Den Cleefschen Pegasus
(1654)–Maria-Margareta van Akerlaecken– AuteursrechtvrijMaria-Margareta van Akerlaecken, Den Cleefschen Pegasus. Nijmegen, Nicolaes van Hervelt 1654
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: 1202 F 48, scan van Google Books
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Den Cleefschen Pegasus van Maria-Margareta van Akerlaecken uit 1654.
redactionele ingrepen
fol. A1r: accolades verspreid over meerdere regels kunnen in deze digitale versie niet weergegeven worden. Daarom wordt de accolade hier, met bijbehorende tekst, op iedere regel herhaald.
fol. B3r: Vostendom → Vorstendom: ‘in't Vorstendom Cleve, den 9. Iunij 1651’.
fol. B3v: hebr → hebt: ‘Als Stadthouder gemaeckt hebt van dit Landt’.
fol. B5v: Lie,n → Lie'n: ‘Van wijse Lie'n wel overleyt’.
fol. B6v: sond → soud: ‘seer licht soud connen krencken’.
fol. C2v: muvtent → muntent: ‘Dat hy seer geerne sagh een Vrouw uyt muntent schoone’.
fol. C3r: doorlluchtigheyt → doorluchtigheyt: ‘Aen haere keur-vorstelijcke doorluchtigheyt van Brandenbvrgh’.
fol. C8r: gemaeeckt → gemaeckt: ‘Dit gemaeckt binnen Cleve den 2. Septemb. 1652’.
fol. D1r: gemaeeckt → gemaeckt: ‘Dit gemaeckt binnen Cleve den 6. Septemb. 1652’.
fol. D3v: Vronw → Vrouw: ‘Van Mannen ende Vrouw’.
fol. D4r: Enghelavdt → Enghelandt: ‘d'Ander aen Enghelandt’.
fol. D5v: tijdr → tijdt: ‘cond doen komen voor den tijdt’.
fol. D7v: Doorluctighe → Doorluchtighe: ‘Op de Schilderie Van syne Doorluchtighe Hoogheyt Prince Wilhelmus-Henricvs’.
fol. E2r: gesichr → gesicht: ‘Wat soud 't gesicht dan doen’.
fol. F1v: gemaeeckt → gemaeckt: ‘Dit gemaeckt binnen Cleve den 20. Augusti, 1650’.
fol. F2r: Brandendurgh → Brandenburgh: ‘Aen't Huys van Brandenburgh, veel goets sal doen’.
fol. F3v: Doenliyck → Doenlyck: ‘Want 't is niet doenlyck allen lien’.
fol. F4r: geleght → geleght: ‘Moet u Vorst meed syn toe geleght’.
fol. G6v: cleve → Cleve: ‘Opgerecht buyten Cleve den 13. novemb. 1653’.
fol. G8v: Jck → Ick: ‘Ick g'loof wel dat hy u niet overwinnen kon’.
fol. H2r: Js → Is: ‘Is haer deel’.
fol. H2r: de kop tussen vierkante haken is toegevoegd door de redactie.
fol. H2v: de kop tussen vierkante haken is toegevoegd door de redactie.
fol. H5v: ,t → 't: ‘Mijnen Vader 't leven nam’.
fol. H6r: de koppen tussen vierkante haken zijn toegevoegd door de redactie.
fol. H6v: ɯoet → moet: ‘daer nae moet haer myn pen oock mede dragen gaen’.
fol. H7r: Kenrvorst → Keurvorst: ‘Dancken syn Keurvorst Doorlucht’.
fol. H8r: de kop tussen vierkante haken is toegevoegd door de redactie.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (voorplat, binnenkant voorplat, binnenkant achterplat, achterplat) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina I]
Den
Cleefschen Pegasus,
Inhoudende
Den Loff van hare Keur-Vorstelijcke Doorluchticheden.
Mede
Haere Hoogheyt Princesse van
Orangien.
Mitsgaders
Een Clachte over den Doodt van Syne Hoogheyt
WILHELMUS Prince van ORANIEN.
Als oock den Loff van
Prince Iohan Maurits
Prince van Nassau, Stadthouder
Van
Keur-Brandenburgh, Cleef en Marcksche Landen.
Gemaeckt door
Iuffr. Maria-Margareta van Akerlaecken.
Tot NIEU-MEGEN, by Nicolaes van Hervelt,
Boeck drucker. Anno 1654.