oude schoolboeken zul je wel veel plezier hebben.
We hebben ze van het hoofd van de school gekregen. Van de oude meneer Krijns, bij wie je ook nog in de klas hebt gezeten. Meneer Krijns is al oud. Volgend jaar gaat hij met pensioen. Je moet de hartelijke groeten van hem hebben. Het is hier op 't ogenblik erg koud. We lopen allemaal met een dikke winterjas aan.
Jij boft maar in dat warme land!’
De pater moet even lachen, nu hij dit leest. Ze zouden eens hier een kijkje noemen nemen, in het dorp. Ik geloof niet, dat Ans en Rien hier wilden wonen, denkt de pater.
Dan leest hij weer verder.
‘Zeg, Anton, weet je, wat Rien en ik van plan zijn? Nu we zelf geen kinderen hebben, nu er nooit eens een blijde kinderlach door ons huis klinkt, willen we een kind aannemen. We weten nog niet, of het een jongen of een meisje zal worden.
Rien wil het liefst een jongen, dat begrijp je.
Schrijf je ons gauw, of alles goed is aangekomen? Wij blijven voor je bidden, ook al zit je ver van ons vandaan. Je bent nu zeker al zo grijs als een duif, hè? Dat konden we goed zien op die laatste foto van je.
De hartelijke groeten van je zus
Ans, en van Rien.
P.S. Is er bij jou in het dorp niet een jongen of een meisje, dat graag naar Nederland wil komen? Wij willen de reis naar hier wel betalen.’
Langzaam vouwt pater Antonius de brief dicht. Dan