Het voorgeborchte(1853)–J.A. Alberdingk Thijm– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Aan een jongen vrijer, met een schrijftasch. Die verkeert, Of ‘courtiseert,’ Teedre lonkjens, zoete woordtjens, Zieleharmonijakkoordtjens Daaglijks bij de vleet spendeert, Placht, in overoude tijden, Al de zuchten van zijn hart, Teekens van zijn zoete smart, Al de klachten van zijn lijden Netjens in een boom te snijden. Thands - met meer of minder zwier - Wordt, met perryaansche stift, Dat bezielde minneschrift Liever op papier gegrift. Zoo dan schenkt m'u tot dit doel (Of de gift u welkom was Ook als tolk van ons gevoel) Celadon! dees brieventasch. 1847. Vorige Volgende