Proeve van stichtelijke mengel-poëzij. Tweede Stukjen
(1776)–Hieronymus van Alphen, Pieter Leonard van de Kasteele– Auteursrechtvrij
[pagina 163]
| |
II.Dat heilrijk woord,
Waarmeê de Geest door steenen harten boort;
Dat heilrijk woord Wordt in ons land gehoord.
Gij spreekt ons aan,
O levend God! in deze bijbelblaên;
Gij spreekt ons aan; Leer ons uw stem verstaan!
| |
[pagina 164]
| |
III.In deze Schrift
Wordt waar van valsch, en goed van kwaad geschift;
In deze Schrift Is leugens tegengift.
De Waarheid spreekt,
De doove hoort, dat hij in schulden steekt;
De Waarheid spreekt, En 't stalen harte breekt.
| |
IV.De zondaar bloost,
Beschaamd, terwijl hij bange zugten loost;
De zondaar bloost, Ook als uw Geest hem troost.
Die troost heeft klem;
O wondre kragt van de Euangeliestem!
Die troost heeft klem, Verblijdt en heiligt hem.
| |
V.Dees Bijbel leert,
Dat zondaarsmin Gods heiligheid vereert;
Dees Bijbel leert, Wat God aan zondaars zweert:
'k Zie hier de kragt
Van 's Vaders trouw; ik zie zijn Zoon geslagt;
'k Zie hier de kragt Van 't woord het is volbragt.
| |
[pagina 165]
| |
VI.Dit is de grond,
Mijn ziel! waarop gij veilig bouwen kont;
Dit is de grond Van 't eeuwig vreêverbond.
Schoon 't al ontschiet,
Waar op het oog tot zielsbevrijding ziet;
Schoon 't al ontschiet, Gods waarheid wankelt niet.
| |
VII.Dit testament,
Waar in mijn naam door Jesus is geprent;
Dit testament Verblijdtme in mijne ellend:
Op ieder blad
Wordt meer beloofd, dan Adam ooit bezat.
Op ieder blad Bespreekt mij God zijn schat.
| |
VIII.Gods heilig beeld,
Dat in zijn wet en Jesus leven speelt;
Gods heilig beeld Wordt door dit woord geteeld.
't Is dankbaarheid,
Die daaglijks voor den hemel ons bereidt,
't Is dankbaarheid, Die hier de deugd geleidt.
| |
[pagina 166]
| |
IX.De Wijsheid leeft,
Die door haar Geest dit boek geschreven heeft;
De Wijsheid leeft, Die hier haar lessen geeft.
Och dat mijn ziel
Steeds als een kind aan Jesus voeten viel!
Och dat mijn ziel Zig aan zijn lessen hiel!
| |
X.Geen grooter goed
Op aarde ik ken, dan 't woord, dat zielen voedt;
Geen grooter goed Bescherm ik met mijn bloed.
Waaragtig God!
Uw heilig woord, waarmeê de vrijgeest spot;
Waaragtig God! Uw woord beslist zijn lot.
|
|