Ontwikkeling en karakterisering
In zijn inleiding tot een keuze van Scripta minora uit het werk van professor Baur (1969),
omschreef Van Elslander de literatuurbeschouwing van zijn leermeester als een ‘die in de eerste
plaats wenst uit te gaan van de eerbiedwaardigheid van het literaire feit. Huiverig tegenover
stoute gedachtenconstructies streeft ze... naar een harmonische verbinding van filologische
nauwgezetheid en literair-historisch inzicht, van intuïtief inlevingsvermogen en genuanceerde
waardeschatting’. De hier gegeven karakteristiek is evengoed op het werk van de inleider zelf
van toepassing. Alleen richtte Van Elslanders aandacht zich op andere periodes en figuren.
De rederijkers waren zijn eerste ‘liefde’. Hij is hen steeds trouw gebleven, maar ook de
Middelnederlandse letterkunde, met Ruusbroec, Hadewych en, vooral, Maerlant, is hem zijn hele
loopbaan lang blijven interesseren. In 1952 bezorgde hij een uitgave van de Elckerlijc, die acht
drukken beleefde. Toch ging zijn aandacht binnen de rederijkersstudie niet in de eerste plaats
naar gecanoniseerde teksten of figuren uit. Veeleer was het zijn bedoeling het onbekende in het
licht te stellen en de grote verscheidenheid van de retoricale literatuur, met name binnen de
refreinproductie, te laten zien. Geïnspireerd door J.A.N. Knuttels artikel ‘Rederijkers eerherstel’
(De Gids 1910), was Van Elslanders filologische activiteit erop gericht om vanuit de totaliteit en
diversiteit van het overgeleverde tot een ‘genuanceerde waardeschatting’ te komen. Belangrijke
noties binnen de daarbij gehanteerde esthetica waren ‘levendigheid’, ‘frisheid’ en ‘innige
oprechtheid’.
Sterker nog dan in de rederijkersstudie komt Van Elslanders waardering van teksten als
‘document humain’ tot uiting in zijn onderzoek van negentiende- en twintigste-eeuwse literaire
figuren. Dit onderzoek is vooral tijdens zijn docent- en hoogleraarschap op gang gekomen. Hier
hebben zijn belangrijkste bijdragen betrekking op de gezusters Loveling, August Vermeylen,
Karel van de Woestijne en, vooral, Cyriel Buysse. Van Elslanders baanbrekende Buysse-onderzoek begon met de vlotte biografie Cyriel Buysse. Uit zijn Leven en zijn Werk (2 dln.:
Antwerpen, 1960-1961) en vond een blijvende bekroning in de uitgave, samen met A.M.
Musschoot, van het Verzameld Werk (7 dln.: Brussel, 1974-1982).