Bibliografie van de literaire tijdschriften in Vlaanderen en Nederland. De tijdschriften verschenen in 1990

[p. 169]

Oostland

Literair-cultureel tijdschrift van de Koninklijke Vereniging van Limburgse Schrijvers
Heropgericht in 1985¹

Redactiecomité:

Patsy Claes, René Geldof, Yolande Lambrechts, Paul Leenders, Ingrid Lenaerts, Edith Oeyen, Edmond Smitt

Eindredactie en verantwoordelijke uitgever: Erik Pattyn

Redactioneel adres: Oostland, Rakerstraat 36, 3510 Hasselt

Jg. XLI, nrs. 104-107² (maart, juni, sept., dec.1990), 240 p.

1 Opgericht in dec. 1949 als Orgaan van de Vereniging van Limburgse Schrijvers

2 De nummers hebben een gele inlegkatern van IV p.

Artikels van de redactie

Editoriaal, 104, p. 2; 105, p. 62

Nieuws van de K.V.L.S., 104, 105, 106, 107 (gele pagina's)

Mededelingen, 104, 105, 106 (gele pagina's)

Literaire prijzen [Reglement], 104, 105, 106 (gele pagina's), 107, p. 238

[Medegedeeld], 106, p. 128-134 107, p. 218-223 Lambert Swerts, Uit: Gestalten, 1939 Ter inleiding, p. 128-129 August Cuppens, jongen van verblijden, p. 129-134 Alfons Jeurissen, de man van het land, p. 218-223

I. Poëzie

ANDERS, Peter Noem het dus poëzie, 106, p. 124 ‘het zijn abstracte woorden’

BAAR, Geert [Gedichten], 104 ‘zij speelde blokfluit’ p. 16 ‘als zand je ogen breekt’ p. 34

BARBIERS, Lia [Gedichten] Juichend, 106, p. 139 Op een zomeravond: ‘op een zomeravond zong’ 106, p. 159 Naast de schaduwboom - [twaalf] haiku, 107, p. 205-206

[p. 170]

BOECK, Wilfried de Leven in eenzaamheid, 107, p. 229

BRANS, Louis Die zaterdag bij avond^3, 104, p. 49

Jelena Antic, Uit: Een zoen van de zon. Inl.^4, vert.: L. Brans, 105, p. 70-72 Lente; Een lentedag; De zon, p. 70; 70-71 71 Gesprek met de zon; Een zoen van de zon, p. 71; 72

BUNGENEERS, Marc ‘Zacht zoals de ochtend’, 107, p. 230

DAENEN, Leo (Afscheidsgroet) RichardJaenen, 107, p. 209 ‘Schrijver met een hart’

DEJONCKHEERE, Marc Winter in Vlaanderen (naar Valerius de Saedeleer)^5, 107, p. 226-228 1. ‘Je kijkt tussen de stammen door’ p. 226 2. ‘In het vlechtwerk van de schaars’ p. 227 3. ‘Van alle schamele bezittingen’ p. 228

DEKONING, Ivo Gedaantehervorming^6, 105, p. 85 ‘drempel van mijn dromen’

ELBUITER Herfststervelingen^7, 104, p. 50 ‘Als hier mijn lichaam ligt’

GELDOF, René [Gedichten], 106 Heen en terug: ‘Mijn woorden zouden kunnen zijn’ p. 142 Gewilde gelijkenis: ‘Slechts denkend aan jezelf’ p. 165

HAMBLOK, Maria Schimmen, 104, p. 48 ‘Op de toonladder bewegen’

HEYNENS, Lou [Gedichten] De kunstenaar: ‘In woorden’ 104, p. 4 Windjammer: ‘de liefde’ 104, p. 4 Ultramar: ‘Blauw -’ 105, p. 65 Bevrijden: ‘Woorden’ 106, p. 166 Strada del Boccio: ‘Op mijn tocht’ 106, p. 166 Waar het zilver eindigt: ‘Keerlicht -’ 107, p. 201

3 Vertaling van een Deens volksliedje: Det var en lördag aften

4 De bundel van het 11-jarig Servokroatisch meisje verscheen in 1972

5 Poëziewedstrijd Stad Tongeren 1990. Eerste prijs

6 Opdracht: Voor Ilse

7 Gedateerd: okt. '89

[p. 171]

JAENEN, Richard Gelukkig zijn^8, 107, p. 208 ‘Een eigen haard, een eigen thuis bezitten’

JOFFROY, Irene ‘Ga, voor het donker, in de tuin mijn kind’, 104, p. 26

KOLENBERG, Ruud [Gedichten] Liefde: ‘Niet dat je’ 104, p. 51 Dichter: ‘Hij neemt, wat’ 104, p. 51 Lichaamstaal: ‘Ik schrijf niet.’ 105, p. 66 Voorjaarsdag: ‘Mooi geweest.’ 105, p. 66 Zonder je te kennen: ‘Zo wil ik dichter bij je’ 105, p. 66 Warmer: ‘Nu ik weet’ 106, p. 169 Waar ik van je hou: ‘Hier waagt zij zich aan mij’ 107, p. 196 Sneeuwgedicht: ‘Zo wil ik je later. Als’ 107, p. 239

LAEKEN, Pierre van Uit: Uiteindelijk is er niets Te laat besef: ‘Wanneer in de nadagen van je leven’ 104, p. 26 ‘Al wat ik zag en zegde:’ 106, p. 138 Over de grachten, 105, p. 98

LEENDERS, Paul ‘In de late nacht’ 104, p. 10

LENAERTS, Ingrid [Gedichten] Een van dagen, 106, p. 122 ‘Uit de walgingen,’ 106, p. 155 ‘In een verbloemde burcht,’ 107, p. 236

LOEGHT, Marc de Ariadne^9, 104, p. 28 ‘omdat onze blikken nog slechts vragen’

MAAS, Loe Hereeniging^10, 107, p. 182 ‘Wij wisten dat wij broeders waren.’

MARSEPEIN, Jantje Een middel tegen kramp, 107, p. 216-217

MESSIE, H. ‘In de vroege herfstmorgen wandelt’, 105, p. 82

8 Voorafgegaan door een kort In memoriam Richard Jaenen (1902-1990) door Erik Pattyn

9 1e prijs: Herman de Buyzerprijs

10 Gedateerd: Maastricht, 14 mei 1939; opgedragen aan de Vereeniging van Limburgs[ch]e Schrijvers te Hasselt

[p. 172]

MILO, Mekki Verdriet, 107, p. 235 ‘Verdriet is de zielepijn’

MOONEN, Walter Op weg met de sterren, 105, p. 83 ‘vergeef het mij’

NELIS, Wim De tanka's van parlando [Vijf tanka's], 105, p. 97

OEYEN, Edith [Gedichten] ‘Wanneer de bomen zich ontkleden’ 104, p. 16 Te oud: ‘Rimpels verraden dat meerdere dagen’ 104, p. 18 Manhattan^11: ‘Glazen bekers toveren’ 106, p. 125 Jij was anders: ‘Nee,’ 106, p. 156 Ik tast in het ijle: ‘Omdat jij denkt’ 107, p. 195

PALMEN, Maurice [Gedichten] Parfum: ‘je raakt de diepste’ 104, p. 39 De stad: ‘de dag is moe en afgemat’ 104, p. 40 Beeld VI: ‘een gedempt licht tekent schaduwlijnen’ 106, p. 126 Skulpturen: ‘in licht en donker’ 106, p. 164 De nacht verwordt. Uit: Arabesken, 107, p. 211 ‘de nacht verwordt langzaam’

PATTYN, Bart [Gedichten] ‘In de berg ziet men’, 105, p. 63 Tweemaal in een jaar, 106, p. 141

PEETERS, A.H.M. In fine^12, 107, p. 207 ‘Zo-als in beelden werd verteld...’

ROBROEK, Leonie Anamnesis, 106, p. 140 ‘uit aardse kunst ben jij herboren’

ROY, M.J. van [Gedichten], 104, p. 41-42 ‘Samen zijn is’ p. 41 ‘Waarom nog woorden gebruiken?’ p. 42

11 Voorafgegaan door een kort In memoriam Peter A.H.M. Peeters (1900-1990) door Erik Pattyn

12 Bij het werk van Dieter Prössler

[p. 173]

SMITT, Edmond Timisoara, 105, p. 73-75 1. Massa: ‘het zwijgen pleegde zelfmoord’ p. 73 2. De barst: ‘het mes op de keelkant’ p. 74 3. Onmacht: ‘de nacht priemt’ p. 75

SNIJDERS, Donaat [Gedichten] Cantinlene: ‘Het juichend kruid langs padenzoom’ 106, p. 123 Zomermiddag aan de Maas: ‘Het boerenwormkruid heft zijn gele bollen’ 107, p. 210

STABERGH, Ina ‘Met de witte stok der blinden’, 104, p. 11

STRIJBOS, Ad Zij noemde tere dingen..., 106, p. 127 ‘zij noemde tere dingen het zingen’

SURINX, Achilles M. Lieve hemel, 105, p. 84 ‘Hij had zijn lichaam aan kanker’

TRIPPAS, Maurice [Gedichten], 104 Postnucleair. Aftelrijmpje: ‘Mol, mol, blinde mol’ p. 5-6 ‘Het zit op mijn schouder als ik slapen ga,’ p. 52

VANSTREELS, Miel Wandeling^13, 105, p. 64 1. (Slavante): ‘Wat ik vast leg:’ 2. (Lichtenberg): ‘Een trap op’

VEREYCKEN, Tanja ‘Beste natuur,’, 106, p. 143

WAUBEN-JAEGER, Jessie [Gedichten] Als de hand is gespreid: ‘In de palm van mijn hand’ 104, p. 3 De farizeeër: ‘Als een farizeeër’ 105, p. 99

WILLEMS, Bert Vers en tegenvers, 104, p. 32-33 1. ‘Ik heb je lief met een slaap’/‘Een engel waakt’ p. 32 2. ‘Elk ding’/‘September, zeg je.’ p. 33 [Gedichten] Het bos: ‘Opgebaard’ 105, p. 100 Visioen: ‘Is alles dan nu heen?’ 107, p. 200

13 Opdracht: Voor Paula

[p. 174]

II. Proza

AERTS, Pieter Jan Onbeschreven, 104, p. 14-15

CLAES, Patsy Living art (Process of mental sublimation)^14, 104, p. 19-22

CLAES-SMEETS, Gil De handen, 104, p. 12-13 Interview, 106, p. 135-137 In mijn eentje met de kerstkalkoen, 107, p. 212-215

HAGNOS, Agnes De akker in een ander vaderland, 106, p. 149-152

HERMANS, Filip Een operatie, 104, p. 23-25 Gans alleen, 105, p. 101-103 Nacht, 106, p. 153-154

JOFFROY, Irene De weg, 104, p. 30-31

LAMBRECHTS, Yolande Mediatiefjes, 104, p. 29-30; 105, p. 67 Het je van het... of Buffels, truffels en andere..., 107, p. 183-187 Verhaal van de autotocht naar de Herfstontmoeting van de KVLS in Lommel op 13 oktober Met Recht op antwoord... van Erik Pattyn, p. 187

LENAERTS, Ingrid Uit de brieven van Zagouri Zagamel, koning van de zonden Eerste brief uit het rijk van de hovaardigheid, 105, p. 68-69 Tweede brief uit het rijk van de hovaardigheid, 106, p. 167-168

LUMEY, Dan 22 juli - tegen de avond. Golfe de Morbihan - Arradon - Bretagne. Impression d'amour, 104, p. 7-9

SMITT, Mon Convergentie, 105, p. 86-96

SNIJDERS, D. ‘Abri de Hitler’, 106, p. 145-148

14 Opdracht: Voor Jan Hoet

[p. 175]

III. Toneel

BRANS van REKEM, Louis Ook een legioensoldaat kwam kijken, 107, p. 231-234 ‘Kerstspel naar kerstvertelling van H. Thans’

IV. Kritische bijdragen

CROTT, Jos Met name Lucas, Felix, Albert, 104, p. 35-36, 36-37, 37-38 Marcel, Marcella, Wilhelm, 105, p. 104-105, 105, 105-106 Ingrid, Ivo, Patrick, Irene, 106, p. 160, 160-161, 161-162, 162-163 Noël en Noëlla, Marjolein, Kevin, 107, p. 224, 224-225, 225

GELDOF, René [Recensies], 105, p. 111-116 Frank de Groof, De zee, p. 111 Bert Mariën, Koorddansen tot aan de boom, p. 112-113 Raoul-Maria de Puydt, Huurceel. Verzamelde gedichten 1978-1987, p. 113-116

GILISSEN, Jo In memoriam Marcel Modave, 104, p. 46-47 - Met prt. Jaaroverzicht (volgens de 18de-eeuwse Comptoir-almanak), 107, p. 202-204

IVEN, J. Het verlangen naar een zus, brieven aan een broer. Gesprek met Eriek Verpale, 107, p. 190-194 N.a.v. diens Alles in het klein

JANSSEN, Dries Op de toppen van de tenen, 105, p. 78-81 Tekst van de ‘voorstelling’ van dichteres Miriam Van hee t.g.v. de lezing door de dichteres gehouden op 23 maart 1990 in het auditorium van de BAC te Hasselt Spitten naar de diepere gronden van Paul Snoek, 107, p. 197-199 Tekst van de ‘voorstelling’ van Frans Depeuter n.a.v. diens studie De zwarte doos van Icarus - Paul Snoeks leven en poëzie

KREUSCH, Al. Uit de jonge provincie Limburg [in de 19de eeuw], 105, p. 76-77 De plaag van de beide Limburgen in de 18e eeuw, 106, p. 157-158 De ‘bokkenrijders’-bende

LAMBRECHTS, Yolande [Recensies] Jet van Acker, Scherven brengen geluk, 104, p. 55-56 Jaco, Mama ze houden van mij, 106, p. 173-175 Raymond ten Berge, Zaal afgesloten, 105, p. 119 Pierre van Laeken, Op zoek naar nergens, 105, p. 117-118 R.J. van de Maele, Jonas of de val van de handpalm-man, 105, p. 117 P.M.M. Melass, Brieven zonder antwoord, 104, p. 54-55

[p. 176]

Edith Oeyen, Als al de dagen geuren naar jouw naam, 105, p. 118-119 Marie-Christine Ruys, Cumulo nimbus, 104, p. 53-54 Boekbesprekingen, 107, gele pagina's II-III A.B. de Cooman, De indringer. Novelle Edith Oeyen & Ugo Verbeke, De toverbloemboom, De brievenbus en andere kinderverhalen

LENAERTS, Ingrid [Recensie] Wim Nelis, Grimassortiment, 104, p. 56

NOËL, Angie [Recensie] Leonie Robroek, Krassen in een blad van huid, 104, p. 53

OEYEN, Edith [Recensies], 106, p. 170-172 Bertien Buyl, Als bomen weer bomen zijn, p. 171-172 Ubbo-Derk Hakholt, In grensgebieden, p. 172 Isis, Gevangen poëzie, p. 170 Koos van den Kerkhof, Sporen naar binnen, p. 171

SMITT, Edmond [Recensies] Danny Franck, Elk verdriet is mijn verdriet, 105, p. 116 Luc Suys, Bewust van de chaos, 106, p. 173 Dilbeekse Cahiers, 1990, 106, p. 175-177 1. Geloof: Guido de Raeck & Wim Marchal, Wissel 2. Hoop: Adriaan Mayermans, Mei Requiem 3. Liefde: Lode Theys, Opgeslorpte duisternis 4. Berouw: Frans de Blauwe, Kaleidoscoop 5. Poëzie: Hubert van Eygen, Voorlopig testament Tijdschriften, 105, p. 107-109; 106, p. 177-179; 107, p. 237 Summiere bespreking van nummers van Creare, Lift, Poëziekrant Boeksprekingen, 107, gele pagina's III-IV Leon Kalders, Een windstille avond Bert Mariën, De leugen Pieter van Meylandt, Mijmeringen Jan Vanhaelen, Verhaal in gedichten

TERSCHAATS, Rip In memoriam P. Vedastus Verstegen, 104, p. 43-45 - Met prt. [Tijdschriften], 104, p. 57-58; 105, p. 109 Summiere bespreking van nummers van Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen & Vlaanderen [Recensies], 105, p. 107 J. Vermeulen, Oswald Valcmar P.J. Verstraete, Jozef Geldhof: geschiedenis en humor