Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek)
(2011)–Cornelius Aurelius–Van den edelen ende wel geboren mannen, die doe ter tijt in Hollant waren.
| |
[pagina 255r]
| |
Renesse; Hubrecht, here van Culenburch; Dirc, here van Merwede; Jan van Langeraec; Dirc, here van Hoekelom; Jan, burchgrave van Montfoert; Aernt, here van Leyenburch; Henric, here van Naeldwijc, mit zijn sonen Willem ende Aelbrecht, sciltknapen; Dirc van der Lec; Jan van Hodenpijl; Willem, hertoge Aelbrechts bastertsoen, deerste here van Scagen mit zijn bastertbroeder; joncheer Adriaen; Evert, hertoge Willems bastertsoen, deerste here van Hoechtwoude, mit here Lodewijc, ridder, sinen broeder; Jan van Treslongen, grave Ghyen bastertsoen van Boloys; Jan van Vianen; Ghijsbrecht van Vianen, here van Noerdeloes. Jan van Woude, here van Warmont ende Alkemade; Jacob van den Woude, zijn soen; heer Danel van Poel; here Ghijsbrecht van Poel; here Dirc van Poel; here Jacob van Poel, ridders; Claeuwert van Poel, castelein tot Sinte Geertenberge; Dirc van Poelgeest; here Gerrit van Poelgeest, ridder, sijn neve; Bertelmeeus van Raephorst; Jan van Heemstede, here van Benthusen; Jan van Vliet; Phillips van Dorp; Jan Henric ende Gijsbrecht van Cronenburch, broeders ende ridders; Floris van Alkemade; Gerrit van der Woert; Gerrit van Zijl; Gielis van Cralingen; Gerrit van Liesvelt; Floris van Abeel; Gherrit, Coenraet, Jan ende Aernt, gebroeders van Harlaer, ridders; Vreric van Sevender; Baerthout van Assendelf; Dirc van der Beets, alle dese voerseit, uutgeseit weinich, waren ridderen; Jan van Egmont, here van Soetermeer; Jan van Egmont, here van Wateringe; Aelbrecht van Merenstein; Huge van Alkemade; Herpert van Foreest; Dirc van Assendelf; Simon van der Burch; Floris van Adrichom; Gerrit uten Hage; Gerrit Potter; Bouwen van Swieten; Florijs van Tol; Herpert van Bosch; Willem Eggert, deerste here van Purmureynde; Floris van KijfhoecGa naar voetnoot517; Jan van der Mye; Aernt Spiering; Claes van Waterlant; Willem Naghel. Alle dese waren schiltknapen ende geboertige mannen. |
|