de taalcultuur. In: Hellinga 1968, 621-630. |
Tuynman, P., 1973 Bijdragen tot de P.C. Hooft-filologie. Amsterdam, 1973. |
Uhlenbeck, E.M., 1958 Traditionele zinsontleding en syntaxis. In: LT 1958, 18-30. |
Uhlenbeck, E.M., 1959 Syntaxis te Sappemeer. In: NTg 52 (1959), 222-223. |
Uhlenbeck, E.M., 1962 De beginselen van het syntactisch onderzoek. In: Taalonderzoek in onze tijd. Den Haag, 1962, 18-37 (ook in: Hoogteijling 1968, 24-43). |
Uhlenbeck, E.M., 1964 A critical survey of studies on the languages of Java and Madura. In: Bibliographical Series no. 7 van het Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde. 's-Gravenhage, 1964. |
Uhlenbeck, E.M., 1971 Kraak's Negatieve zinnen. Een laat antwoord. In: FdL 12 (1971), 100-134. |
Uhlenbeck, E.M., 1973 Critical comments on transformational-generative grammar 1962-1972. Den Haag, 1973. |
Uhlenbeck, E.M., 1974 Structurele taalwetenschap. In: Controversen in de taal- en literatuurwetenschap. Wassenaar, 1974, 137-168. |
Uhlig, G., 1867-1910 Grammatici Graeci recogniti et apparatu critico instructi. Recensuerunt P. Schneider et G. Uhlig. Leipzig, 1867-1910 (Hildesheim, 19652). |
Uhlig, G., 1883 Dionysii Thracis Ars grammatica qualem exemplaria vetustissima exhibent edidit G. Uhlig. Leipzig, 1883. |
Uitlegkundig Woordenboek 1825-1838 Uitlegkundig Woordenboek op de werken van Pieter Kornelisz. Hooft, uitgegeven door de tweede klasse van het Koninklijk-Nederlandsch Instituut van wetenschappen, letterkunde en schoone kunsten. 4 dln. Amsterdam, 1825-1838. |
Uitman, G.J., 1941 Hoe komen wij aan onze namen? Oorsprong en betekenis van onze familie- en voornamen. Amsterdam, 1941 (19622). |
Vanacker, F., 1948 Syntaxis van het Aalsters dialect. Tongeren, 1948. |
Vanderheyden, J.F., 1952 Jan van Mussem. In: VMVA 1952, 289-306 en 923-948. |
Vanderheyden, J.F., 1957 Adriaan Verwer. Verwer in de geschiedschrijving en over de geschiedenis van het Nederlands, Verwer en Zuid-Nederland. In: VMVA 1957, 617-671. |
Vanderheyden, J.F., 1961 Litteraire theorieën en poëtiek in Middelnederlandse geschriften; enkele losse beschouwingen. In: VMVA 1961, 173-275. |
Vanderheyden, J.F., 1971 Schets van een geschiedenis van de Germaanse filologie. 3 dln. Leuven 1971 (gestencild; 7e-9e uitg.). |
[Varik, G. van], 1799 Rudimenta, of gronden der Nederduitsche spraake. Leiden-Deventer-Utrecht, 1799 (18022, en 18052; 1817-18193, 18274 en Gent 18584). |
Velde, R.G. van de, 1966 De studie van het Gotisch in de Nederlanden; bijdrage tot een status quaestionis over de studie van het Gotisch en het Krimgotisch. Gent, 1966. |
Ven, M.Ch. van de, 1969 Taal in Noordoostpolder. Een sociolinguistisch onderzoek. Amsterdam, 1969. |
Ven, M.Ch. van de, 1971 Taal in Hulst. Proeve van een sociolinguistisch onderzoek. Tilburg, 1971. |
| |
| |
Verburg, P.A., 1952 Taal en functionaliteit. Een historisch-critische studie over de opvattingen aangaande de functies der taal vanaf de prae-humanistische philologie van Orleans tot de rationalistische linguistiek van Bopp. Wageningen, 1952 (ook verschenen als proefschrift V.U. Amsterdam, 1951). |
Verburg, P.A., 1975 Stand en zin van de historie der taaltheorieën. Groningen, 1975. |
Vercoullie, J., 1890 Beknopt etymologisch woordenboek der Nederlandsche taal. Gent-'s-Gravenhage, 1890. |
Vercoullie, J., 1892 Schets eener historische grammatica der Nederlandsche taal. Gent, 1892 (19002, 19063, 19224). |
Vercoullie, J., 1894 Nederlandsche spraakkunst voor de athenaeen, colleges en normaalscholen. Gent, 1894 (19255). |
Verdam, J., 1885 Taalgevoel, In: NZ 8 (1885), 211-222. |
Verdam, J., 1890 De geschiedenis der Nederlandsche taal in hoofdtrekken geschetst. Leeuwarden, 1890. |
Verdam, J., 1900-1901 Die spiegel der sonden, uitgegeven door J. Verdam. 2 dln. Leiden, 1900-1901. |
Verdeyen, R., 1924 Un recueil précieux d'éditions anversoises du XVIe siécle. Glaude Luython, le maître d'école de la paroisse de St.-André. In: De Gulden Passer 2 (1924), 176-195. |
Verdeyen, R., 1925-1935 Colloquia et dictionariolum septem linguarum, gedrukt door Fickaert te Antwerpen in 1616. Opnieuw uitgegeven door R. Verdeyen. 3 dln. Antwerpen-'s-Gravenhage, 1925-1935. |
Verdeyen, R., 1939 Petrus Dasypodius en Antonius Schorus. Bijdrage tot de studie van de lexicographie en het humanisme. In: VMVA 1939, 967-1132. |
Verdeyen, R., 1945 Het Naembouck van 1562. Tweede druk van het Nederlands-Frans woordenboek van Joos Lambrecht. Uitgegeven door R. Verdeyen. Luik-Parijs, 1945. |
Verkuyl, P.E.L.,1971 Battista Guarini's Il pastor fido in de Nederlandse dramatische literatuur. Assen, z.j. [1971]. |
Verkuyl, H.J., 1974 e.a., Transformationele taalkunde. Utrecht-Antwerpen, 1974. |
Vermeeren, P.J.H., 1962 De kunst der filologie. Groningen, 1962. |
Verschuur, A., 1902 Klankleer van het Noord-Bevelandsch. Amsterdam, 1902. |
Verschuur, A., 1924 Een Nederlandsche uitspraakleer der 17e eeuw. Amsterdam, 1924. |
Verslag 1962 Verslag van het eerste colloquium van hoogleraren en lectoren in de neerlandistiek aan buitenlandse universiteiten, uitg. m.m.v. NUFFIC. 's-Gravenhage, 1962 (gestencild). |
[Verwer, A.], 1707 Linguae belgicae idea grammatica, poetica, rhetorica; deprompta ex adversariis Anonymi Batavi: in usum proximi amici. Amsterdam, 1707 (Leiden, 17832). |
[Verwer, A.], 1708a Brief ... aen den Heere David van Hoogstraten. In: De Boekzaal 1708/I (May-Juny), 524-556. |
[Verwer, A.], 1708b Brief ... aen den Heere David van Hoogstraten over de echte Nederduytsche vocaelspellinge. In: De Boekzaal 1708/II (September-October), 353-379. |
[Verwer, A.], 1709 Brief aen den Heere Adriaen Reland ... tot rekenschap vande aenmerkingen vanden Heer Arnold Moonen op [de] Idea; en van 't richtig Nederduitsch, zoo als door onze Hooge Overheidt gebruikt is in hare nieuwe overzettinge des bybels. Utrecht, 1709 (ook in Van Hoogstraten 1700 (ed. 1723 en 1733)). |
| |
| |
Verwer, A. (ed.), 1711 Nederlants see-rechten; avaryen; en bodemeryen.... Verklaert met aenteikeningen, ook met keurige bijlagen door Adriaen Verwer .... Amsterdam, 1711 (17162, 17303, 17644). |
Vessem, A.H. van, 1956 Oogstgerei-benamingen. Assen, 1956. |
Villiers, M. de, 1969 Nederlands en Afrikaans. Kaapstad, 19692. |
Vin, A. de, 1953 Het dialect van Schouwen-Duiveland. Grammatica en historie. Assen, 1953. |
Vinaver, E., 1939 Principles of textual emendation. In: Studies in French language and mediaeval literature presented to professor Mildred K. Pope. Manchester, 1939, 351-369. |
Vincent, A., 1927 Les noms de lieux dans la Belgique. Brussel, 1927. |
Vincent, A., 1937 Toponymie de la France. Brussel, 1937. |
Vincent, A., 1947 Que signifient nos noms de lieux? Brussel, 1947. |
Visser, R.P.W., 1974 Willem Bilderdijk en de natuurwetenschappen. In: NTg 67 (1974), 288-299. |
Vloten, J. van, 1853-1854 Y en IJ. Spellings-grieven, bedenkingen en wenschen. In: ANT 4 (1853-1854), 269-287. |
Vloten, J. van, 1859 Spraakwording, taal en schrift. Zutphen, 18591 (18712). |
Vloten, J. van, 1870 Petrus Francius. In: J. van Vloten, Bloemlezing uit de Nederlandsche prozaschrijvers der zeventiende eeuw. Arnhem, 1870, 607-618. |
Vollenhove, J., 1686 Poëzy. Amsterdam, 1686. |
Vooys, C.G.N. de, 1906 Konservatieve taalgeleerdheid. In: De Beweging 2 (1906), 135-144 (herdr. in: De Vooys 1924, 3-12). |
Vooys, C.G.N. de, 1907 Kanttekeningen bij Den Hertog's Nederlandse spraakkunst. In: NTg 1 (1907), 69-74. |
Vooys, C.G.N. de, 1917 Uit de jeugd van onze spraakkunst. In: NTg 11 (1917), 209-221 en 273-290 (herdr. in: De Vooys 1924, 276-313). |
Vooys, C.G.N. de, 1918 De invloed van de renaissance-spraakkunst in de zeventiende eeuw. In: NTg 12 (1918), 248-263 (herdr. in: De Vooys 1924, 314-331). |
Vooys, C.G.N. de, 1920-1921 Uit en over oude spraakkunsten. In: NTg 14 (1920), 44-50 en 142-147, 15 (1921), 93-100 (herdr. in: De Vooys 1924, 332-353). |
Vooys, C.G.N. de, 1922 Achttiende-eeuwse spraakkunstbeschouwing. In: NTg 16 (1922), 273-291 (herdr. in: De Vooys 1924, 354-373). |
Vooys, C.G.N. de, 1923 De taalbeschouwing van Lambert ten Kate. In: NTg 17 (1923), 65-81 (herdr. in: De Vooys 1924, 374-391). |
Vooys, C.G.N. de, 1924 Verzamelde taalkundige opstellen I. Groningen, 1924. |
Vooys, C.G.N. de, 1928 Uit de geschiedenis van de Nederlandsche taalkunde: van Ten Kate tot Siegenbeek. In: NTg 22 (1928), 12-23 (herdr. in: De Vooys 1947, 11-22). |
Vooys, C.G.N. de, 1931 De taalbeschouwing van Siegenbeek-Weiland en van Bilderdijk. In: NTg 25 (1931), 21-34 (herdr. in: De Vooys 1947, 63-76). |
Vooys, C.G.N. de, 1934a Een vergeten grammaticus uit de tijd van Siegenbeek en Weiland. In: NTg 28 (1934), 17-23 (herdr. in: De Vooys 1947, 94-101). |
Vooys, C.G.N. de, 1934b Iets over oude woordenboeken. In: NTg 28 (1934), 263-272 (herdr. in: De Vooys 1947, 102-112). |
Vooys, C.G.N. de, 1940 Uit de geschiedenis van de Nederlandse spelling. In: NTg 34 (1940), 337-349 (herdr. in: De Vooys 1947, 245-258). |
Vooys, C.G.N. de, 1942 Klanknabootsing, klanksymboliek, klankexpressie. In: Mededeelingen der Nederlandsche Akademie van Wetenschappen, afd. Letterkunde, nieuwe reeks 5, no. 3, 1942, 113-160. |
| |
| |
Vooys, C.G.N. de, 1943a Kinker als taalkundige naast en tegenover Bilderdijk. In: Album Verdeyen. Brussel, 1943, p. 171-179 (herdr. in: De Vooys 1947, 351-360). |
Vooys, C.G.N. de, 1943b Matthias Kramer als grammaticus en lexicograaf. In: NTg 37 (1943), 33-41 (herdr. in: De Vooys 1947, 259-267). |
Vooys, C.G.N. de, 1944-1945 Bijdragen tot de Middelnederlandse woord-geografie en woord-chronologie. IX. De ‘Hollandse’ woorden bij Kiliaen. In: Ts 63 (1944), 265-280, en 64 (1945), 142-173. |
Vooys, C.G.N. de, 1947 Verzamelde taalkundige opstellen III. Groningen-Batavia, 1947. |
Vooys, C.G.N. de, 1952 Geschiedenis van de Nederlandse taal. Groningen, 19525 (fotomech. herdruk 1970, 1975). |
Vorlat, E., 1969 François Hillenius' Korte ende noodwendige regulen (1664): dependence and originality. In: English Studies 50 (1969), 1-10. |
Vorlat, E., 1975 The development of English grammatical theory 1586-1737 with special reference to the theory of parts of speech. Leuven, 1975. |
Vos, H.J. de, 1939 Moedertaalonderwijs in de Nederlanden. Een historisch-kritisch overzicht van de methoden bij de studie van de moedertaal in het middelbaar onderwijs sedert het begin van de 19e eeuw. 2 dln. Turnhout, 1939. |
Vossius, G.J., 1662 Aristarchus, sive de arte grammatica libri septem 2 dln. Amsterdam, 16622. |
Vreese, W. de, 1909 Over de benamingen onzer taal, inzonderheid over Nederlandsch. In: VMVA 1909, 417-592. |
Vreese, W. de, 1932-1933 Paradox over den grooten nood der Nederlandsche philologie. In: Handelingen van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden 1932-1933 (1933), 30-61. |
Vreese, W. de, 1962 Over handschriften en handschriftenkunde. Zwolle, 1962. |
Vries, G. de, en J.R. Lilje-Jensen, 1970-1971 Einige morphologische Untersuchungen des modernen Niederländischen mit Hilfe der EDV. In: Kopenhagener Beiträge zur germanistischen Linguistik 1 (1970-1971), 23-36. |
Vries, G. de, en J.R. Lilje-Jensen, 1972 Deens woordenboek. II. Nederlands-Deens. 's-Gravenhage, 1972. |
Vries, J.W. de, en J.B. Legiman Karjawidjaja S.H., 1971 Peladjaran Bahasa Belanda. 2 dln. 's-Gravenhage, 1971. |
Vries, M. de, 1844-1848 Der leken spieghel, leerdicht van den jare 1330, door Jan Boendale, gezegd Jan de Clerc, uitgegeven door M. de Vries. 3 dln. Leiden, 1844-1848. |
Vries, M. de, 1849 De Nederlandsche taalkunde, beschouwd in hare vroegere geschiedenis, tegenwoordigen toestand en eischen voor de toekomst. Haarlem, 1849. |
Vroonen, E., 1957 Dictionnaire étymologique des noms de famille de Belgique. 2 dln. Brussel, 1957. |
Wal, M.J. van der, 1977 De taaltheorie van Johannes Kinker. Leiden, 1977. |
Wartburg, W. von, 1939 Betrachtungen über das Verhältnis von historischer und deskriptiver Sprachwissenschaft. In: Mélanges de linguistique offerts à Charles Bally. Genève, 1939, 3-18. |
Waszink, J.H., 1961 De philologische methode van literatuurbeschouwing. In: Benaderingen van het literaire werk. Den Haag, 1961, 6-26. |
Water, A. van de, 1904 De volkstaal in het oosten van de Bommelerwaard. Utrecht, 1904. |
Weel, M.A. van, 1904 Het dialect van West-Voorne. Leiden, 1904. |
Weijnen, A.A., 1937 Onderzoek naar de dialectgrenzen in Noord-Brabant in aansluiting aan geografie, geschiedenis en volksleven Fijnaart, 1937. |
| |
| |
Weijnen, A.A., 1946 Studies over het Achthuizens dialect. Amsterdam, 1946. |
Weijnen, A.A., 1951 Taalgeografie en interne taalkunde. Amsterdam, 1951. |
Weijnen, A.A., 1958 Nederlandse dialectkunde. Assen, 1958. |
Weijnen, A.A., 1966 Nederlandse dialectkunde. Assen, 19662. |
Weijnen, A.A., 1971 Uit de geschiedenis van het woord: letterkunde. In: LB 60 (1971), 137-152. |
Weijnen, A.A., 1974a Transformational topolinguistics. In: Orbis 23 (1974), 300-315. |
Weijnen, A.A., 1974b Het algemeen beschaafd Nederlands historisch beschouwd. Assen, 1974. |
Weijnen, A.A., 1975 Crisis in de dialectkunde. In: TT 27 (1975), 110-117. |
Weiland, P., 1799 Nederduitsch taalkundig woordenboek (dl. 1). Amsterdam, 1799. |
Weiland, P., 1805 Nederduitsche spraakkunst. Uitgegeven in naam en op last van het Staatsbestuur der Bataafsche Republiek. Amsterdam, 1805 (18202, 18293, 18444, 18465). |
Weiland, P., 1830 Beknopt Nederduitsch taalkundig woordenboek. 5 dln. Dordrecht, 1830. |
Weiland, P., en G.N. Landré, 1821-1825 Woordenboek der Nederduitsche synonimen. 3 dln. 's-Gravenhage, 1821-1825. |
Weimann, K.H., 1965 Vorstufen der Sprachphilosophie Humboldts bei Bacon und Locke. In: Zeitschrift für deutsche Philologie 84 (1965), 498-508. |
Weinreich, U., 1954 Is a structural dialectology possible? In: Word 10 (1954), 388-400. |
Weisgerber, L., 1968 Die Namen der Ubier. Köln-Opladen, 1968. |
Weisgerber, L., 1969 Rhenania Germano-Celtica. Bonn, 1969. |
Welschen, A.J., 1976 Deutschsprachliche Publikationen zur niederländischen Sprachwissenschaft 1962-1971. In: Dutch Studies 2 (1976), 143-172. |
Welter, W., 1933 Die niederfränkischen Mundarten im Nordosten der Provinz Lüttich. Den Haag, 1933. |
Werken 1772-1788 Werken van de Maetschappy der Nederlandsche Letterkunde te Leyden (7 dln). Leiden, 1772-1788. |
[Wertz, C.], 1805 Rudimenta of gronden der Nederduitsche taal. 2 stukjes. Leiden-Deventer-Groningen, 1805. |
Wester, H., 1797 Bevatlyk onderwys in de Nederlandsche spel- en taalkunde, voor de schooljeugd. Groningen, 1797 (17992; 's-Hertogenbosch, z.j.3; Groningen 18055, 18148). |
Whatmough, J., 1970 The dialects of ancient Gaul; prolegomena and records of the dialects. Harvard, 1970. |
Whitney, W.D., 1877-1881 Taal en taalstudie. Voorlezingen over de gronden der wetenschappelijke taalbeoefening, volgens de derde uitgave voor Nederlanders bewerkt door J. Beckering Vinckers. Haarlem, 1877-1881. |
Wieringhen Borski, G. van, 1852-1854 Wegwijzer bij de zinsontleding. Delft, 1852-1854. |
Wilkinson, E.M., 1962-1963 The inexpressible and the unspeakable: some romantic attitudes to art and language. In: German Life and Letters. New Series 16 (1962-1963), 308-320. |
Wille, J., 1935 Taalbederf door de school van Kollewijn. Amsterdam, 1935. |
Wille, J., 1937 De literator R.M. van Goens en zijn kring; studiën over de tweede helft der achttiende eeuw; eerste deel. Zutphen, 1937. |
Wille, J., 1953 Voorbericht van de reeks ‘Trivium’, In: Caron 1953a, VII-XI. |
| |
| |
Wilmots, J.G., 1970-1971 Voor wie Nederlands wil leren. 2 dln. Hasselt, 1970-1971. |
Winkel, J. te, 1877 [Recensie van] D. de Groot Nederlandsche spraakkunst (Groningen-Arnhem, 1877). In: NZ 1 (18774), 42-51. |
Winkel, J. te, 1881 De grammatische figuren in het Nederlandsch. Culemborg, 1881 (18842). |
Winkel, J. te, 1884 De grammatische figuren in het Nederlandsch. Culemborg, 18842. |
Winkel, J. te, 1889 Geschichte der niederländischen Sprache. In: H. Paul, Grundriss der germanischen Philologie I. Straatsburg, 1889, 634-722. |
Winkel, J. te, 1899-1901 De Noordnederlandsche tongvallen. Atlas van taalkaarten met tekst, Leiden, 1899-1901. |
Winkel, J. te, 1901 Geschiedenis der Nederlandsche taal, naar de tweede Hoogduitsche uitgave ... vertaald door F.C. Wieder. Culemborg, 1901. |
Winkel, J. te, 1904 Inleiding tot de geschiedenis der Nederlandsche taal. Culemborg, 1904. |
Winkel, J. te, 1906 Bilderdijk als taalgeleerde. In: Mr. Willem Bilderdijk, uitgegeven op machtiging der Bilderdijk commissie. Pretoria-Amsterdam-Potchefstroom, 1906, 109-136. |
Winkel, L.A. te, 1853-1854 Iets over het Nederlandsche vocaalstelsel. In: NNT 1 (1853), 194-214 en 253-286, en 2 (1854), 96-104. |
Winkel, L.A. te, 1855 Over de beteekenis van het woord naamval. In: NNT 2 (1855), 257-262. |
Winkel, L.A. te, 1856a Over de werkwoorden met een verschoven praeteritum. In: NNT 3 (1856), 63-90. |
Winkel, L.A. te, 1856b Over het wezen der voornaamwoorden. In: NNT 3 (1856), 170-199. |
Winkel, L.A. te, 1857a Over de tijden der werkwoorden. In: NNT 4 (1857), III-I35. |
Winkel, L.A. te, 1857b Brief aan den heer Dr. W.G. Brill. In: NNT 4 (1857), 262-276. |
Winkel, L.A. te, 1858 De logische analyse. Beschouwingen naar aanleiding van Prof. T. Roorda's Rede-ontleding of logische analyse der taal. I. Zutphen, 1858. |
Winkel, L.A. te, 1859a Over de natuur der woorden. In: Tg 1 (1859), 5-27. |
Winkel, L.A. te, 1859b De zoogenoemde stoffelijke bijvoegelijke naamwoorden. In: Tg 1 (1859), 49-71. |
Winkel, L.A. te, 1860 Over de noodzakelijkheid der toepassing van de stelling: een woord staat onmiddellijk alleen in betrekking tot eene voorstelling. In: Tg 2 (1860), 169-187. |
Winkel, L.A. te, 1861a Antwoord aan Prof. W.G. Brill op zijnen brief over de definitie van het werkwoord. In: Tg 3 (1861), 1-26. |
Winkel, L.A. te, 1861b Nog iets over het begrip van het werkwoord. In: Tg 3 (1861), 26-39. |
Winkel, L.A. te, 1863a Over het begrip letter, en de wijze, waarop de letters door de spraakwerktuigen gevormd worden. In: Tg 5 (1863), 233-272. |
Winkel, L.A. te, 1863b De grondbeginselen der Nederlandsche spelling. Leiden, 1863. |
Witte, A.J.J. de, en N.C.H. Wijngaards, 1961 De struktuur van het Nederlands; een evolutief-klassieke synthese. 's-Hertogenbosch, 1961. |
| |
| |
Wolthers, D., 1962 H. Marsman Vijf versies van ‘Vera’, ingeleid door A. Lehning, verzorgd door D. Wolthers. Groningen, 1962. |
Woude, P. van der, 1975 De ‘Maatschappij’ en haar grammatici (2). In: NTg 68 (1975), 410-414. |
Würth, J.F.X., 1823 Les principes de la langue hollandaise. Luik, 1823. |
Würth, J.F.X., 1824 Cours préparatoire à l'étude de la littérature hollandaise. Luik, 1824. |
Ypeij, A., 1812 Beknopte geschiedenis der Nederlandsche tale. Utrecht, 1812. |
Ypeij, A., 1832 Beknopte geschiedenis der Nederlandsche taal. Tweede deel, bijvoegsels en aanmerkingen behelzende. Groningen, 1832. |
Zaalberg, C.A., 1972 ‘Eige(n)’ bij Vondel. In: NTg 65 (1972), 471-472. |
Zeller, O., 1967 Problemgeschichte der vergleichenden (indogermanischen) Sprachwissenschaft. Osnabrück, 1967. |
Zeydelaar, E., 1781a Grammaire générale raisonnée hollandoise. A l'usage des étrangers et principalement des François qui veulent apprendre cette langue. Utrecht, 1781 (17922). |
Zeydelaar, E., 1781b Néderduitsche spraakkonst, ten dienste der Néderlandsche taalbeminnaars. Uit de werken der beste schrijveren en der beroemdste dichteren saamengesteld. Utrecht, 1781 (Amsterdam, 17912). |
Zwaan, F.L., 1939 Uit de geschiedenis der Nederlandsche spraakkunst; grammatische stukken van De Hubert, Ampzing, Statenvertalers en Reviseurs, en Hooft, uitgegeven, samengevat en toegelicht. Groningen-Batavia, 1939 (Groningen, 19742). |
Zwaan, F.L., 1957 Jacob van der Schuere Nederduydsche Spellinge, uitgegeven, ingeleid en toegelicht door F.L. Zwaan. Groningen-Djakarta, 1957. |
Zwaardemaker, H., 1897 Over spraakgeluiden. Utrecht, 1897. |
|
|