Midden- en Zuid-Amerika
‘Wanneer ik zeg: Vrijheid!, zeggen zij: Sterf!’
Otto René Castillo
Van de jaren zestig tot voor kort wilden nogal wat Centraal- en Latijnsamerikaanse landen van het nazisme afgekeken praktijken op de eigen bevolking toepassen. Een regime-terreur zonder grenzen spookte door de nieuwsberichten: Nicaragua, El Salvador, Guatemala, Chili, Argentinië, het waren geen blijde boodschappen die ons van daaruit bereikten. Het meest tot de verbeelding spraken de communistische putsch van de 32-jarige Fidel Castro op nieuwjaarsdag 1959, die met een handvol manschappen de Cubaanse dictator Fulgencio Batista ten val bracht, en de coup - op 11 september 1973 - van de Chileense legercommandant Augusto Pinochet tegen het beleid van de socialistische president Salvador Allende. Het Chili van Pinochet steunde op folteringen, moorden, verdwijningen.
Hierboven blijft een fysiek verbrijzelde Chileen vasthouden aan zijn ongebroken wil dat Pinochet weg moet.
Op de linkerbladzijde attendeert Reagan, die zijn vriend met een bezoek vereert, juntachef Pinochet op de vlek Chili op zijn smetteloze uniform.