Den Cleefschen Pegasus(1654)–Maria-Margareta van Akerlaecken– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Folio B5r] [fol. B5r] Tot Loff van syn Keur-Vorst Doorlucht. Hoe dat hy dede met een schoot Twee Wilde Swijnen blijven doodt. End' doen hy dat heeft bedreve, Was hy in het Bosch van Cleve. WIlt dese Plaets en Boom houden in grooter Eeren, Om sijn Keur-Vorst Doorlucht, quam hier ter Jacht verkeeren, End' dit groot wonder by hier dede met een Schoot. Twee Wilde Swijnen eens te samen blijven doodt. Het was doen in den tijdt van Sesthien Hondert Iaere, Noch viermael thien en acht, soo ick u segh voorware, October twalef soo was in dat Iaer den Dagh, Als men dit wonder groot van hem geschieden sagh. Het eene was een Bagh, het ander eene Freslyne, Die door Naturen schouw, ver van den Menschen sijne. Gy Keur-Vorst Brandenburgh, zijt hoogh van Stam en Macht, Waerom dien Schoot en Boom te meer moet zyn geacht, Siet aen Keur-Brandenburgh, in dese Daedt seer groot, Meleager die had maer een Wilt Swyn ghedoot, End' hy vercreegh daer door, Lof'lycke Eer verheven. Wat voor een grooten Lof, moet men dien Keur-Vorst geven? Vorige Volgende