Pyrotechnia, of meer dan hondertderleye konstvermakelijcke vuurwerken
(1678)–John Babington– Auteursrechtvrij
[pagina 52]
| |
sen als de Vorm van de Vuurpylen: maerse moet maer vier duimen lang wesen, en de Rol moet meer als een derdedeel duims dik zijn, als het gat van de Vorm wijd is, op dat’er te meer papier omgaen sou, om de Kardoes dikker van papier te maecken, als de Kardoes voor Vuurpylen; want daer door sal se een grooter slag geven; hebbende dan soo een Kardoes gemaeckt, doet die dan in de Vorm, en vult ze by na vol, of twee derde deelen ten minsten, en set’et dan hart aen met een stamper en Hamer; doet’er dan een goede prop op, en duuwt’er dan tien a twaelf van de binneste vouwen van ’t papier op de prop, en set die weder aen; neemt ze’er dan uit, en bind se sterk toe, digt by ’t papier, dat over het Kruit gebonden is, en se sal gereed zijn, om te gebruiken: Dese Slagpypen gebruikt men tot Lochtpylen: maer als men de slagen tot Kasteelen, Serpenten, en Vuurkolven gebruiken wil, soo moet men’er eerst een prop in doen, voor men’er Buskruit in doet, en dan het Buskruit, en dan’er weder een prop opgeset, en opgemaekt als voren: en als men dese tot de voorschreve Vuurwerken gebruiken wil, soo moet men ter zyden, en ontrent de midden, een gat boren halfwegen de dikte van de Slag, soo wijd, dat’er een Schacht in gaen kan; als dan doet een Schacht in ’t voorschreven gat, en vult de Schacht met fijn gestooten Buskruit; en aldus sal ’t gereed zijn om te gebruiken tot de voorschreve Vuurwerken: Als mense dan op Pylen gebruiken wil, dan moet men se aldus gebruiken; men moet een klein priemtje in het Laedgat steken tot halfwegen het Kruit, of doen’er dan een weinig fijn gestooten | |
[pagina 53]
| |
Buskruit by, en vullen dan de mond van de Slagpypen met fijn gestooten Buskruit, en setten ze dan met de mond nederwaerds in de Pijl, op de Compositie, die in de Pijl aengeset is, dat, als de Pijl verteert is, een slag sal geven; set’er dan een Peperhuisje boven op, gelijk voorschreven. Besiet de vierde Figuur, met de letter C. Daer is noch een manier, om een Slag te maken, te weten, neemt een stuk goed Bordpapier, trekt een omtrek met een Passer, de grootte van twee duimen in den Diameter, snijd die dwers door midden, en plakt ze of lijmt ze, zoo ’t best is, aen malkanderen, gelijk de voorschreve peperhuisjes; als ze droog zijn, vult ze met Buskruit, en lijmt’er een Decksel boven op, en laet het droogen. Als men dese Slagh gebruiken wil, boort een gat in ’t midden van ’t Decksel, en prepareert hem met fijn gestooten Buskruit, en set soo een Slagh boven op de Pijl, maer soo, dat de brand van de Pijl, die de Sterren aen brand steekt, de Slagh ook aen brand steekt; en daerom dient men niet meer als twee lagen met Sterren op malkanderen te leggen, en dan de Slagh daer boven op. Besiet de Figuur, met de letter D. |
|