Gedichten uit de verschillende tijdperken der Noord- en Zuid-Nederlandsche literatuur. Deel 2. 1ste en aanvang der 2de helft van de XVIIe eeuw
(1852)–J.A. Alberdingk Thijm– AuteursrechtvrijAan de Stad Grave,
| |
[pagina 315]
| |
Reyckt hem de palmenGa naar voetnoot3 toe, hy reyckt u de olijvenGa naar voetnoot4.
Ontslaet u van het jock en comt u helper by.
Siet Venlo, Ruremond' en Stralen alle dry
Hem vallen inden arm, en tredende te voren.
Oock Oostenrijck en maeckt geen rekeninge meer
Nae 'tsoete Gelderlant te nemen sijnen keer,
Als hebbende daer van den stalen muer verlooren.
|