Nederlands displegtigheden. Tweede deel
(1732)–Cornelis van Alkemade, Pieter van der Schelling– Auteursrechtvrij
[pagina 359]
| |||||||||
[Of 'er, en hoedanige Rang plaats hebbe tussen de Leden der respective Nederlanse Provincien, en inzonderheid tussen de Leden van Holland, en des zelfs respective Kollezien. Rang tussen Gedeputeerden van Haar Ed. Groot Mog., en Gecommitteerden uit de Kollezien ter Admiraliteit. Rang tussen de Raaden, in 't Kollezie ter Admiraliteit in Zeeland, op de presentatie van Haar Ed. Groot Mog., en op die van de Staaten van Zeeland, by Haar Hoog Mog. Gecommitteerd, enz. Als ook tussen Gedeputeerden van Haar Ed. Groot Mog., en Gedeputeerden uit de Hoven van Justitie; en tussen de zelve, en die Hoven en corps. Mitsgaders tussen wederzyds Gedeputeerden, in materie van Adjunctie.] | |||||||||
[pagina 360]
| |||||||||
[i. Gelyk 'er nu een rang vast gesteld is, en waargenomen word onder de Provincien, den Staat der Vereenigde Nederlanden uitmakende, als Gelderland, Holland, Zeeland, Uitrecht, Vriesland, Overysel, Groningen en de Omlanden, gelyk reeds getoond is Kap. XXIV.; Zoo heeft ydere Provincie wederom zekeren rang, ten opzigt van die Leden, die de Provincie uitmaken, en des zelfs Staat representeren, als by voorbeeld: ii. In Gelderland: 1. Het Quartier van Nymegen: 2. Het Graafschap Zutfen: 3. Het Quartier van de Veluwe; Wordende het Quartier van Nymegen, het Graafschap Zutfen, en het Quartier van de Veluwe gerepresenteerd door yders respective Ridderschap, en Steden. iii. In Holland: 1. De Ridderschap, en Edelen: 2. En de 18 Steden van het Zuider en Noorder Quartier, zoo als de zelve hier in rang volgen; | |||||||||
[pagina 361]
| |||||||||
Uit het Zuider Quartier.1. Dordrecht, 2. Haarlem, 3. Delft, 4. Leiden, 5. Amsterdam, 6. Gouda, 7. Rotterdam, 8. Gornichem, 9. Schiedam, 10. Schoonhoven, 11. Briel. | |||||||||
Uit het Noorder Quartier.12. Alkmaar, 13. Hoorn, 14. Enkhuizen, 15. Edam, 16. Munnikkendam, 17. Medenblik, 18. Purmerende. De voors. Orde der Ridderschap, en Edelen, en de Steden, maken dus uit de 19 Leden van de Staaten van Holland, en West-Vriesland, en geven, volgens den voors. Rang, hunne stemmen ter Staatsvergaderingen. iv. En bespeurd men in ydere Provincie der Nederlanden ook zekeren Rang onder elks respective Kollezien, van de Souverainiteit dependerende: Gelyk in 't byzonder, by voorbeeld, in Holland, dezelve op dezen rang, of orde, ten minste gemeld: | |||||||||
[pagina 362]
| |||||||||
v. Ook hebben de Ed. Groot Mog. Heeren Staaten van Holland, en West-vriesland vastgesteld: | |||||||||
[pagina 363]
| |||||||||
1. Dat aan Hunner Ed. Groot Mogendheden Gedeputeerden de voorrang toekomt voor de Gecommitteerden uit de respective Kollezien ter Admiraliteit, te besoigneren hebbende met welgem. Gedeputeerden, volgens Resol. van den 3 Mei 1657. Resolutien van Considerat. ten tyde van J. de Wit. bl. 306. en Gr. Pl. III. 73. vi. 2. Insgelyks, dat de Raaden, op de presentatie van Haar Ed. Groot Mog. by Haar Hoog Mog. Gecommitteerd in't Kollezie ter Admiraliteit in Zeeland, zullen den voorrang hebben voor de Raaden, Gecommitteerd in 't zelve Kollezie, op presentatie van de Provincie van Zeeland, herwaards gecommitterd tot besoignes met Gedeputeerden uit de andere Kollezien ter Admiraliteit alhier, naamelyk in Holland, te houden. Volgens Resolutie van den 26 Julii 1657 Zie de voors. Resolutien ten tyde van J. de Wit. 374. bl. vii. En eindelyk, dat, zoo wanneer in eenige Commissien van Staat zig te samen vinden, en rencontreren Personen uit | |||||||||
[pagina 364]
| |||||||||
de Vergadering van Haar Ed. Gr. Mog, en uit 't een of 't ander van de Hoven van Justitie gedeputeerd, in zulken cas den Persoon, of Personen, uit die Vergaderinge (der H. H. Staaten) gedeputeerd, (als representerende de zelve Vergaaderinge de Souverainiteit van den Lande van Holland, en West-Vriesland, daar van de gemelde Hoven van Justitie, als Subalterne Kollezien, zyn dependerende) toekomt het voorgaan, voorzitten, en voorstemmen, met het gene daar verder aan dependeert, voor den Persoon, of Personen, uit de voors. Hoven, ofte uit het een, of 't ander van de zelve gecommitteerd. Volgens Resolutie van den 9 Nov. 1618. en van den 16 Decemb. 1655. Gr. Plak. B. III. 72. viii. 4. Dog, dat de Kollezien der Hoven van Justitie en corps, zouden voorgaan voor Gedeputeerden van de Vergaderinge, maar niet voor de Vergaderinge, nog de Gecommitteerde Raaden en corps, is by haar Ed. Groot Mog., met | |||||||||
[pagina 365]
| |||||||||
onderscheiding gereguleerd in de gemelde Resol. van den 9 Nov. 1618. ix. 5. En gelyk Haar Ed. Groot Mog. de sessie, en rang tussen Gedeputeerden van Haar Ed. Groot Mog. hebbende te besoigneren met Gecommitteerden uit den H. Raad gereguleerd, en aen de eerstgemelde den voorrang toegewezen hebben; zoo hebben Haar Ed. Groot Mog. de sessie tussen voorgemelde wederzyds Gecommitteerden, in materie van adjunctie, gelaaten, invoegen als de zelve tot nog toe was gepraktizeerd geweest. Volgens Resolutie van den 17 Novemb. 1637.] |
|