Kleine gedichten voor kinderen
(1913)–Hieronymus van Alphen– Auteursrecht onbekend
[pagina 57]
| |
[pagina 58]
| |
Dat boek met mooie printjes
Met groene zijden lintjes,
Waarnaar ik zoo verlangde,
Heeft jantje nu gekregen;
Omdat hij 't best kon schrijven,
En 't vlugst was in het lezen.
Ja, op de kaarten kon hij
De landen en rivieren,
De zeeën en de steden,
Het gauwst van allen vinden.
Maar zou ik hem benijden,
En nu nog minder leeren?
Neen, 'k wil zijn gaven prijzen,
En hem te meer beminnen.
Maar tevens zal ik trachten.
Den eereprijs te winnen,
Dien vader weer beloond heeft.
'k Wil dan wat minder spelen,
Ik wil wat korter slapen,
En grooter vlijt besteden
In 't hooren naar de lessen,
Die mij mijn meesters geven.
Door al te veel te spelen.
Door al te lang te slapen,
| |
[pagina 59]
| |
Door telkens rond te kijken,
Wanneer ik op moest letten,
Heb ik den prijs verloren.
Dat boek met mooie printjes,
Met groene zijden lintjes.
Heeft jantje dat gekregen!
Ik kan het niet vergeten,
Maar 't zal niet meer gebeuren.
|
|