Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek)
(2011)–Cornelius Aurelius– Auteursrechtelijk beschermdVan Kaerle die anderde, Prince van Castillen, van Leon, etcetera; eertshertoge van Oestenrijc, hertoge van Bourgondien, etcetera, die XXX graef van Hollant, Zeelant ende here van Vrieslant.
| |
[pagina 433r]
| |
van Bourgondien palsgrave ende van Henegouwen; lantgrave van Elsaten; prince van Swave; marcgrave van Burgau ende des Heilichs Rijcks, van Hollant, van Zeelant, van Phirt, van Kiburch, van Namen ende van Zutphen; here van Vrieslant, van den Windesmarc, van Portenaw, van Salins ende van Mechelen. Terwilen dat dese mogende prince in Den Hage was om in zijn lant van Hollant geintroniseert ende gehult te werden, quamen onder andere ambassaten ende solempne oratoren: de graef van Vendonne, die biscop van Parijs mit grote staet, vanwegen den coninc van Francrijck, ende sloten een hijlic tusscen die prince van Castillen ende des conincs Lodewijcs jonge dochter. Op dieselve tijt was in Den Hage die aertsbiscop van Dronten mit veel edele mannen ende grote staet gesonden van den coninc van Denemarcken, Noerwegen, Sweden, Wennen ende Godtlant mit scone costlijcke scepen omme mit grote staet op te halen dye II suster des conincs van Castillen tot een wijf den coninc van Denemarken voorscreven. In desen tiden is seer gearbeyt om verpondinge der landen ende steden, die vercregen wert. Op den XV junij anno als boven, beswoer die Coninclicke Majesteit zijn onderdanen van Leyden, nemende behoorlike eedt van denselfden. Ende als die huldinge was gedaen, op dieselve tijt so heeft die Coninclicke Majesteit doer zijn vorstlike genade, princelike auctoriteyt, liberaliteyt ende gracie, geaboleert ende te niete gedaen bi monde van sinen hoochgeleerden doctoer, predisent van Hollant, meester Niclaes Everhardi van Grijpskerck, alsulken proces als onghedecideert hing tusscen den procuroergenerael vanwegen mijn genadige here ter eenre syden, ende den ingeseten van Leiden ter andere, geresen ter cause van die commocie ende datter gesciede opten Ommegancs dach, etcetera, int jaer M CCCCC ende XIII. |
|