Jeugdleven
(ca. 1930-1940 )–Edmondo De Amicis– Auteursrecht onbekend
[pagina 52]
| |
maar hij bewaart met heel veel zorg zijn schoolboeken, en die, welke zijn ouders hem geven, en al het geld, dat hij van hen krijgt, spaart hij en geeft het aan boeken uit. Op deze manier heeft hij reeds een kleine bibliotheek verzameld, en toen zijn vader dien hartstocht voor boeken bemerkte, heeft hij voor hem een mooien, notenhouten boekenhanger gekocht, met een groen gordijntje er voor en heeft bijna al de deelen laten inbinden, in de kleuren, welke zijn zoon het liefst had. Stardi trok aan een koordje, het gordijntje schoof weg, en ik zag drie rijen boeken, ordelijk gerangschikt, met glanzende ruggen, waarop de titels in gouden letters glinsterden; het waren boeken met verhalen, reisbeschrijvingen en gedichten, en er waren ook geïllustreerde bij. Hij houdt zich altijd bezig met ze weer te verplaatsen. Hij heeft ook een catalogus gemaakt en doet als een bibliothecaris. Hij staat altijd voor zijn boeken, om ze af te stoffen, ze door te bladeren, den band na te kijken; het is de moeite waard te zien, hoe hij er in staat te snuffelen, en ze met zijn dikke handen vasthoudt, terwijl hij de bladzijden omblaast. Alle boeken schijnen nog geheel nieuw te zijn. En als ik dan bedenk, hoe mijn boeken er uitzien! Wanneer hij een nieuw boek gekregen heeft, is 't voor hem een plezier dit te bewonderen, het op zijn plaats te zetten, het weder op te nemen en dan aan alle zijden te bekijken, en het als een schat te bewaken. Een uur lang heeft hij mij niets anders laten zien. Mijn oogen deden mij pijn van het staren op de letters. Maar bewonderd om zijn zin voor netheid en z'n liefde voor zijn boeken, heb ik hem toch! |
|