Stijlstudie en stijloefening
(1918)–J. Mathijs Acket– Auteursrecht onbekend
[pagina 135]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
XXI ContaminatieEen kleine jongen stond tegen de avond met zijn moeder aan 't raam. De maan scheen aan de hemel. ‘Kijk, daar staat Manus’, zei moeder met een bekend grapje. 't Jochie keek moeder eens verrast en toen peinzend aan. De volgende avond waren ze weer aan 't raam. ‘Kijk, daar staat Dries’, zei 't ventje. Wat was 't geval? De jongen had twee ooms: oom Manus en oom Dries. Hij had onthouden dat de maan net heette als een van zijn ooms. Maar verder was zijn geheugen gederailleerd. De woordspeling van Maan en Manus was hem ontsnapt. Eerst was er dus gebrekkige waarneming; toen gebrekkige herinnering met een ongewenste associatie, waardoor verwarring ontstond tussen twee woordenGa naar voetnoot1, zodat hij 't ene voor 't andere in de plaats zette. ‘Manus’ en ‘Dries’ hadden voor hem een overeenkomst in betekenis; in zekere zin waren het voor hem synoniemen: beide doelden op een oom. Deze overeenkomst was voldoende om de verwarring te doen ontstaan. Dergelijke verwarringen van woorden of uitdrukkingen, die óf in klank óf in betekenis óf in beide meer of minder met elkaar overeenkomen, worden in het spreken, niet alleen door kinderen maar ook door volwassenen, zeer veel gemaakt. Ook in geschreven taal worden ze veelvuldig aangetroffen, het meest natuurlijk bij ongeoefende stilisten, maar toch ook wel bij geoefende. Zo'n verwarring noemt men contaminatie, d.i. besmetting: het ene woord besmet het andere, maakt het onzuiver; iets van het een en iets van het ander smelten samen tot een onzuiver amalgama.
Het gemakkelijkst ontstaan contaminaties bij 't gebruik van woorden uit vreemde talen. Daar is de waarneming vaak 't gebrekkigst, en, door weinig gebruik, is daar de vereniging van de woordklank en zijn betekenis 't minst innig, zodat men licht kan afdwalen naar een ander woord, dat er in klank wat op lijkt. Zo schreef een jongen in zijn opstel over cavaleristen, terwijl hij calvinisten bedoelde. Een ander zei rimmetiek, maar uit de samenhang bleek dat hij iets over de romantiek wilde mededelen. Weer een ander zei na een natuurkundeles, die gewijd was aan de wet van de inertie (traagheid), lachend tegen z'n buurman: ‘Wat spreekt-ie het woord energie toch krankzinnig uit!’ Die had zich wel vermaakt, maar van de les had hij niet al te veel begrepen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 136]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Een domineespel wordt niet in 't bijzonder door predikanten gespeeld. Vergelijk voorts: exercitie-auro (expeditie-auto), amethist (atheïst), territoir (trottoir), die jongen kan zich niet condenseren (concentreren). In Tilburg, schreef een krant, pleegt men bij het carnaval veel banaliteiten, waarover men zich later moet schamen. Nu is een banaliteit een gemeenplaats, een afgezaagd gezegde. Waarschijnlijk bedoelde de schrijver: bestialiteiten (beestachtigheden). Of zweefde hem bacchanaliën voor de geest? (Vroeger: feesten ter ere van Bacchus: thans: woeste, bandeloze feesten.) Van een jongen werd beweerd, dat hij de primeur van zijn klas was. Bedoeld was primus (eerste); primeurs noemt men de eerste voorjaarsgroenten. In de laatste twee gevallen bestaat er tussen de woorden die gecontamineerd worden, nog enige overeenkomst in betekenis. In alle andere voorbeelden ontbreekt deze geheel, en berust de verwarring slechts op een overeenkomst in klank. De klank van het ene en de betekenis van het andere woord smelten samen tot een nieuwe eenheid, die echter in de taal niet bestaat, dus onjuist is. Deze contaminaties zijn geen vergissingen van 't ogenblik. Ze behoren tot de taalschat van de halfbeschaafden, van mensen vooral die boven hun intellectuele stand willen leven. Het is hun opgevallen dat ontwikkelden nogal eens vreemde woorden gebruiken. Daarom doen zij het ook; maar ze doen het verkeerd en maken zich daarmee belachelijk.
Al deze opmerkingen gelden ook voor de contaminaties bij het gebruik van zeldzame woorden uit de eigen taal. Voorbeelden:
Dergelijke verwarringen vormen van alle door contaminatie ontstane fouten nog maar een kleine groep. De meeste contaminaties vinden plaats bij woorden (of uitdrukkingen), die geheel of vrijwel geheel synoniem zijn. Dan levert niet het ene zijn klank en het andere zijn betekenis, maar beide leveren een deel van hun klankvorm. Soms gaat ook wel de gehele klankvorm van een van beide in de nieuwe eenheid in. Dit laatste is het geval bij contaminaties van een vreemd woord en het Hollandse synoniem. Bijv.: verexcuseren (verontschuldigen + excuseren), aanrecommanderen (aanbevelen + recommanderen), uitportretteren (uittekenen + portretteren), verassureren (verzekeren + assureren), optelefoneren (opbellen + telefoneren), bekritiserenGa naar voetnoot1 (beoordelen + kritiseren). | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 137]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ook bij contaminaties van twee (voor de spreker) minder gebruikelijke woorden uit de eigen taal. Bijv.: zinnebeeldsel (zinnebeeld + afbeeldsel); het landen van de troepen ging niet zonder ongelukken gepaard (ging niet zonder ongelukken + ging met ongelukken gepaard). Een deel van het een en een deel van het ander zijn samengesmolten in: waranda (warande (wandelpark, lustoord) + veranda (soort van tuinkamer). Vergelijk voorts: Met ijzelingwekkende vaart vloog de slee naar beneden (duizelingwekkende + (een snelheid om van te)ijzen). De Belgen kwamen hier schuil zoeken (zich schuil houden + een schuilplaats zoeken). Allerlei oude verhalen worden opgehaald, terwijl de overige tijd onledig wordt gemaakt met muziek en spelletjes (zich onledig houden met + de tijd wordt vol gemaakt met).
Ook bij figuurlijke uitdrukkingen die men niet doorziet, ontstaat vaak contaminatie. Voorbeeld: Zulke waarheden als oude koeien moest men maar liever op stal laten staan. Verwarring van: oude koeien uit de sloot halen; 'n waarheid als een koe (zo groot); 'n oud paardje van stal halen. (Dit laatste wordt bijv. gezegd van een predikant die nog eens een oude preek voordraagt.)
Vrijwel alle genoemde contaminaties berusten op een verkeerd waarnemen of een zich verkeerd herinneren van woorden en uitdrukkingen. Ze behoren tot iemands taalschat, tot z'n spreek- en schrijfgewoonten. Er zijn echter ook vergissingen van 't ogenblik, versprekingen en verschrijvingen. Voor deze vergissingen bestaan verschillende oorzaken. Het komt herhaaldelijk voor, dat we een bepaalde gedachte op twee manieren kunnen formuleren. Beide dringen zich dan tegelijk aan onze geest op, en we doen een verkeerde keus: in plaats van onze keus op een van beide te bepalen, nemen we een stuk van de ene en een stuk van de andere formulering. Toch moeten er nog andere factoren in 't spel zijn, want in verreweg de meeste gevallen contamineren we niet, ook al zijn er twee formuleringen mogelijk. Als we een verkeerde keus doen, dan ligt dat aan ons zelf: we zijn moe of afgeleid, met onze gedachten niet geheel bij hetgeen we zeggen. Weer anders ligt het geval bij de jongen die vroeg: ‘Pader wilt u me even helpen?’ Hij was in die tijd bezig, zich het woordje Pa af te wennen en het te vervangen door vader. Maar een gewoonte is sterk en laat zich maar niet zo een, twee, drie op zij zetten. Het conflict tussen een oude gewoonte en de begeerte om daarmee te breken, had die verspreking, die contaminatie, ten gevolge.
De contaminatie is vrijwel steeds een fout; stilistische waarde heeft ze vrijwel nooit. Ze heeft het slechts dan, als iemand opzettelijk contamineert om een zot effect te bereiken, om anderen te doen lachen. (En een schrijver kan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 138]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
natuurlijk een persoon die hij sprekend invoert, laten contamineren om hem door zijn taal te kenschetsen.) Bijv.: ‘Rillend nam ik de wastafel en schoof 'm voor de deur, terwijl het bloed me langzaam in de schoenen zonk (henr. van eyck: De kleine Parade).
Ook in de spelling bestaat contaminatie. Zo schreef een jongen: burght; hij dacht aan burg en burcht. Anderen schrijven dikwijls de apostrof op de verkeerde plaats: s' avonds. Zij denken aan gevallen als t' enenmale, d' eerste keer of aan 't Franse s' amuser.
Verbeter nu de fouten, door contaminatie ontstaan, in de volgende fragmenten.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 139]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|