Op- en ondergang van Mas Anjello, of Napelse beroerte
(1994)–Thomas Asselijn– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 41]
| |
Tweede bedryf
Arcos. Medina. Caraffa. Spinelli. Mataloni. Anaclerio. Tiberio.
arcos
D'Aartsbisschop, vol van zorg en Staatbekommeringe,
Heeft ons van tijt tot tijt uyt vremde mompelingeGa naar margenoot+
375[regelnummer]
Dit onheyl voorgespeldt en voorts van dach tot dach
Ons aangepordt om eens by midd'len van verdrach
D'oproerige gemeent met iver neer te zettenGa naar margenoot+
Door 't vieren van wat bot en 't matigen der wetten
En lasten, daaglijks hun zoo lastigh op geleyt.
380[regelnummer]
Het welk hy keurde goedt; maar 's Princen agtbaarheytGa naar margenoot+
Te kreuken en het volk zoo ruym den toom te geven,
Is zorglijk voor een Vorst ten Rijkstroon toe verheven
Om ligtlijk door die smet te raaken tot een valGa naar margenoot+.
Zoo zach men voor een wijl 't meineedigh PortugalGa naar voetnoot1
385[regelnummer]
Afvallen van hun trouw, en andre uytheemsche stranden
- 't Gescheurde EngelandtGa naar voetnoot2 en 's Koninks Nederlanden -
Die geven van hun doen ons dagelijks blijk op blijk.
Dat ik, ô Ridderen en Eedelen des Rijks,
U in der yl alhier zoo spoedigh heb doen komen,
390[regelnummer]
Is om het volk hun drift en moedtwil in te tomen,
Of iet door reklijkheydt tot vordring van hun werk
Te ramen tot verdrach het Rijk, het Volk, de Kerk:
Dry magten magtig om een Vorst zijn kroon te stutten.
Om desen elk in stant voor 't vallen te beschutten
395[regelnummer]
Vereyst voorzigtigheyt, kloekmoedigheyt en raadt.
Gy die in 's Koninks naam als stijlen van den Staat
Verbonden zijt om 't best der heerschappy te vordren,
Wat midd'len raamt gy best om ordre en onordre
Te stuyten, wijl 't gevaar ons dreygt van desen kant?
| |
[pagina 42]
| |
medina
400[regelnummer]
Het volk door waapenen te houden in de bandt.
anaclerio
Indien dit onweer ons dan over 't hooft wou drijven.
caraffa
Men straftze aan den hals, die 't volk in oproer stijven.
Zoo zuyvert men den Staat en vordert 's Koninks regt.
tiberio
Hy vorderdt heyls genoegh, die 't Rijk van oproer slegt,
405[regelnummer]
Men maatigt slegts hun last tot veyligheyt van alle.
mataloni
Hoe matigen en dat oproer'ge te gevalle?
tiberio
D'Aartsbisschop keurdt dit goedt.
caraffa
Men keur het hier voor quaat
En zullen nimmer dit noch nut, noch oorbaarGa naar margenoot+ vinden.
anaclerio
410[regelnummer]
Wy zien vast dagelijks hoe 's Koninks hofgezinde
Zich moedigen ten trots te dempen hunne zaakGa naar margenoot+.
spinelli
Zoo houdt men 't volk in toom.
tiberio
Zoo drijft men hun tot wraak,
Die, als PalermoGa naar voetnoot3, 't Rijk dan 't onderst boven keeren.
mataloni
En ofGa naar margenoot+ Palermo zich wouw laten overheeren,
415[regelnummer]
Stelt Napels dit een wet te volgen hunne trant?
| |
[pagina 43]
| |
tiberio
Men volgden dan u raadt en 't volk kreeg d'overhandt.
Hoe dan om hun gezach en moedtwil hier te stuyten?
spinelli
Nooyt is 'er heyl gevolgt uyt ongeregelt muyten.
Filomarino Aartsbisschop van Napels. Arcos. Mataloni. Caraffa. Anaclerio. Tiberio. Medino. Spinelli.
filomarino
Den hemel spaar u en behoede deze Stadt.
Dat elk zich wapene.
arcos
420[regelnummer]
Hoe wapenen, wat 's dat?
Godtvrugte Vader, zeg, wat doed u herwaarts spoeden?
filomarino
Om u en ons en 't Rijk al t'zamen te behoeden.
Dat alles in der yl nu werdt by een geprest,
Het onheyl nadert ons; wie nu 't gemene best
425[regelnummer]
En 's Koninks agtbaarheyt zoek in zijn stant te houwe,
Die wapen zich en doe nu proef van zijne trouwe.
Wy zijn verpligt het Rijk te vryden voor dit quaat.
Wie zorgh draagt voor 't gemeen, draagt zorge voor den Staat.
Het regt der volkren naar den aardt des volks te stieren,
430[regelnummer]
Is matelijk den toom wat ruymer uyt te vieren,
Dat niet zoo korzlen beest door al te nauwen trek
Op hollen raakt en werpt den toom eens uyt de nek.Ga naar voetnoot4
't Waar nodigh dan zoo voorts een middel te beramen,
Eer and're Vorsten en naaburen ons beschaamen,
435[regelnummer]
Die d'achtbaarheyt des Rijks en d'eer der heerschappy
Beledigen ten smaat der Spaanse Monarchy,
Zoo hoogh nu hemelwaarts gereezen aan de starren.
De magt des volks en 't Rijk dus onder een te warren,
Bragt zomtijts wel een staat in 't uyterste gevaar.
| |
[pagina 44]
| |
arcos
Wat wil d'Aertsbisschop dan?
filomarino
440[regelnummer]
De lasten, grof en swaar,
Te matigen.
arcos
Dit strekt tot nadeel aller Grooten.
filomarino
Men volgh dien eygen voet van andre bontgenoten,
Die d'algemene rust bevordren in hun Rijk.
mataloni
Het grau te koestren in hun drift en ongelijk
445[regelnummer]
Heeft menighmaal een Staat doen spoedigh omme keeren.
caraffa
Ia zoo, dat zigh een vorst van 't volk hem liet braverenGa naar margenoot+
Ten schantvlek van die geen aan Koninks trouw verlooft.
filomarino
Men vloekt den Adeldom en lasten op het ooftGa naar margenoot+
Hun onverdraagelijk dus op den hals te laden.
medina
450[regelnummer]
Zy stellen hun geschil aan 's Koninks bank en radenGa naar margenoot+,
Dat staatsgewijs hun zaak beslegt werdt en bepleyt.
tiberio
Men stel dan vastGa naar margenoot+ dat hun geen toegang werdt ontzeyt.
anaclerio
't Waar nutter eenige der lasten af te schaffen.
caraffa
't Waar nutter eenige der schellemen te straffen,
455[regelnummer]
Die dus bedektelijk doen voeden dit gerugt.
| |
[pagina 45]
| |
Aertshartogin, Caraffa, Anaclerio, Tiberio, Medina, Arcos, Spinelli, Filomarino Aertsbisschop van Napels.
Van binnen gerugt door 't kleppen van klokken.
aertshartogin
Helaas! Mijn lief, wat 's dit, dat elk verbaastGa naar margenoot+ dus vlugt?
En ieder in der yl zich tot den oproer reppen?
Al 't volk is op de been en al de Kloosters kleppen
En 't rot zich vast by een digt langs de waterkant
460[regelnummer]
En 's Koninks hogetol staat in den ligten brandt.Ga naar voetnoot5
Wy hooren door 't gedruys om hulp van waap'nen roepen.
Zy rukken herwaarts aan met hun verdeelde troepen.
Wat is 'er gaans mijn lief, dat elk dus kermt en zugt?
Of is het best geraân te vlugten? Dat men vlugt.
465[regelnummer]
Waar bergt men ons, och, och, och, gy, doorlugte heeren,
Verdeedigt doch dit slot met hun gewelt te keeren.
Wat wil dien oproer doch? Wat is het volk hun eys?
caraffa
Te heerschen naar hun drift ten trots van u paleys
En stadt en adeldom hun regten te belagen.
anaclerio
470[regelnummer]
Om matigheyt in 't geen onmooglijk is te draagenGa naar margenoot+.
't Waar Koninks best het volk te houden aan zijn handt.
medina
't Waar Koninks best het volk slegs in zijn ouden stant
Te houden en hun drift te stuyten door u ordre.
arcos
Ontstelt u niet, hier is met tranen niet te vordren.
475[regelnummer]
't Gevaar is kleen, wy zijn noch veylich op dit slot.
aertshartogin
ZooGa naar margenoot+ veylich niet, of ligt ten waar de goede Godt
Ons redde van hun magt al t'effens overvallen.
| |
[pagina 46]
| |
medina
Wat uytslagh keurdt men dan?
arcos
't Waar nodigh een van allen
Zigh spoede derwaarts aan en hoorden hun geschil.
tiberio
480[regelnummer]
Dat weeten wy. Zoo men d'oproer stuyten wil,
Men spoede zich alleen in 't matigen der wetten.
arcos
't Gezach der hoofden zal hun moetwil nederzettenGa naar margenoot+.
anaclerio
't Gezach der hoofden zal hun moetwil drijven aan.
tiberio
Wie kan de magt des volks alleen toch wederstaan?
arcos
485[regelnummer]
Men paayt hun dat men zich zal op hun zaak beraden.
spinelli
Zoo werpt g'u zelfs ter neêr en dat op 's volks genaden.
arcos
Men dwing haar dan door magt van wapenen tot vree.
aertshartogin
Begeef u doch in zulk een onweer niet in zee.
Ligt of dien donkren wolk den hemel op dee klaren.
490[regelnummer]
Wie d'eer des Rijks en 't regt des Koninks wil bewaren,
Die houde stant en wijk niet eene voet te rugh.
anaclerio
Ziet toe, zie toe, gy werdt noch zelfs wel ligt de brugh
En toegang naar 't verderf van d'al gemeen elenden.
caraffa
Des Vorsten achtbaarheyt en tytelen te schenden,
495[regelnummer]
Te zien dat elk zich vast aan muytery verbindt
| |
[pagina 47]
| |
En 't ongebonde grauw zoo reukeloos en blindt
Te stijven in hun doen, daar elk van 't spoor gedrevenGa naar margenoot+,
En aan zoo ruwen hoop den toom zoo ruym te geven,
En spelt niets goet voor ons, noch voor den ganschen staat.
tiberio
500[regelnummer]
En zoo men, naar gy 't drijft, dit beestGa naar margenoot+ dus hollen laat,
Zoo heeft men 't uyterste des Rijks verderf te wagten.
mataloni
De wetten eyschen zulks.
tiberio
Die moet men hier verzagten.
mataloni
Zoo kreuktGa naar margenoot+ men 't geen het hof des Koninks zelfs gebiet.
anaclerio
Zoo luyt hun eerste keur noch oude handtvest niet.
505[regelnummer]
Die tuygen tot hun best van nimmer te gedogen
Dat Princen van het Rijk zoo veel gezags vermogen
Om 't volk door schattingen te houden in den bandt.
Zoo spreekt hun voorregt zelfs, die d'eerste FerdinandtGa naar voetnoot6
Op zijne hulding heeft den volkeren opgedragen.
arcos
510[regelnummer]
En of uytheemse macht den Staat dan quaam belagen,
Gelijk men dagelijks van 't Franse Rijk verwacht,
Wijl GuiseGa naar voetnoot7 vast op reys met al zijn oorlogsmacht
En scheepen vol gepropt dit Rijk vast komt genaaken?
EnGa naar margenoot+ 't volk in tijt van noodt van schattinge t'ontslaaken
515[regelnummer]
En is om 's Koninks best in 't minste niet geraân.
tiberio
De lasten lang voor heen op hunnen hals gelaân
Behoorden ruym zoo veel gewelts en macht te stuyten.
Wy zaten lang in rust.
| |
[pagina 48]
| |
caraffa
Nu dreygt men ons van buyten,
En zien van verre vast dit naakende geweldt.
mataloni
520[regelnummer]
Des Koninks schatkist, die vast ledigh is van geldt,
Vereyst geen mindering maar meerdering van lasten.
tiberio
Zoo, nijp de keel voort toe, zoo moogens' eeuwigh vasten.
caraffa
Dat ga zoo 't wil, 't gedy ten besten 's Koninks naam.
anaclerio
Dat gaa zoo 't wil? Het gaa dat ik (en elk) my schaam,
525[regelnummer]
En voel door al u doen en dit onmenschlijk woeden,
De wond alree in 't hart, en raakt die eens aan 't bloeden,
Ziet toe dan dat men niet door al te strengen wet
Zich zelfs te reukeloos en 't Rijk met bloedt besmet.
Misduyt dit vry, ik hou u raden ongeraaden.
mataloni
530[regelnummer]
Zoo opendt gy den wegh tot 's Rijks verderf en schade.
anaclerio
En gy van scheuring, moordt, geweldt en dwinglandy.
aertshartogin
Ach, ofGa naar margenoot+ d'Aartsbisschop zich tot heyl der heerschappy
Beleedigden om 't volk, moetwilligh opgesteegen,
Door eenigh middel wist tot stilstand te beweegen...
535[regelnummer]
Gezach en achtbaarheyt vermach wel somtijts veel.
filomarino
Het volk oproerig en de hoofden in krakeelGa naar margenoot+...
Een voorspookGa naar margenoot+ 't geen ons schijnt met meerder quaat te dreygen.
aertshartogin
Zy zullen alle zich gewilligh tot u neygen.
| |
[pagina 49]
| |
filomarino
Indien dit vordren kon, ik nam dien last op my,
540[regelnummer]
Maar met wat voorslagh best zoo paayt men hun?
arcos
Dat wy
Hun zullen op hun eys ten deele vergenoegen.
anaclerio
Wy zijn gezint met u ons derwaarts ook te voegen.
aertshartogin
D'aarts-engel hoed u en verzelschap u op reys
En voer u wederom met lief in u paleys.
Alle binnen.
Math. d'Amalfi. Anjello. Arapaia. Genovino. Perrone. Pacevino. Rey van Napolitanen.
d'amalfi
545[regelnummer]
Zoo kreegh de vlam in 't eindt door d'onze d'overhandt.
anjello
Volhard nu, dat gaat wel, zoo moet die zelfde brant
Die godtvergeetenen ten grontvest toe verteeren.
arapaja
Verdelgtze die het volk dus trotsen en braveeren
Te zetten hunne voet tot meerdering van smart
550[regelnummer]
Den enen op de nek den andren op het hart,
En lasten, cijns en tol te heffen en te hogen,
En alle die in 't Rijk hun tyranny gedogen -
Die zy van ons en elk tot stervens toe gehaat.
anjello
Nu zien wy eerst een wegh die veyligh open staat
555[regelnummer]
Om ons op 't alderfelst aan dezen hoop te wreeken.
En gy, mijn Heer, dien ik als voor mijn vader reeken,
Ter goeder uur zien ik u hier in dezen stantGa naar margenoot+
Om neffens ons den Staat, het volk en 't vaderlandt
Te redden van zoo opgehoopte tyrannye.
| |
[pagina 50]
| |
genovino
560[regelnummer]
Niets dat my meerder drukt dan 't volk hun slavernye.
Ik zelfs, voorheen gepordt door een geregte wraak,
Heb neffens andren ook gehandthaaft deze zaak,
Doch niet naar mijne wens ten besten uytgevallen.
Maar wijl ik u dus zie gemoedigt met u allen,
565[regelnummer]
Zien ik in al u doen iet heylzaams te gemoedt.
TerwijlGa naar margenoot+ gy 't hebt gebragt alree op zulken voet,
Dat het noodtzaaklijk is daar in ook te volharden,
En op dat gy van ons ook zoud gehanthaaft werdenGa naar margenoot+,
Zoo heb ik by my zelfs als in een lijst gesteldt
570[regelnummer]
Een deel van dezen hoop die daaglijks door geweldt
Het volk verdrukken door hun vuyl vervloekte vonden,
Doch meest al Eedelen.
anjello
Wat Eedelen? Zeg honden,
Bloedtzuygers, knevelaars en ander heyloos zaat.
perrone
Tyrannen, opgepropt met ampten eer en staat
575[regelnummer]
En tytels hoogh van naam door 't zweet des volks verkregen.
anjello
Wiens bloedt wy zijn gezindt hier tegens op te weegen.
Nu maak begin, lees op, elk voeg zich by der handtGa naar margenoot+.
Genovino leest
Cayvano.
anjello
Dat 's voor eerst de grootste schelm van 't landt.
genovino
Medina, Garcio, Spinelli, bey de zoonen
580[regelnummer]
Van Karlo, don Steffan, Caraffe en Matalone,
D'Aquina, wien 't vergif als uyt zijn oogen blaakt.
anjello
Thien monsters die de hel voor schuym heeft uytgebraakt.
| |
[pagina 51]
| |
genovino
Siano, don Rocel en Genomino, vader
Van Prins Andrea.
anjello
Zeg dien grooten landtverrader
585[regelnummer]
Die noch by 't Spaanse hof meineedigh is verdacht,
Die om zijn gierigheytGa naar margenoot+ en overhelsche pracht
Zich door het Franse goudt zoo heyloos liet bekoren.
genovino
De Bellis, Palma.
anjello
Dat zijn schellemen gebooren.
genovino
Dees en al d'andre rest tot zestig in 't getal
590[regelnummer]
Die volgen voorts, waar af dat d'allerminst van al
Door snode praggeryGa naar margenoot+ en vuyl vervloekte weegenGa naar margenoot+
In 't kort zoo schielijk zijn tot ampt en staat gesteegen,
Dat elk kan leeven trotsGa naar margenoot+ de braafsteGa naar margenoot+ Prins van 't Rijk.
anjello
Dat's uyt, die glory leyt, men trap die kroon in 't slijk
595[regelnummer]
Tot elks verwondering hoe dezen met hun allen
Zoo schielijk zijn tot staat gereezen en gevallen.
Nu elk pas op zijn pligt tot vordring van dit werk.
Gy, Pacevino en mijn broeder, gaa, versterk
De poort van Sint AndreeGa naar voetnoot8 en toegang van die oorden
600[regelnummer]
En valt al t'effens daar aan 't plondren, branden, moorden
En al wat strekken kan tot hun gemeen bederf,
Dat regt vry aan. Verschoont geen Ridder, jaa men sterf
Veel liever dan met hun verdragh of pays te maaken.
Men regt tot schrik en vrees nu galgen, raden, staaken,
605[regelnummer]
In 't aanzien zelfs van 't hof tot hun verderf, nu op
Om dees verraders 't zy door een verachte strop
Of schandelijk door 't swaardt naar hun verdienst te straffen.
En wie u wederstreeft of hier derft tegens blaffenGa naar margenoot+,
| |
[pagina 52]
| |
Dien zult gy, 't zy wie 't zy, zoo dadelijk terstont,
610[regelnummer]
Al waar 't d'Aartshartogh zelfs, doorstooten als een hond.
Elk draag zich mannelijk dit rustighGa naar margenoot+ uyt te voeren.
Verdeeldt de ballingen, rukt burgery en boeren
By een, en ieder volg my naa met zijnen troep
En vuldt de stadt met dit afgrijselijk geroep:
615[regelnummer]
Den hemel spaar de Vorst, dat die zijn Rijk vermeere,
En sterven die het volk door tyranny regeere.
Slaa doodt die honden, weg met dat verduyveldt zaat.
Slaa doodt, slaa doot die zelf de hel en afgront haat.
Ia roey ten grondt toe uyt, op dat men 't zoo beschrijve
620[regelnummer]
Dat daar noch naam, noch plaats, noch tytlen over blijve.
genovino
Zoo elk hier in volhardt, wy zien d'aartstyranny
Gedempt en 't volk van al hun leer en slaverny
Geredt, indien men zich maar tot dien optogt reppe.
Maar zagt ...
arapaia
My dunkt ik hoor de groote brandtklok kleppe.
625[regelnummer]
Daar is gewis iet gaans, men spoey zich derwaarts aan.
Barandino, met gevolgh. Anjello. Genovino. Math. d'Amalfi. Arapaia. Perrone. Pacevino. Rey van Napolitanen.
barandino
Zoo moet dat heyloos zaat door vuur en vlam vergaan,
En alle die den stant des vryen volks verpletten.
anjello
Hoe gaat het Barandin?
barandino
De benden en kornettenGa naar margenoot+
En 't Spaanse regiment staan vaardigh op 't gebodt
630[regelnummer]
Des Onderkonings om Paleys en Markt en Slot
En alle toegang naar Sint ElmoGa naar voetnoot9 te beletten.
| |
[pagina 53]
| |
HeeftGa naar margenoot+ opentlijk voor elk, door tromlen, en trompetten,
Op lijfstraf scharp verboôn te doen ons onderstant,Ga naar margenoot+
RuktGa naar margenoot+ alles wat hy machGa naar margenoot+ op 't spoedigst by der handt
635[regelnummer]
Om of het mooglijk waar de drift des volks te keeren.
Doch al vergeefs, want hy hem ziende dus braveeren,
Heeft zich naar Sint IngnaarGa naar margenoot+ gebergt voor lijfs gevaar.
d'Aartsbisschop, voor gezant, komt af als middelaar
Om zich by u (als hooft des vryen volks) te voegen
640[regelnummer]
En u uyt 's Hartoghs naam in alles te vernoegen.
DeesGa naar margenoot+ heeft volkomen last om uyt des zelven naamGa naar margenoot+
Te handlen van verdragh.
genovino
Hoe van verdragh? Men raamGa naar margenoot+
Iet anders eer men zigh hier door in slaap laat wiegen.
Het hoff is veel te loos en konstigh op bedriegen
645[regelnummer]
En aller schelmery en streekeen afgeregt.
DiesGa naar margenoot+ sla men 't af.
anjello
't Is best iet nutters overlegt.
Vaart gy maar voort om ons den stant des volks t'ontvouwen.
barandino
Felices huys, de praal der Napelse gebouwen,
Is deezen dach door ons in d'assche neêrgeleyt.
650[regelnummer]
En dat van Don Steffan, vermaardt in kostlijkheydt
En beeldtwerk uytgevoerdt door konst van menschen vonden,
Is zoo afgrijselijk mishandelt en geschonden,
Dat het op 't alderminst naar huys noch hof gelijkt.
Hy zelfs, uyt schrik gejaagt, bergt zigh ter vlugt en wijkt
655[regelnummer]
Terzijde door een poort uytkomend aan de vesten
En geeft als magteloos het alles voort ten besten.
Het volk, als ziende nu noch magt noch wederstant,
Die stigten neffens dit een tweeden in de brandt.
Hier zachmen toen gelijk in 't midden van dat blaaken
660[regelnummer]
Veel kostlijkheden, zoo van purper als scharlaaken,
Behangsels stijf van goudt op 't hoogste gewaardeert,
Dat door de drift des volks tot assche wierdt verteert.
Iuweelen, paarlen, goudt en meerder van waardye,
Uytsteekent beeltwerk en vermaarde schilderye
665[regelnummer]
En andre pragt en praal op duyzenden geschat,
| |
[pagina 54]
| |
Werdt alles door de vlam en 't volk vernielt. De stad
Door dit gerugt geraakt al t'effens overende.
Wy rukken voorts van daar tot naar de markt en wende
Ter zijden af tot digt ontrent de waterkant.
670[regelnummer]
Hier stont Medinaas huys, als noch in ligten brandt,
Dat nederstorten of het aartrijk scheen te beeven.
Doch vonden weynigh volksGa naar margenoot+, want elk hadt zich begeven
Naar Sint LaurensGa naar margenoot+ om dat te krygen in hun macht.
Wy spoeden ons dan voort, doch werden van de wagt
675[regelnummer]
Gestuyt door zeekren troep gewaapend Italjanen,
Doch wy gemoedigt om een opening te banen,
Staan schrap en raaken door naar weynigh tegenstant.
Hier zachmen 't Klooster nu alrede schier vermandt.
Doch zy versterkt door ons, veel meerder dan te vooren,
680[regelnummer]
Vermeesteren hier op in 't kort Sint Laurens tooren,
En alles daar ontrent, dat geeft zich daadlijk opGa naar margenoot+.
Dan een, uyt schrik gejaagt, die bergt zigh in den topGa naar margenoot+.
Dees zijnde een van 't hoff, de wreetste wel en hartste,
Die raakt van boven neêr en valt zich zelfs te barste,
685[regelnummer]
Dat brein en bekkeneelGa naar margenoot+ rontsom ons henen spat.
Dit ziende een van ons, vol moedigheyt, die vat
Dien afgemartelden noch moedigh by de beenen
En kneusde het overschot te plettren op de steenen,
Dat ieder aarzeldenGa naar margenoot+. Een ander voort terstont,
690[regelnummer]
Die sleept het langs de straat gelijk een dooden hondt.
Ik ys 'er van al eens als of't my zelven smarten.
anjello
Hoe gaat u dan de doodt van zoo een schelm ter harten?
'k Verheugh my over zoo een kloeke heldendaad.
Nu wil ik, eer men noch in 't plondren vorder gaat,
695[regelnummer]
DatGa naar margenoot+ ieder zich wel wagt door daadlijkheyt en blijken
Zich van 't geroofden iet op 't minste te verrijken.
Wie dan bevonden werdt meineedigh en zoo vals,
Dien zal ik, 't zy wie 't zy, doen breeken voort den hals.
Wat schatten dan of goed, hoe hoogh men die waardeeren,
700[regelnummer]
Die wil ik dat de vlam tot assche zal verteeren.
Elk hanthaaf dit bevel, op dat het niet en blijkt
Dat ieder zegge: ‘ziet dien hoop heeft zich verrijkt
In plaats van 't regt des volks te vord'ren tot hun besten’.
ZooGa naar margenoot+ zoekt zich ieder maar als met dien roof te mesten
705[regelnummer]
En and're smaatheyt meer. Hier diendt dan op gelet,
| |
[pagina 55]
| |
Want dit waar in ons doen een schandelijke smet.
En om dit alles dan met ordre te voltrekken,
Zoo zult gy alle dry tot Raden my verstrekken,
Als ziende u getrouw ten dienst en nut van 't Rijk.
Filomarino Aartsbisschop van Napels. Anaclerio. Tiberio. Anjello. Genovino. Math. d'Amalfi. Arapaia. Perrone. Barandino. Pacevino.
filomarino
710[regelnummer]
Hoe dus, mijn zoonGa naar voetnoot10? Wat 's dit? Wat leet, wat ongelijk
Drukt u? Wat is den eysch? Bestaat uw eysch in reeden,
Ik zal u hulpzaam zijn, maar ongeregeltheden
Te stijven in een Staat en 't zaat van muytery
Te voeden, was wel eer 't verderf der heerschappy.
715[regelnummer]
Ik koom alleen uyt zugtGa naar margenoot+ u allen hier genaaken.
Wat hebt gy voor? Staa afGa naar margenoot+, dit plond'ren, branden, blaaken
Verbittert maar 't gezach en 't hart der Majesteyt.
Begeert gy iet, wat is 't, het werd u toegezeydt.
Maar dus ontijdigh hier by troepen langs de straaten
720[regelnummer]
Te swieren heen en weer moetwilligh uytgelaaten
En elk te hitsen aan tot scheuring en tot wraak,
En vorderdt nietGa naar margenoot+, maer is veel eerder om u zaak
Door zulken middel los als met de voet te treden.
anjello
Indien wy niet den staat van u Doorlugtigheden
725[regelnummer]
Erkenden, hy hadt lang dit zeggen hem betreurdt.
Hoe ‘elk te hitsen aan’ - werdt dit aldus gekeurdt?
Misduyd men zoo ons doen? Als of men wou besluyten
Dat wy onordentlijk door ongeregeldt muyten
Den Staat beroerden om alzoo door dat beleyt
730[regelnummer]
Te schoppen met de voet de hooge Ovrigheydt
En 't regt te kreuken van haar wettelijk vermogen.
Dat 's schandelijk voor eerst en lasterlijk geloogen,
Die pest werdt zelfs van ons ten afgront toe gehaat.
Heel anders leyt ons doen: wy zoeken ampt noch staat
735[regelnummer]
Noch 's Koninks wettigh erf noch tyt'len te belagen,
| |
[pagina 56]
| |
Maar om het regt des volks van outs hun opgedragen
Te brengen wederom in zijnen ouden stant.
Wy willen 't voorregt zelfs, wel eer by Ferdinandt
Op zijne huldinge aan dit vrye volk gegeven
740[regelnummer]
Zoo als het zelfden is: geteekent en beschreven
Door zijn bevel en voorts by Karel, erf van 't Rijk
Bevestigt - dit 's de gront van al ons ongelijk.
En zoekt men ons hier op met yd'le hoop te payen,
Zoo zal de roode haan in Napels wakker krayen,
745[regelnummer]
Ia zoo, als ooyt voorheen by iemandt is gestigt.
WyGa naar margenoot+ willen dat men 't broodt behoorlijk op zijn wigt
Herstellen zal, of niet, die schellemen te straffen.
En weygerdt men ons dit, wy zullen ordre schaffen
Om ons gelijkerhandt van alles dan t'ontslaan.
750[regelnummer]
De lasten op het ooft en oly, wijn en graan,
Die zy vernietigtGa naar margenoot+, of gebracht in zulken ordre
Gelijk voorheen. Indien men dit nu kan bevordren,
Wy alle zijn gereet, gewilligh en bereyt
Tot afstant van ons doen. Kan u Eerweerdigheydt,
755[regelnummer]
Ter liefde van dit volk uyt vaderlijk medoogen
Verwerven iet het geen hun zou verligten mogen,
Het zy genadelijk in zijne handt gesteldt.
filomarino
Mits dat men afstant doe van dus by woest geweldt
Te woeden heen en weer, als zinneloos gedreven.
genovino
760[regelnummer]
Niet eerder, of ten zy men ons vernoeging geveGa naar margenoot+.
anaclerio
Men wekt des Koninks haat, indien dit over wayt.
anjello
Men heeft ons veel te lang met yd'le hoop gepayt.
filomarino
Den Staat gebiet het volk de schattingen te dragen.
anjello
Mits dat zy strekkenGa naar margenoot+ om 's lants besten t'onderschragen.
| |
[pagina 57]
| |
tiberio
765[regelnummer]
Door zulken middel werdt den gantschen Staar behoedt.
genovino
Door zulken middel treet men 't regt hier met de voet.
anaclerio
Zy zijn om 's Koninks staat en tytlen te vermeeren.
anjello
Om 't volk te drukken daar tyrannen 't volk regeeren.
filomarino
Betoom u reed'nen, want dit riekt naar muytery.
genovino
770[regelnummer]
Den adel toom eerst in hun snode kuypery.
filomarino
Het volk blijft eeuwighlijk aan wetten stip verbonden.
anjello
Aan wetten dat staat vast, maar niet aan zulke vonden
Gelijk men dagelijks ten hoove hier beraamt.
Wy weeten dat het volk de schattingen betaamt
775[regelnummer]
Te dragen zoo men die ten dienst des Rijks besteeden,
Maar niet, gelijk wy zien, om hunne dartelheden
Te voeden (en om door zoo schelmse vondt en trekGa naar margenoot+
Het volk als slaven hier te treden op den nek
En t'onderdrukken door de lasten die zy smeden
780[regelnummer]
Tot ons verderf en smaat van 's volks geregtigheden)
Met wat men denkt of droomt hun op den hals te laân,
DaarGa naar margenoot+ 's Koninks schatkist blijft vast hol en ledigh staan.
Is dit 't gemene best bevordren? Daar de blijken
Dus spreeken klaar hoe dat zich veel hier door verrijken
785[regelnummer]
Die van 's lants inkoomst, hun by eden toe vertrouwt,
Zich zelven mesten en van dat meineedigh goudt
Een staat schier Koninklijk op 't pragtigst onderhouwen,
Paleyzen uyt de grondt van marber op te bouwen,
't Geen zelfs den vremdeling het oogh bewondren doedt,
790[regelnummer]
Gegrontvest in 't zimendt, van tranen, sweet, en bloedt
Des armen volks - kan dat zijn Hoogheyt noch beweerenGa naar margenoot+?
| |
[pagina 58]
| |
Hy hanthaaft schelmen dan, die 't roer des Rijks regeeren,
En helpt het volk al meê verdrukken met dien hoop.
Zoo gaat het daarGa naar margenoot+ men 't regt en ampten veylt te koop,
795[regelnummer]
En alle schelmery ten hoof ziet binnen sluypen,
Daar ieder raapt en schraapt door prachery en kuypenGa naar margenoot+
En elk bedektelijk zich zeegent met dien buyt.
filomarino
Hoe vaart gy te gelijk dus ongebonden uyt.
Daar ik uyt enkle drift ter liefden van u allen
800[regelnummer]
My hier vertoon alleen om al dees ongevallen
Te stuyten, die het Rijk en ons al t'zamen dreygt.
En zoo gy noch het oor naar regt en reden neygt,
Wy zien den stant des Rijks en 't recht des volks behouwen.
genovino
Dien slaapdrank lang voor heen ons by het Hof gebrouwen,
805[regelnummer]
Walgt ieder noch, en my te leyderGa naar margenoot+, in de keel.
Dies wacht men zich en elk vertrouwt zich niet te veel
Op streeken van het Hof, noch haar verleyde tongen.
Die Hofswaan heeft al lang op deze maat gezongen
En ons van tijt tot tijt met praatjes dus gepayt,
810[regelnummer]
Maar nu men 't radt van Staat een weinigh ziet gedrayt,
En datGa naar margenoot+ 't onmooglijk is hier tegens op te streven,
Nu zoekt men 't volk, quanzuysGa naar margenoot+, wat ruymer toom te geven
Door keurenGa naar margenoot+ ingestelt vol hoofsche vleyery,
Als of men niet en zogt danGa naar margenoot+ 't best der heerschappy,
815[regelnummer]
Noch tragten danGa naar margenoot+ om 't volk in rust en vreê te houde.
Maar zoo men deze grijnsGa naar margenoot+ eens aftrok, och, hoe zoude
Dit heyloos monster staan bekleet met schelmery,
Met haviks klauwen en het hooft als een harpyGa naar margenoot+,
Verhit om 't arme volk tot op 't gebeent te knagen -
820[regelnummer]
Dan zou men zien te regt met wat bedroch en lagen
Men ons al t'zamen heeft bedrogen en misleydt.
Niet dat wy het gezach van u Eerweerdigheydt
Noch eer op 't alderminst hier zoeken door te krenken,
Veel min te houden ons in zoo een nabedenken
825[regelnummer]
Als hadden wy met voor bedagtheydt hem gesteurt.
D'aartsvader die gedenkt wat ons al valt te beurt
En dat wy niet vergeefs noch ook t'ontijdigh klaagen,
Maar lijden meerder dan 't schier mooglijk is te dragen,
Het welk den hemel weet, die ons elende kendt.
| |
[pagina 59]
| |
anaclerio
830[regelnummer]
Dien voorslagh heden nu ten besten aangewendt,
Strekt niet dan 't best des volks te vord'ren, als ook mede
Te stijven zoo den bandt van hun gereghtigheden,
Dat het gedyen mach tot welstandt van het Rijk.
filomarino
En zoo men my vertrout, ik zal my te gelijk
835[regelnummer]
Zoo aanstonts naar 't Paleys des Onderkonings voegen
Om u op uwen eysch volkomen te vernoegen,
En stellen vorders u op 't spoedigste ter handt
Het eygen voorregt selfs, voor heen by FerdinandtGa naar margenoot+
Ter blijder inkomst aan dit vrye volk gegeven
840[regelnummer]
Zoo als 't door zijn bevel is op francijnGa naar margenoot+ beschreven
En in stadts Kanslery bewaardt werdt ongeschent.
anjello
Hier aan zoo hangt het al en dit 's 't begin en 't endt
En 't geen een ieder drukt en 't bloedt nu helpt aan 't zieden.
filomarino
't Geen u werdt toegezeyt van my, dat zal geschieden.
anjello
845[regelnummer]
Wy wagten heden dan het geen gy ons belooft.
filomarino
Ontfangt hier op van my de zeegen hooft voor hooft.
Alle binnen.
|
|