Gedichten. Deel 3a. Apparaat

[821] Robot

Overlevering

D^1	Hoonte, p. 67-69.
P^1	Eerste proef D^2, H-88.
P^2	Tweede proef D^2, H-89.
D^2	Cryptogamen iii, p. 235-237.
M	Kopij D^3, H-122.
D^3	Verzamelde gedichten, p. 699-701.

Datering

Begin 1949

Leestekst

D¹

Ontwikkelingsgang

Het gedicht ‘Robot’ dat in Hoonte is opgenomen, is een samenvoeging van twee gedichten die onder dezelfde titel werden gepubliceerd in Podium (zie [798] ‘Robot’) en Ad interim (zie [814] ‘Robot’). In het apparaat worden de verschillen ten opzichte van de twee eerdere gedichten voor de overzichtelijkheid nogmaals weergegeven.

[p. 646]

Varianten en correcties

3	kop < knop [798], 3
10	stilte, < stilte [798], 10
15	staande, friese klok < staande Friese klok, [814], 1
22	drinkend < drinkend, [814], 8
28	Van < van [814], 14
36/37	[strofewit] < [geen strofewit] [814], 22/23
37	vulcanfibre < vulcan-fibre [814], 23
40	op; < op. [814], 26
41	de < De [814], 27
46/47	[strofewit] < [geen strofewit] [814], 32/33
50/51	[strofewit] < [geen strofewit] [814], 36/37
55	Kom < Ga [814], 41
56	mij < me [814], 42
58	nevelvlek -. < nevelvlek - [814], 44
60	voetstap wordt zachter < stappen worden zacht [814], 46

Commentaar

^1	De datering van dit gedicht is gebaseerd op de publicatiegeschiedenis van Hoonte (zie § 34.1). Uit het feit dat Achterberg [814] ‘Robot’ eind december 1948 aan Ad interim heeft gestuurd (zie aldaar, noot 1), kan worden afgeleid dat hij de gedichten op zijn vroegst in januari 1949 heeft samengevoegd.
^2	Literatuur over het gedicht: Kusters, W., ‘“Mens” en “Robot”.’