Kleine gedichten voor kinderen
(1913)–Hieronymus van Alphen– Auteursrecht onbekend
[pagina 71]
| |
[pagina 72]
| |
Al ligt geen kind zoo zacht als ik,
De rust is mij benomen;
En slaap ik eens een oogenblik,
Dan wordt ik wakker met een schrik,
Door 't akelige droomen.
Nu worde ik eerst, door 't geen ik mis,
Tot dankbaarheid gedreven:
Nu voel ik, maar met droefenis,
Hoeveel men gode schuldig is,
Als men gezond mag leven.
Maar o! die god is altoos goed!
Ik wil nu dankbaar wezen,
En schoon ik pijnen lijden moet,
Geduldig zeggen: god is goed!
Hij kan mij weêr genezen.
|
|