Uit het hart!
(1874)–Gentil Antheunis– Auteursrechtvrij
[pagina 87]
| |
[pagina 88]
| |
En krijgt haar kind toch niet in slaap;
En wiegt, en zingt zoo menig lied,
En krijgt haar kind in slaap toch niet.
Do, harteken, do.
Nu zit ze als moeder daar, zoo bang!
Zij wacht haar zoon alreeds zoo lang.
Hij komt dan eindlijk langs de straat,
Treedt biunen, wank'lend waar hij gaat,
Want wanhoop is een zware last.
Hij ziet zijn moeder, klemt haar vast....
Dan hoort men snikken als een kind:
‘Z' en mint en heeft mij nooit bemind!
Och! moeder, moeder, zulk verdriet!....’
- ‘Mijn arme zoon!’ Meer spreekt zij niet.
Do, harteken, do.
En nu, in haren ouden dag,
Daar zit zij nog met stillen lach,
En sust een wichtjen op haar schoot.
| |
[pagina 89]
| |
De vader bleef op 't slagveld dood;
De moeder kwijnde van dan af
En volgde snel haar man in 't graf:
‘Geen ouders meer! onnoozel lam!
En ik ben reeds zoo oud en stram.
Indien ik u te vroeg verliet!.....
Maar God verlaat de weezen niet.’
Do, harteken, do.
|
|