Proeve van stigtelijke mengel-poëzij. Eerste stukjen
(1783)–Hieronymus van Alphen, Pieter Leonard van de Kasteele– Auteursrechtvrij
[pagina 33]
| |
II.Wiltge uw knagend leed verzagten;
Stort uw klagten
Voor uw Vader schreiend uit!
Liefde zal die stem niet smooren,
Maar verhooren
't Bang gekerm van Jesus Bruid.
| |
[pagina 34]
| |
III.'t Is niet vreemd, dat aan een Vader
(Wie is nader?)
't Kinderhart zig openbaart;
Wie, dan Hij, zal uwer oogen
Tranen droogen?
Wien is Sulamith zo waard?
| |
IV.Jesus heeft, door u te wasschen
In zijn plassen,
's Vaders liefde u toegezegd:
Naar uw Vader dan gevloden
Met uw nooden;
Dit hoort onder 't kinderregt!
| |
V.Wat u nut is in dit leven
Zal Hij geven;
't Is uw eigen, wat gij ziet:
Want, dat Jesus door zijn sterven
Kon verwerven,
Weigert God zijn kindren niet.
| |
[pagina 35]
| |
VI.Heeft zijn Geest reeds hier beneden
Die gebeden
Uitgeboezemd voor den troon;
O! uw Voorspraak, Vriend, en Rader
Biedtze uw Vader;
Dan zijn 't eisschen van Gods Zoon.
| |
VII.'t Vaderhart schijne op uw smeeken
Niet te breken,
Wordt uw bede eens niet vervuld,
Staakt het ongeloovig vreezen,
Dat ge als weezen
Voorts verlaten zwerven zult.
| |
VIII.Hier is weigren altoos goedheid,
Ja 't is zoetheid,
Schoon 't uw vleesch al bitter is;
Jesus wreekt wel nooit uw zonden,
Maar uw wonden
Heelt Hij somtijds door gemis.
| |
[pagina 36]
| |
IX.Heft uw ziel dan door gelooven
Steeds naar boven;
Denkt, mijn Vader kent mijn nood;
En zijne Almagt zal mij schenken
Boven denken;
Voor zijn Liefde is niets te groot!
| |
X.Zou een zugt om hoog gestegen
Niet bewegen
Hem, die alles aan u gaf;
Ja; het Vaderlijk meêdogen
Slaat zijne oogen
Van uw wieg tot aan uw graf!
|
|