Gedichten. Deel 3a. Apparaat

[p. 337]

[476] ‘Ik laat de avond sterven’

Overlevering

M^1	Typoscript, oorspronkelijk collectie J.Th. Stakenburg, H-16.
M^2	Manuscript, collectie J. Vermeulen, H-20,iii.
M^3	Typoscript Cel, collectie P.J. Meertens, H-20,iv.
M^4	Typoscript Asyl, H-36.
T	De Vlaamsche gids 30 (augustus 1946), p. 548.
D^1	Blauwzuur, p. 18.
D^2	Verzamelde gedichten^4, p. 977.

Datering

Vóór 1942

Leestekst

M¹

Ingreep

11	onwederstrevend < onwederstreven

Varianten en correcties

Titel	[ontbreekt] > Mimicry M^4-D^2
3	beeld, > beeld M^2
12	staat, > staat M^2

Commentaar

^1	Zie [427] ‘Nachtwind en ritseling’, noot 1.
^2	M^2 is een door Jan Vermeulen vervaardigd afschrift van dit gedicht en is afkomstig uit het materiaal van de bundel Cel (zie § 16). In de collectie van Jan Vermeulen bevindt ook de uitgescheurde bladzijde uit De Vlaamsche gids.
^3	Zie [454] ‘O zielsterreur in deze huizen’, noot 3.
^4	Dit gedicht is vertaald in het Duits door H.J. Schädlich en in het Engels door M. O'Loughlin.
^5	Type-/schrijffout in M^1-4, fout in T, r. 11: onwederstreven i.p.v. onwederstrevend (naderhand in M^4 door Achterberg in potlood gecorrigeerd).