Voorwoord
De lezer treft in dit boek de bijna letterlijke Javaanse tekst aan van een verhaal dat op 20 augustus 1981 verteld werd door de heer Pamin Asmawidjaja, woonachtig op Rust en Werk.
De vertelling die ruim twee uren in beslag nam, werd door ons op de band opgenomen en vervolgens op schrift gesteld. Er is zo weinig mogelijk in de tekst veranderd. Alleen waar dit ten behoeve van de leesbaarheid noodzakelijk was, is hier en daar een beetje bijgeschaafd.
De woorden die misschien niet algemeen bekend zijn, worden onder aan de pagina verklaard.
Om ook niet Javaans-sprekenden te bereiken, is het verhaal ook in het Nederlands vertaald. De Nederlandse vertaling treft de lezer aan op de linker pagina, terwijl de Javaanse tekst op de rechterpagina is afgedrukt.
In ‘Javaanse vertellingen uit Suriname’ verscheen eerder: ‘Dongèng Kancil’ - ‘Het verhaal van Kantjil.’
J.J.S.
H.D.V.
Paramaribo, februari 1983