Op- en ondergang van Mas Anjello, of Napelse beroerte
(1994)–Thomas Asselijn– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 25]
| |
Op- en ondergang van Mas Anjello
| |
[pagina 26]
| |
anjello
Een aanslach u t'ondekkenGa naar margenoot+,
15[regelnummer]
Die ons en 't algemeen en uwe vryheydt raakt.
perrone
Iet denk ik dat eer galgt, dan 't Burgemeesters maaktGa naar margenoot+.
anjello
Een zaak, indien 't my lukt, die elk tot heyl kon dyen.
perrone
Wel wat?
anjello
Het volk van al hun lasten te bevryen
En schattingeGa naar margenoot+, zoo lang gedraagen tot hun leet.
perrone
20[regelnummer]
Hoe! Gy?
anjello
Iaa ik.
perrone
Door wat voor midd'len toch?
anjello
Dat weet
Anjello best, kon ik maar slegs een makker vinden,
Die neffens my het stuk dorst moedigh onderwindenGa naar margenoot+,
Zoo stondt ik stoutGa naar margenoot+, en gy Perrone waardt de man
Recht dien ik zogt, indien gy met my staat, men kan
25[regelnummer]
Door klene magt gestijft dien hoek nu boven raakenGa naar margenoot+.
perrone
Daar is te veel aan vast.
anjello
Wie d'algemeene zaaken
Verdeedigt, strektGa naar margenoot+ een stijl en stut voor 't Vaderlandt.
| |
[pagina 27]
| |
perrone
En of ik 't met u stontGa naar margenoot+, wat hebt gy voor de handt?
Wat macht, wat waapenen om dit dan uyt te voeren?
anjello
30[regelnummer]
Men hoeft om deze twee trompet noch trom te roeren.
De meenigte is al ree ontelbaar in getal,
En ieder is vol wraak en bitterheydt; men zal,
Indien gy ons slegs met u aanhang zoekt te stijven,
Haast zien dat wy in 't kort ver boven zullen drijven,
35[regelnummer]
Bestemdt gy ditGa naar margenoot+, zoo krijgt de zaak zijn volle kragt.
perrone
Wie leyt dan d'eerste steen?
anjello
Die isGa naar margenoot+ van deze nacht
Geleyt om 't volk hun recht en vryheyt op te bouwen.
perrone
Maar meendt gy 't geen ge zegt?
anjello
Men doe my stukkenGa naar margenoot+ houwen,
Indien ik niet en blijf by 't gene dat ik zegh.
perrone
40[regelnummer]
De zaak, naar ik bespeur, vereyst wat overlegh.
anjello
't Lang overleggen kan een braven aanslach krenken.
perrone
Het steeckt te vol gevaar.
anjello
't Gevaar heeft geen bedenkenGa naar margenoot+.
perrone
Gy hebt u eygen zelfs ligt wat te veel belooft.
| |
[pagina 28]
| |
anjello
Dat gaa zoo 't wil, men praat my dat niet uyt het hooft.
perrone
45[regelnummer]
Men kan zich in zijn hoop wel ligt bedrogen vinden.
anjello
't Gaat vastGa naar margenoot+ indien wy ons slegts met dien bandt verbinden.
perrone
Maar machGa naar margenoot+ men veylig zich verlaaten op uw woordt?
anjello
Ik zweer 't u heyliglijk.
perrone
VerhardtGa naar margenoot+ dan en vaar voordt
Ik zal u hulpzaam zijn, mits dat men't zoo besteekeGa naar margenoot+
50[regelnummer]
- Want wie iet groots begrijpt, moet zich bedektlijk wreeken -
Dat d'een noch d'andre zich afzonderlijk bekladtGa naar margenoot+.
Mijn macht bestaat, zoo in als buyten dese stadt,
In zeven duyzendt die vast op een aanslach passenGa naar margenoot+,
Al rauw en rappich volk tot muyten opgewassen,
55[regelnummer]
Die hier in dit gebergt vast swieren om en t'om.
Dees zal ik, als hun hooft, bedekt met stillen trom
Ontrent ter middernacht doen heymelijk vergaaren
By 't oude slotGa naar voetnoot1, op dat zy alle zich verklaaren
Tot uwen dienst en hulp, hier op verlaat u vry,
60[regelnummer]
Verzeekert van mijn trouw.
anjello
Wel aan, belooft gy my
Dit alles heyliglijk getrouw en stant te houwen?
perrone
Zijt maar gerust, gy moogt by eeden my vertrouwen.
En tot bevesting van zoo nauw en vaste bandt,
Hou daarGa naar margenoot+, kom, reyk my ook nu t'effens uwe handt.
Zy geven den anderen de handt.
| |
[pagina 29]
| |
65[regelnummer]
Ik zweer beneffens u die pesten te verdelgen,
Of anders dat my d'aard vry levendigh verswelgeGa naar margenoot+.
anjello
Zoo moedt den hemel my met zijne blixem slaan,
Indien ik niet, als hooft, u moedigh voor zal gaan.
En hier op zullen wy, als scherper aan gedreven
70[regelnummer]
Op uw beloften ons zoo naar de markt begeven.Ga naar voetnoot2
Ruk alles wat gy kunt slegs onderwijl by een,
Ik wagt u daar, vaar wel, en spoey my derwaarts heen.
Pacevino. Rey van Napolitanen, met gevolgh van Fruytiers.
pacevino
Men zoekGa naar margenoot+ op deze wijs de voet hun dwars te zetten.
rey
Dat hun de blixem schen.
pacevino
De donder moetze pletten
75[regelnummer]
En morzelen tot gruys, dat duyvelse gebroedt,
Zoo vet en glat gemest van tranen, sweet en bloedt
Des armen volks en ons.
rey
Den hemel moet hen schende,Ga naar voetnoot4
Die 't volk verdrukken en in d'algemeene elende
Zig zelfs verrijken uyt de lasten van 't gemeen,
80[regelnummer]
En zulken helschen vondt noch met de naam bekleên
Als quaam 't uyt 's Koninks naam, ten dienst der legertenten
En 's Rijks behoeven voor uytheemse dreygementen
En laagen door den FrankGa naar margenoot+ zoo menighmaal gestut.
pacevino
Met zulken schijn, zo werdtGa naar margenoot+ het volk vast uytgeput
85[regelnummer]
Door lasten dagelijks hun op den hals te laden.
| |
[pagina 30]
| |
rey
Wie brouwt ons dit?
pacevino
Het hof en hun vervloekte RadenGa naar margenoot+.
Wy hebben veel te lang die bitterheydt bezuurt.
rey
Dit duurdt vast en dit heeft zoo jaren lang geduurdt.
Anjello. Barandino. Math. d'Amalfi. Pacevino. Marionet. Rey van Napolitanen. Gevolg van Fruytiers. Majombe.
anjello
Den hemel spaar de Vorst, dat die zijn Rijk vermeere,
90[regelnummer]
En sterven die het volk door tyranny regeereGa naar margenoot+.
Slaa doodt die honden, weg met dat verduyveldt zaat.
Slaa doodt, slaa doot die zelf de hel en afgront haat.
d'amalfi
Hy heeft zigh eens erbarmt om u van druk en lijden,
En zoo veel schattingen nu entlijk te bevrijden.
anjello
95[regelnummer]
Zoo werdt men endelijk gedreven tot de wraak.
Nu is 't het volk hun beurdt, nu hangtGa naar margenoot+ alleen de zaak,
O spitsbroêrs, om het stuk maar wakker uyt te voeren.Ga naar voetnoot5
Wie 't Rijk beroeren wil, moet eerst het volk beroeren.
Al wie stats recht beschermt, voldoet zijn eed en pligt.
100[regelnummer]
't Gemene best vereyst dat niemandt oproer stigt,
Maar wie in Staatsbestier poogt dwinglandy te drijven,
En meer zich zelven zoekt dan 's Vorsten eer te stijven,
En zijne achtbaarheydt te heffen op de faam,
Om door een glimp van staatGa naar margenoot+ het volk uyt 's Prinssen naam
105[regelnummer]
Te drukken door geweldt, en by zich zelven smeden
Een wet om ieder een dus op den nek te treden,
En af te vord'ren meer dan magt en staat vermach,
| |
[pagina 31]
| |
En d'Opperhoogheydt zelfs te kreuken zijn gezach,
Die mach men in hun doen en moetwil veyligh stuyten.
110[regelnummer]
En is 't om 't volk hun best, zoo is 't geoorloft muyten,
Zoo werdt den Staat geredt van Statenschendery.
Zoo werdt het regt des volks en d'eer der heerschappy
Verdeedigt met dien hoop en aanhang uyt te roeyen
Die d'alderminst des volks verdoemen en verfoeyen
115[regelnummer]
Als oorzaak van al 't quaat en stigters van hun leet,
Die daaglijks zijn gewoon het bloed, gemengt met zweet,
D'onnoozele door dwang ten aad'ren uyt te parssen.
Dit voerdt ons aan, dit doed my op den tanden knarssen
Van spijtGa naar margenoot+: het Hof te zien vol monsters uytgebroedt
120[regelnummer]
En 's volks geregtigheên vertreeden met de voet,
Hun oude handtvest en beschreven keurGa naar margenoot+ en wetten
Vernietigt, en wie zich hier tegens poogt te zetten
Als ballingen te zien, het Rijk en Stadt ontzeydtGa naar margenoot+,
Alleen om hun gezach en magt en achtbaarheydt
125[regelnummer]
En schatkist door gewelt met schatten op te hoopen.
Dit klimt nu endlijk opGa naar margenoot+ en breekt de hemel oopen
En wagt van 's hemels troon een dubble wee en wraak.
Al wat hun bloedtdorst drijft, ten smaat des Rijks, dat braak
Den afgrondt uyt om dus op 't arme volk te woeden.
130[regelnummer]
Maar om het Vaderlandt van dit gedroght te hoeden,
En hunGa naar margenoot+ vervloekte drift te stuyten door geweldt,
Vereyst nu dapperheyt. Wie zich met moedt verzeldt,
Zal door een kleene magt zijn vyanden verduurenGa naar margenoot+.
Al wie een lantplaagh delgt, werdt van zijn nagebuuren
135[regelnummer]
En bontgenooten voor onsterfelijk geroemt.
De grijns van Staat, die 't al met 's Koninks naam verbloemtGa naar margenoot+,
Die moet men nu met magt tot morslen zien te breeken.
En zoo men 't met my staat, nu is het tijt van wreeken,
Om zich te redden van 't verderf dat ieder drukt.
140[regelnummer]
Dit heb ik voor en zoo dien aanslach my gelukt,
Zoo zult gy in der yl den gantschen Staat zien keeren.
pacevino
Wat aanslach?
anjello
Om met magt den Adel af te zweeren,
En 's Koninks hofgezin, als hoofden van den Staat,
Te dempen hun gezach, en alle wie met raadt
| |
[pagina 32]
| |
145[regelnummer]
Hanthaven hun bedrijf ten smaat der heerschappye,
Te delgen tot de grondt. Zoo werdtGa naar margenoot+ de tyrannye
En 's Rijks verderf met macht ten Rijke uytgeschopt.
Wy zien vastGa naar margenoot+ ieder een met ampten opgeproptGa naar margenoot+
D'onnoozele gemeent belasten en beswaaren,
150[regelnummer]
Een ieder klaagt vergeefs, de kerken en autaaren
Ontzeggen ons hun hulp, wy zien van dagh tot dagh
Ons recht vermindren en vermeerdren hun gezagh.
Men zoekt ons nu en dan met ydle hoop te payen.
DiesGa naar margenoot+ ruk ik 't al by een die brandt en oproer krayen
155[regelnummer]
Om met een ruwen hoop van stropers en geboeft
Te redden 't vrye volk en dese stadt. Men hoeft
Om een geregte wraak geen uytgekeurde bende.
De noodt rukt al by een om moedtwil en ellende
Te stuyten, 't zy door list of krijgsvolk kleen van tal.
160[regelnummer]
Een die zich wreeken wil, die dient zich van 't gevalGa naar margenoot+.
Men laat zich niet te licht door dreygement vertzaagen.
Wie vry wil zijn die moedt het alderuyterst waagen.
Zijt moedigh dan, hou stant, en aarzel niet, ik zal
Dien aanslagh brouwen of vervordren zelfs mijn val.
165[regelnummer]
MenGa naar margenoot+ roey die pesten uyt, die zonder eer en schaamte
Het volk, dat als een lijk en uytgeteert geraamte,
Verdrukken dagelijks, dat ieder kermt en steent.
Dus roept de gansche stadt en klagende gemeent,
Die onder zoo veel last nu leggen neêrgeboogen,
170[regelnummer]
Dat ieder nauwlijks lucht of adem scheppen moogen.
Wie ziet dit aan die zich in 't harte niet erbarmt?
Wy sloven nacht en dagh en ieder blijft verarmt.
AlGa naar margenoot+ wat mijn daaglijks doen of visbank op mach haalen
Is niet dan om 't verloop der lasten te betaalen.
175[regelnummer]
Dit kost my vlees en bloedt, zoo doet het elk in 't zijn,
En lijdt men dit, zoo zal dat doodlijk Rijksfenijn
Het arme volk op 't laast noch op 't gebeente knaagen.
pacevino
Wy stemden 't al met u, indien wy uytkomst zaagen.
rey
Zy zijn te veel in macht te stijven hunne zaakGa naar margenoot+.
d'amalfi
180[regelnummer]
Veel meerder zijn zy, die niet wagten dan naar wraakGa naar margenoot+.
| |
[pagina 33]
| |
pacevino
De wet des Rijks verbiedt ons met u aan te spannen.
anjello
Natuur gebiedt u weer te wreeken aan tyrannen.
pacevino
Het muyten valt te dier, d'onnoosle kost het bloedtGa naar margenoot+.
barandino
Hoe muyten? Keurdt gy dan hun handeling voor goet,
185[regelnummer]
Soo laat u dan vry voorts dus knevelen en doeken.
pacevino
Wy keuren 't dat het Godt ten afgrondt toe vervloeken.
d'amalfi
Zoo handthaaft neffens ons dan 's volks geregtigheên.
pacevino
Wie scheuring wekt in 't rijk, is vyandt van 't gemeen.
anjello
Men mach 't gemeene best door middlen wel bevordren.
pacevino
190[regelnummer]
Door middlen, dat staat vast, maar nimmer door onordre.
d'amalfi
Onord're heeft alree in 't Rijk nu d'overhandt.
barandino
't Is billik dan dat elk in tijts hier tegens kant.
Of niet, zooGa naar margenoot+ gaat het regt des volks en al verlooren.
anjello
Dat lijdt ik niet, ik heb met eeden dier geswooren
195[regelnummer]
En zweer noch andermaal, jaa by dit visschers tuygh,
Het gaa hoe 't wil, eer ik my voor het autaar buygh
En 't heylighdom genaak die dappre daat te waagen.
Haast zult gy zien hoe dan Anjello zich zal draagen.
Gy lagt misschien en denkt, zal dezen slegten gastGa naar margenoot+,
| |
[pagina 34]
| |
200[regelnummer]
Zoo arm, zoo naakt, zoo blootGa naar margenoot+, het volk van d'overlast
Bevrijden, die gewoon de Stadt is deur te loopen,
Om zijne vis by elk tot nootdruft te verkoopen,
Die noch van eed'len stam, noch huys is opgevoedt,
Maar van zijn daaglijks doen en visbank leven moedt.
205[regelnummer]
Is hy 't? Ja dezen is 't, die 't volk van slavernye
Verlossen zal en al die wreede StaatsharpyeGa naar margenoot+Ga naar voetnoot6
Zal delgen, 't zy dan Raadt of Staat of AmptgenootGa naar margenoot+.
Ik weet: my naaktGa naar margenoot+ niet dan een smaadelijke doodt,
Men rabraak myGa naar margenoot+, men doe van lit tot lit my kerven,
210[regelnummer]
Geen eerelijkerGa naar margenoot+ doodt dan voor het volk te sterven.
Dit 's al mijn overlegh en daar op gaa ik aanGa naar margenoot+.
pacevino
't Waar noodigh ons hier op een weynigh te beraân.
Een luttel uytstel kan ons hinderen noch schaden
marionet
Wat uytstel nu? Men heeft zich lang genoegh beraden.
215[regelnummer]
De momplingGa naar margenoot+ is alree, ja zelfs by 't hofgezin.
En aarzeldt gy, ik zal gelijk een krijghsheldin,
Gemoedigt met een troep van mijns gelijke scharen,
De gansche stadt nu door, straat in, straat uyt, gaan waren,
En hitsen ieder aan tot scheuring en tot wraak,
220[regelnummer]
En stigten zelfsGa naar margenoot+ den brandt, dat alles brand en blaak,
En Napels op en neêr met moordtgeschreeuw beroeren.
majombe
Zoo dat gaat wel, mijn kint, en om dit uyt te voeren
Zal ik u hulpzaam zijn, en is hier noch een man
Die aarzelt, kom, men gordt my slegs den deegen an,
225[regelnummer]
Ik zal uw voor gaan om die schelmen uyt te roeyen,
Die ons zoo goddeloos bekneevlen en besnoeyen,
Dat ieder zich erbarmdt die ons elende kendt.
pacevino
Wy alle zijn met u, maar hoe men 't keert of wendt,
Ik zie geen middel om iet heylzaams uyt te rechten.
Wy zijn te klein van macht.
| |
[pagina 35]
| |
anjello
230[regelnummer]
Om dit verschil te slegten
Zoo weet dat ik alree door heymelijk verstantGa naar margenoot+
Veel duyzenden vast heb gekreegen op mijn handt,
Die zich van hier en daar staan herwaarts aan te wende.
Perrone, hooft Bandit, gestijft met zijne bende
235[regelnummer]
En ballingen, ontrent ses duizent in 't getal,
Die leggen vast verdeelt by d'omgesloopte wal
En 't oudt vervalle slot om op 't bekende teeken
Met magt Stats vestinge tot bystant in te breeken.
Dees heeft zich dezen dach met eeden dier verpligt
240[regelnummer]
En aan mijn handt zijn trouw bevestigt, dat, eer 't ligt
Des hemels weer op nieuw ter kimme op zou dagen,
Hy neffens my gezint was 't uyterste te waagen.
Zoo wel is alles vast bezet en overleyt.
pacevino
Wy hopen dan iet goedts om door u moedigheyt
245[regelnummer]
Te hebben deel aan 't geen gy u hebt onderwonden.
Perrone uyt.
Door scherp bezette wagt en 't zwieren van de ronden
Koom ik al heymelijk geloopen straadt op straadt.
Anjello, zijt gy hier? Hoe is 't, wat houdt den raadtGa naar margenoot+?
Wat hebt gy onderling te zamen hier beslooten?
250[regelnummer]
De zaak die gaat naar wens, een deel der AmptgenootenGa naar margenoot+
Die hebben zich alree begeven op de vlugt.
Men zoekt u, zie wel toe, gy zijt alom berugt.
Dry duizendt ballingen, daar op gy vast meugt hoopen,
Zijn heymlijk al in Stadt bedektlijk ingesloopen
255[regelnummer]
En hebben zich verdeelt by troepen kleen van tal.
Zy wagten naar mijn komst en u bevel; ik zal,
Terwijl gy beezich zijt het alles te beroeren,
Hun onder u gezach ter sluyk doen binne voeren.
Maar 't zamlen geldt hier niet, de zaak vereyst nu spoetGa naar margenoot+.
260[regelnummer]
Het gaat tot noch toe wel, maar dit 's 'er af, men moet
Dien wegh nu kiezen, dien die ons 't geluk doed banen.
Een deel der burgery, Fruytiers en PeutzolaaneGa naar margenoot+Ga naar voetnoot7,
| |
[pagina 36]
| |
Die hebben onder een gesworen desen dach,
Al quaam d'Aartshartogh zelfs of and're van 't gezach,
265[regelnummer]
Geen lasten, cijns of tol der vrugten te betaalen,
Al zou men die door dwang of dreygementen haalen.
Zoo zeer is elk verhit, terwijl hun macht vastGa naar margenoot+ groeyt,
En zoo men hier in tijts niet dapper onder roeytGa naar margenoot+
Om hunne magt door hulp of bystant t' onderschraagen,
270[regelnummer]
Het zal gevaarlijk zijn dit heylzaam stuk te waagen.
Want al den Adeldom en Hoofden van den Staat,
Die hebben onderling beslooten in den Raad,
Om 't GraauGa naar margenoot+ (zoo noemt men ons) door waapenen te dwingen.
Wy zijn alree verklaart voor wederspannelingen,
275[regelnummer]
Als vyanden van 't Rijk en van 't gemene best.
Wat toeft men dan? Roey uyt, roey uyt dat wolvenest!
Het staat ons schoon, indien wy moedig t'zamen spannen.
Geen zoeter wraak dan zich te wreeken aan tyrannen.
't Is togh vergeefs gehoopt op middlen van verdraghGa naar margenoot+.
Men dreygt ons...
anjello
280[regelnummer]
't Is dan best te dreygen met den slaghGa naar margenoot+.
Dat 's regt den aart om eerst zijn vyandt te braveeren.
Wie dreygt in plaats van slaan, die moet door slagen leeren,
Dus doendeGa naar margenoot+ heeft men vaak met dubble winst gestreên.
Santinelli. Spinelli. Anjello. Math. d'Amalfi. Barandino. Perrone. Pacevino. Rey van Napolitanen.
santinelli
285[regelnummer]
Wie raadt u hier zoo stoudtGa naar margenoot+ te rotten dus by een
En elk tot scheuring, twist en oproer op te wekken?
Vertrek van hier, of niet, men zal u doen vertrekken,
En dat zich ieder een begeeve voorts van straat.
anjello
Wie raadt u hier zoo stout te komen, daar den raadt
Des volks vast beezigh is iet heylzaams te beramen?
santinelli
Den raadt des volks? Een hoop gekoppeldt om te
290[regelnummer]
zamen
| |
[pagina 37]
| |
Een welgestelden Staat door plondering en roof
Te stellen in gevaar.
anjello
Wat zegt gy?
santinelli
Dat ten hoof
Beslooten is om met de schatting voort te vaaren.
anjello
En ons besluyt is dit: (meldt dat) die Rijks-Barbaren
295[regelnummer]
Geen lasten, schattingen te geven desen dagh.
spinelli
Zoo krenkt men 't wettigh regt en 't opperste gezagh
En 't geen der is beraamdt by Ridderschap en Raden.
anjello
Zegh reekels om hier door hun hollen balgh te ladenGa naar margenoot+.
Wat wettigh regt, weet gy wel bloedthondt wat gy zegt
300[regelnummer]
En waar gy spreekt of wien gy dit ten lasten legt?
Derft gy dus onbeschaamt ons dit in 't aanzigt vrijven?
Daar d'alderminst niet tragt dan 't regt des volks te stijvenGa naar margenoot+,
MaarGa naar margenoot+ slegs de schattingen te weren van hun hals,
Dien gy zoo reukeloos, zoo onbedagt en vals,
305[regelnummer]
QuanzuysGa naar margenoot+ ten dienst van 't hof, ons hier komt af te vordren,
Regt tegens 't wettigh regt des volks en 's Koninks ordren?
En dat om zoo een hoop als gy en uws gelijk,
Te mesten met het bloedt der burgeren en 't Rijk
Door zulke vonden slegs ten gront toe uyt te putten?
spinelli
310[regelnummer]
OmGa naar margenoot+ 't rijk voor ongeval en oproer te beschutten
En 't ongereegelt grauw te brengen tot ontzagh.
d'amalfi
EnGa naar margenoot+ wy om 't heylloos hof te brengen tot verdragh
En afstant van zoo opgehoopte schelmerye.
spinelli
Wy zijn u schelden moe.
| |
[pagina 38]
| |
anjello
En wy de slavernye.
spinelli
315[regelnummer]
Wijdt dat den Raadt, dat die van alles u ontslaat,
Maar niet aan hun die slegs by keuren van den Staat
Geregtigt zijn om dit te vord'ren van u allen.
anjello
ZyGa naar margenoot+ doen 't aan hun, maar hoe als schelmen te gevallen,
En medestanders, die deel hebben aan den buyt.
spinelli
320[regelnummer]
Aan dieGa naar margenoot+, die jarelijks miljoenen keeren uyt
Om 's Koninks pagten en 's Rijks tollen te betaalen.
anjello
Om hunne magt en pragt en staat in top te haalen
En 't volk te trotsen tot vermeerdring van hun smart.
Daar ieder woordt ons is gelijk een mes in 't hart,
325[regelnummer]
Vertrek dan, en om hier geen reeden meer te spillen,
Zoo zegt den Raadt dat wy geen schatting geven willen.
Gaa, boodschap dit, en maak u voorts uyt mijn gezigt.
santinelli
Wy hebben last om u te dwingen tot uw pligt.
anjello
Te dwingen, booswigt, derft gy hier die woorden spreeken?
330[regelnummer]
Zoo hebben wy dan last om u den hals te breeken.
Slaa dood dien schelm, slaa dood, dat hy ter neder stort!
barandino
Zoo moedt het gaan daar 't regt des volks gehanthaaft wordt.
Dat's 't eerste proefstuk en een tweede staat te hoopen.
Nu staat, o spitsbroersGa naar margenoot+, ons een brave toegang oopen
335[regelnummer]
Om haast een eindt te zien van alle ons verdriet.
d'amalfi
Nu werdtGa naar margenoot+ vereyst dat elk van waap'nen zich verziet.
En om hier inder yl en spoedigh toe te raaken,
Is 't nodigh dat wy ons zoo voort gaan meester maaken
| |
[pagina 39]
| |
Van Sant LaurensGa naar voetnoot8, verzien met bussen, kruydt en loot,
340[regelnummer]
Wel eer 's Rijks magezijn gekeurdt in tijt van noodt.
Hier door zoo zal men hun de wieken dapper fnuyken.
Wie 't rijk verdeedigt, mach 's rijks wapenen gebruyken.
Komt dit in ons geweldt, zoo zal de rest wel gaan.
anjello
Noch is 'er iet, het geen datGa naar margenoot+ nodigh dient gedaan:
345[regelnummer]
Don Genovino - die wel eer den staat bekleeden
Van 's volks verkoren Raadt en veele heeft geleden
Om 's Rijks gemene beste - deesGa naar margenoot+ moedt door ons geweldt
Uyt zijnen kerker voort in vryheyt zijn hersteldt,
Op dat hy ons ten dienst meer opening verklare,
350[regelnummer]
Als zijnde in stadts regte en keuren best ervaren.
Het is een man vermaardt in oefening van staat.
Een trouwe raadtsman is een zeeker toeverlaat.
Gy, Barandino, zijt bequaam dien wegh te banen.
Voegh u dan derwaarts met Fruytiers en Peutzalanen,
355[regelnummer]
Banditen, burgery om met gelijke magt
En onderling verdragh gezamentlijk te naght
(Wanneer dat ieder is te rust van straat geweeken)
Sint Iacobs Klooster (nu stats kerker)Ga naar voetnoot9 op te breeken,
Waar in dien vromen heer beslooten wert zoo vals.
360[regelnummer]
Vermoord de slotvoogt, brengt vry alles om den hals
En al wat willens zoekt u macht te wederstreven.
Maar wie ons zijde kiest, dien zult gy vryheydt geven.
Gaa heen, den hemel stort u allen moed in 't hart,
Dat alles in der yl door u gehandthaaft werdt.
365[regelnummer]
Ik zal my onderwijl met d'andre rest verpligten
De brandt ontrent de markt in 't naaste hofGa naar margenoot+ te stigten
Van Don Steffan, dien schelm die, naar 't by ieder blijkt,
Zigh door 's stats pachten heeft in 't korte zoo verrijkt
Dat hy, ten trots van elk, een Ridders staat kan voeren.
370[regelnummer]
Dees, wel de snootste plaagh van borgery en boeren
En als de pest gehaat, die moet voor eerst van kant.
| |
[pagina 40]
| |
barandino
Wy gaan.
anjello
Elk voeght zigh weer op 't spoedigst by der handtGa naar margenoot+.
Alle binnen.
|
|