Proeve van liederen en gezangen voor den openbaaren godsdienst
(1802)–Hieronymus van Alphen– Auteursrechtvrij
[pagina 112]
| |
Maar die, door liefd' aan God gehegt,
De hand op zijnen Bijbel legt;
Als Jesus, zegt: daar staat geschreven!
En zo naar 't woord zijn gangen rigt,
Dat hij beloften huwt aan pligt;
Zal eeuwig bloem en vrugten geven.
Hij, die 't gezigt aan Hagar gaf,
Ruk van ons oog de schellen af!
Opdat ons zijn genaê bestrale;
En ons zijn glans en majesteit,
Gehuld in liefd' en zagt beleid,
Tot stil vertrouwen overhale.
Hoe meer 't Geloof den oirsprong ziet,
Waaruit de stroom des levens schiet,
Te meer zal 't rein bestemd verlangen
Tot dezen vollen Oceaan,
Met ongevulde vaten, gaan,
Om 't levensnat volop t' ontfangen.
| |
[pagina 113]
| |
Die eenmaal van het water dronk,
't Geen ons de Vorst des levens schonk;
Zal nergens meer door dorst verkwijnen.
Er schuilt in hem een bron, die welt,
Hem onverdroogd getrouw verzelt,
Op berg en klip; in zandwoestijnen.
Uit rotsen perst Geloof een beek;
't Beploegt, bezaait de dorste streek;
En hoeft aan wind noch wolk te denken.
't Geloof daalt zwijgend in den kuil,
Bedwingt der leeuwen klauw en muil,
En kan in droogte regen schenken.
't Geloof, als 't zwangre mostaardzaad,
Dat rijk in takken opwaard gaat,
Wordt door beoefning opgeheven.
Het toont, ook waar men 't minst verwagt,
Meer dan de wonderboom, zijn kragt,
Om schaduw, rust, en spijs te geven.
| |
[pagina 114]
| |
Ja, 't heeft de kragt des vuurs gebluscht;
En schiep uit onrust vreê en rust;
Uit kommer moed, uit zwakheid kragten.
Dan ziet men, hoe het banden slaakt;
Uit trage bloodaarts helden maakt,
Die, vol van God, de zege wagten.
't Geloof, daar 't op beloften leeft,
Die slegts de mond der waarheid geeft,
Zal boven 't Woord zig niet verkloeken.
Maar ziet men, blind door lust en waan,
Zijn wenschen voor beloften aan;
Dan zou ons hart den Heer verzoeken.
Bidt vrij om 't geen uw ziel begeert!
Maar, als uw hart tot God zig keert,
Geeft dan uw wensch in Jesus handen.
Zijn goedheid vraagt voor u gewis,
't Geen, naar zijn raad, u heilzaam is.
Legt uw Geloof aan deze banden.
|
|