Gedichten. Deel 2(1685)–Joannis Antonides van der Goes– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 267] [p. 267] Aen Juffrou G. Van Halmael, Met mijnen Ystroom. DAt 's beurt om beurt: gy hebt my konstig voorgezongen Zomwijl, en met u stem tot in mijn hart gedrongen, Dat klom met uwen toon, of daelde naer beneên, En van de zinnen liet het my 't gehoor alleen; ô Geertruit! al zoo schoon van lichaem als van klanken. Nu kome ik voor die gunst en heuscheit u bedanken: En eische noch, hoe zeer gy reets my hebt verplicht: In plaets van uw gehoor, uwe aendacht en gezicht. Vorige Volgende