| |
| |
| |
52 Drie postume uitgaven
52.1 Blauwzuur (1969)
De tijdens Achterbergs leven ongepubliceerd gebleven bundel Asyl (zie § 31) werd in 1969 alsnog door Bert Bakker uitgegeven, onder de titel Blauwzuur. Over de aanleiding tot deze publicatie schreef Bakker op 13 maart 1969 aan Tine van Buul en Reinold Kuipers van uitgeverij Querido:
Tijdens jullie laatste bezoek aan Leusden heb ik al laten vallen, dat van R.L.K. Fokkema bij mij zijn dissertatie gaat verschijnen onder de voorlopige titel Varianten bij Achterberg.Ga naar voetnoot1 In dit boek behandelt hij alle te achterhalen varianten, die Gerrit heeft aangebracht sedert de eerste publikatie van zijn gedichten; hij heeft daar ook alle te achterhalen tijdschriftpublikaties in verwerkt, dus ook de gedichten, die niet in zijn Verzamelde gedichten zijn opgenomen. Jullie weet, dat er sedert 1943 nog altijd een bundel bij Cathrien berustte, waar ik het publikatierecht van heb. Het is de bundel Asiel, die later omgedoopt is in Blauwzuur. Nu Fokkema deze gedichten in zijn variantenstudie betrekt, hebben Cathrien en ik het ogenblik aangebroken geacht om de bundel te laten verschijnen, ten einde zo veel mogelijk ‘sensationeel’ kommentaar te vermijden. De bundel lag persklaar, maar Gerrit achtte de tijd voor publikatie zelf in 1961 nog niet rijp. Aan de hand van zijn vele brieven aan mij, die ik alle in 1965 aan Cathrien heb afgestaan, heb ik achterin de bundel een betrekkelijk uitvoerige aantekening geschreven, waaruit blijkt hoe Gerrit van jaar tot jaar met deze bundel bezig is geweest. Blauwzuur verschijnt omstreeks september van dit jaar; wij maken van de publikatie uit de aard der zaak geen ophef. Uiteindelijk doel van Cathrien en mij is om te voorkomen, dat na het heengaan van Cathrien de een of andere ‘pirateneditie’ zou verschijnen, omdat een aantal mensen over een niet-definitief typoskript beschikt. Wij kennen al vier mensen, die zulk een typoskript onder hun berusting hebben.
In het kontrakt met Cathrien is duidelijk gestipuleerd, dat zij alle rechten behoudt.Ga naar voetnoot2 Zodat voor eventuele opname in een herdruk van de Verzamelde gedichten zij de toestemming zal moeten geven. In mijn aantekening staat duidelijk vermeld waar Gerrit deze bundel in zijn Verzamelde gedichten heeft geprojekteerd. Dat is voor jullie t.z.t. wat ingewikkeld, omdat jullie paginering na opname van Blauwzuur zal moeten worden veranderd.
Cathrien en ik menen er goed aan te doen, om jullie als eersten van deze publikatie op de hoogte te stellen. Mochten jullie nog nadere inlichtingen wensen, dan ben ik voorlopig op de Koninginnegracht te bereiken, waar Cathrien mij met ingang van zaterdag a.s. zal gaan verzorgen. Dat zal niet erg lang zijn, want ik kan het verblijf hier in de kombinatie van bedrijf en woning niet goed aan.Ga naar voetnoot3
| |
| |
In zijn ‘Aantekening’ bij de bundel Blauwzuur, die gedateerd is 30 januari 1969, zou Bakker eveneens ingaan op een aantal onderwerpen uit deze brief, zij het in een iets andere formulering.Ga naar voetnoot4 Over de reden van Achterbergs aarzeling met betrekking tot de publicatie van de bundel schreef hij bijvoorbeeld: ‘Die aarzeling bestond nóg, toen hij kort voor zijn dood - 17 januari 1962 - was begonnen aan de voorbereiding tot de uitgave van zijn verzamelde gedichten, om de eenvoudige reden, dat voor hemzelf deze bundel nog steeds geen definitieve gestalte had aangenomen. Ook met de titel bleef hij voortdurend bezig.’ Over de titel had Bakker in zijn brief nog met stelligheid geschreven dat deze ‘later omgedoopt is in Blauwzuur’, in de ‘Aantekening’ formuleerde hij het met meer voorbehoud:
In zijn nalatenschap bevindt zich, gehecht aan het typo-manuskript, de aantekening: titel Asyl. In een andere aantekening is die titel weer gewijzigd in Blauwzuur, maar zó aarzelend, dat daar weer achter staat: of andere vergiftnaam.
Trouwens: in persoonlijke gesprekken heeft Achterberg mij nóg andere titels voorgesteld.
Welke andere titels Achterberg heeft overwogen, is mij niet bekend. De keuze voor de titel Blauwzuur werd verder niet door Bakker verantwoord.Ga naar voetnoot5
Van de bundel zijn zowel de kopij als een drukproef bewaard gebleven. Ook moet er een revisieproef zijn geweest, maar deze is niet overgeleverd. De kopij bestaat uit een typoscript, dat is vervaardigd op basis van het bundeltyposcript van Asyl.Ga naar voetnoot6 Het bevat zetinstructies in de hand van Leendert Stofbergen en correcties in de hand van Bert Bakker.Ga naar voetnoot7 De drukproef is eveneens gecorrigeerd door Bert Bakker. De tekst van de gedichten is - zowel in de kopij als in de proef - conform de laatste versie van het Asyl-typoscript, met uitzondering van de volgende punten:
a. de titel van de bundel, Blauwzuur, is door Bakker gekozen uit een aantal door Achterberg genoteerde alternatieven (zie hierboven); de door Achterberg genoteerde ondertitel ‘proeve van inleving’ werd niet opgenomen.
b. de titel van het gedicht [632] ‘Directeur’ (‘Minister’) luidt in de kopij: ‘Principaal’;Ga naar voetnoot8 in de proef is deze titel door Bakker veranderd in ‘Minister’, conform de definitieve versie van de inhoudsopgave van Asyl.
| |
| |
c. de spelling van de gedichten is aangepast, conform Achterbergs notitie ‘in nieuwe spelling (naamvals-n (klank-n) blijft)’:
- | dubbele klinkers en de ‘sch’-spelling zijn verwijderd; |
- | inconsequenties in het gebruik van de buigings-n zijn gecorrigeerd; |
- | in [632] ‘Directeur’ (‘Minister’) is ‘millioenen’ (r. 3) veranderd in ‘miljoenen’ en in [633] ‘Dagboek’ is ‘cigaret’ (r. 13) veranderd in ‘sigaret’; niet veranderd is in hetzelfde gedicht ‘requesten’ (r. 33) en in [350] ‘Psychiater’, r. 8 ‘aether’. |
De kopij en de drukproef worden in deze uitgave verder niet bij de overlevering van de gedichten betrokken.
Blauwzuur verscheen in september 1969 in een oplage van 5000 exemplaren. De samenstelling van de bundel is als volgt:
[Omslag] |
gerrit achterberg [/] blauwzuurGa naar voetnoot9 |
[Voorflap] |
[vermelding van de door Bert Bakker/Daamen n.v. uitgegeven bundels van Achterberg] |
[Band voorplat] |
|
[Schutblad] |
|
[1-2] |
[blanco] |
[3] |
Blauwzuur |
[4] |
[blanco] |
[5] |
gerrit achterberg [/] blauwzuur [//] 1969 [/] Bert Bakker [/] Den Haag |
[6] |
[blanco] |
7 |
[442] ‘Zuur’ |
8 |
[454] ‘Terreur’ |
9 |
[466] ‘Lichtslag’ |
10 |
[490] ‘Reglement’ |
11 |
[452] ‘Riool’ |
12 |
[447] ‘Eigen zee’ |
13 |
[177] ‘Paviljoen’ |
14 |
[449] ‘Zondag’ |
15 |
[450] ‘Ontbijt’ |
16 |
[467] ‘Schrik’ |
17 |
[340] ‘Manifest’ |
18 |
[476] ‘Mimicry’ |
19 |
[631] ‘Vogel van waanzin’ |
20 |
[508] ‘Directeur’ |
21 |
[632] ‘Minister’ |
22 |
[217] ‘Grafschrift’ |
23 |
[279] ‘H.v.B.’ |
| |
| |
24-25 |
[633] ‘Dagboek’ |
26 |
[350] ‘Psychiater’ |
27 |
[419] ‘Cel’ |
28 |
[499] ‘Spreekuur’ |
29 |
[455] ‘Soldaat’ |
30 |
[634] ‘Slagveld’ |
31 |
[358] ‘Waarheid’ |
32 |
[498] ‘Geologie’ |
[33] |
[blanco] |
34-37 |
Aantekening [volgt de aantekening door Bert Bakker]Ga naar voetnoot10 |
[38] |
Inhoud [volgt inhoudsopgave] |
[39] |
Kolofon [/] Blauwzuur werd in de zomer van 1969 gedrukt door [/] Semper Avanti nv te Den Haag in een oplage van [/] 5000 eksemplaren. Omslag, band en typografie werden [/] verzorgd door Leendert Stofbergen te Amsterdam. [//] Copyright 1969 by J.C. Achterberg-Van Baak, Leusden. [volgt copyright-clausule] |
[40] |
[blanco] |
[Schutblad] |
|
[Band achterplat] |
[blanco] |
[Achterflap] |
[vermelding van de door Bert Bakker/Daamen n.v. uitgegeven bundels over Achterberg] |
[Omslag] |
|
Tussen 1969 en 1973 zijn er een kleine 3500 exemplaren van Blauwzuur verkocht. In juli 1973 werd het restant van de bundel (1662 exemplaren) door uitgeverij Querido overgenomen met het oog op de opname van de bundel in de vierde druk van Verzamelde gedichten (1972).
Naar aanleiding van de verschijning van Blauwzuur verschenen de volgende recensies:
B[ot], W.P., ‘Speelse poëzie van Jac. v. Hattum. Blauwzuur van Achterberg.’ In: Utrechtsch nieuwsblad 30 oktober 1969. |
B[ruinsma], J., ‘Een andere Achterberg.’ In: De Gelderlander 20 november 1969. |
Berger, P., ‘Blauwzuur. Posthume bundel van Gerrit Achterberg.’ In: Het vaderland 4 oktober 1969. |
B[erger], P., ‘Bert Bakker en de posthume bundel van Achterberg.’ In: Aktueel 17 (1969), p. 193-194. |
Brandt, W., ‘Blauwzuur.’ In: Goois nieuwsblad 24 oktober 1969. |
Dangin, M., ‘Gerrit Achterberg. Geen poëtisch blauwzuur.’ In: Vooruit 8 januari 1970. |
| |
| |
Dinaux, C.J.E., ‘Achterbergs Blauwzuur.’ In: Ons erfdeel 13 (1969-1970), p. 104-105. |
Dijkhuis, R., ‘Blauwzuur, gedichten van Gerrit Achterberg.’ In: Winschoter courant 18 oktober 1969. |
Fens, K., ‘Nagelaten bundel van Gerrit Achterberg.’ In: De volkskrant 11 oktober 1969. |
Fokkema, R.L.K., ‘Blauwzuur van Achterberg vormt schril contrast met ander werk.’ In: Trouw 17 september 1969. |
Herberghs, L., ‘[Recensie van o.a. Blauwzuur.]’ In: Limburgs dagblad 4 december 1969. |
Hüwel, D., ‘Blauwzuur. Vrijheid en gebondenheid van de dichter.’ In: Accent 10 januari 1970. |
Huijnink, J., ‘Achterbergs Blauwzuur: poëzie van persoonlijke ellende.’ In: Nieuwe Rotterdamse courant 10 januari 1970. |
Jong, M.J.G. de, ‘Achterberg tegen de psychiaters.’ In: Elseviers weekblad 14 februari 1970. |
Jonkers, H., ‘Achterbergs achtergehouden bundel.’ In: Eindhovens dagblad 25 oktober 1969. |
Joppe, J., ‘Blauwzuur, postume poëziebundel van Achterberg.’ In: Provinciale Zeeuwsche courant 6 september 1969. |
[Kelk, C.J.], ‘Blauwzuur. Gerrit Achterberg.’ In: De groene Amsterdammer 1 november 1969. |
Kruithof, J., ‘Gerrit Achterberg relativerend.’ In: Vrij Nederland 18 oktober 1969. |
Longie, A. de, ‘[Recensie van Blauwzuur.]’ In: Nieuwe stemmen 28 (1971-1972), p. 149-150. |
Moor, W. de, ‘Een noodkreet uit het asyl.’ In: De tijd 18 oktober 1969. |
Morriën, A., ‘Achterbergs gedichten uit het zenuwhuis.’ In: Het parool 22 november 1969. |
Paardenkooper, J., ‘Blauwzuur van Achterberg.’ In: Haarlems dagblad 22 november 1969. |
Panhuysen, J., ‘Verzen uit een gesticht. Nieuwe bundel van Gerrit Achterberg.’ In: Het Binnenhof 22 november 1969. |
Roggeman, W.M., ‘Achterberg in het asiel.’ In: Het laatste nieuws 30 oktober 1969. |
Roy, P. le, ‘Van proeve tot meesterstuk.’ In: De periscoop 20.7 (1969-1970), p. 2. |
Santvoort, H. van, ‘De hoop is een krijtwit kind, dat lacht tegen de rover, die het slacht.’ In: De nieuwe linie 1 november 1969. |
Spruyt, G., ‘Blauwzuur, een nagelaten dichtbundel.’ In: Brabants nieuwsblad 25 oktober 1969. |
Warren, H., ‘Gedichten, oude en nieuwe.’ In: Provinciale Zeeuwsche courant 1 november 1969. |
Wit, K. de, ‘Naar het leven beschreven.’ In: Leeuwarder courant 8 november 1969. |
| |
| |
| |
52.2 Zeven gedichten (1979)
Zeven gedichten verscheen in augustus 1979 ter gelegenheid van het afscheid van Tine van Buul en Reinold Kuipers van uitgeverij Querido. De bundel werd gedrukt in een oplage van 150 exemplaren door de Zondagsdrukker, waarachter Reinold Kuipers schuilgaat.
De uitgave bevat zeven ongebundelde gedichten, waarvan zes door Achterberg zelf in tijdschriften waren gepubliceerd. Deze gedichten zijn ook opgenomen in de eerste druk van R.L.K. Fokkema's Varianten bij Achterberg (1973).Ga naar voetnoot11 Dat geldt niet voor [484] ‘Herfst’, een nagelaten gedicht dat in 1962 door Ed. Hoornik in De gids openbaar werd gemaakt.Ga naar voetnoot12 Van Zeven gedichten zijn zowel de kopij - bestaande uit typoscripten die zijn vervaardigd op basis van de oorspronkelijke tijdschriftpublicaties - als twee drukproeven overgeleverd, die zijn gecorrigeerd door Daisy Wolthers. De kopij en proeven blijven in deze uitgave verder buiten beschouwing.Ga naar voetnoot13 De tekst van de gedichten is in Zeven gedichten in de nieuwe spelling gezet, met uitzondering van de naamvals-n. De samenstelling van de bundel is als volgt:
[Omslag] |
Gerrit Achterberg [/] Zeven gedichtenGa naar voetnoot14 |
[1-11] |
[blanco] |
[1] |
Zeven gedichten |
[2] |
[blanco] |
[3] |
Gerrit Achterberg [/] Zeven gedichten [//] Te Amstelveen bij de Zondagsdrukker in 1979 |
[4] |
Copyright © 1979 by J.C. Achterberg-van Baak |
[5] |
Inhoud [volgt inhoudsopgave] |
[6] |
[blanco] |
7 |
[89] ‘Het lied om doodswil’ |
8 |
[145] ‘Gij die mij voert...’ |
9 |
[150] ‘Nu ik...’ |
10 |
[219] ‘Laat mij...’ |
11-12 |
[411] ‘Ambtman’ |
13 |
[484] ‘Herfst’ |
14 |
[1014] ‘Drieluikje voor Jany’ |
[15] |
Colofon [//] Zeven gedichten door Gerrit Achterberg zijn [/] hier voor het eerst bijeen, als Zeven gedichten. Zij [/] zijn van 1930 tot 1962 in tijdschriften verschenen [/] maar geen van alle eerder |
| |
| |
|
gebundeld. Met ‘Ambt- [/] man’ is dit uitdrukkelijk niet gebeurd. De spelling [/] is volgens het latere gebruik van de dichter met [/] mate vereenvoudigd. [/] Met permissie van Cathrien Achterberg be- [/] stemmen Tine van Buul en Reinold Kuipers dit [/] uitgaafje bij hun vertrek van Em. Querido's Uit- [/] geverij b.v. als groet voor hen van wie zij niet echt [/] afscheid nemen. [/] Gerrit Achterbergs Zeven gedichten is in 1979 [/] door de Zondagsdrukker met de hand gezet, uit [/] de Janson, en, met Ingrespapieren, voor hem bui- [/] tenshuis voltooid. De oplaag is 150 exemplaren. |
[16-18] |
[blanco] |
[Omslag] |
|
Het bundeltje kwam niet in de handel en is - voorzover bekend - niet besproken. De zeven gedichten werden opgenomen in de achtste druk van Verzamelde gedichten (1984). In de tiende druk (1988) werd [484] ‘Herfst’ uit de uitgave verwijderd, omdat het tot de ongepubliceerde gedichten behoort.
| |
52.3 Achtergebleven gedichten (1980)
In zijn artikel ‘Onbekende gedichten van Achterberg’, in de Nieuwe Rotterdamse courant van 16 mei 1980, maakte Jan Vermeulen bekend dat hij in het bezit was van een kleine dertig ongepubliceerde gedichten van Achterberg. Hij had de gedichten in de oorlogsjaren van Achterbergs manuscripten gekopieerd en ze sindsdien zorgvuldig bewaard. In eerste instantie was Vermeulen weinig onder de indruk van zijn bezit
omdat ik wist dat het ‘jeugdwerk’ betrof, dat grotendeels ontstaan moet zijn vóór 1943 en voor een deel zelfs vóór het cruciale jaar 1937, en ook omdat ik veronderstelde dat Achterberg ze om die reden niet in een van zijn na-oorlogse bundels had opgenomen. Deze gedichten vormden als het ware de ‘restanten’ van wat er ná de samenstelling van bundels als Morendo, Inertie, Sintels en Eurydice nog overgebleven was. De dichter had ze om redenen die ik had te respecteren blijkbaar niet voor publikatie bestemd.
Toen Vermeulen de gedichten in 1979 weer eens te voorschijn haalde, oordeelde hij anders: ‘Wat me nog het meest verbaasde was, dat gedichten waarvan ik vroeger het gehalte aan poëzie nooit erg hoog had aangeslagen, mij nu - zevenendertig jaar later - voorkwamen als onmisbare bestanddelen van Achterbergs oeuvre.’ Hij zocht contact met Cathrien Achterberg-van Baak, in de veronderstelling ‘dat deze gedichten zich óók in Gerrits nalatenschap zouden bevinden’, maar dat bleek niet het geval. Vermeulen signaleerde het probleem dat de gedichten ‘alleen in mijn handschrift bestaan’, maar stelde hier tegenover: ‘Maar iedereen die zich ooit enigszins in de poëzie van Achterberg heeft verdiept, zal
| |
| |
onmiddellijk van de authenticiteit van dit werk overtuigd zijn. [...] Het heeft mij veel genoegen gedaan dat Cathrien Achterberg vrijwel terstond heeft ingezien dat deze gedichten gepubliceerd moesten worden. Dat zal gebeuren in het vroege najaar, bij Em. Querido's Uitgeverij te Amsterdam.’
Achtergebleven gedichten verscheen in december 1980 in een oplage van 4250 exemplaren. De spelling van de gedichten werd aangepast, uitgezonderd de naamvals-n. De samenstelling van de bundel is als volgt:
[Stofomslag] |
Gerrit [/] Achterberg [/] Achtergebleven [/] gedichten [//] QueridoGa naar voetnoot15 |
[Band voorplat] |
|
[Schutblad] |
|
[1] |
achtergebleven gedichten |
[2] |
[blanco] |
[3] |
Gerrit [/] Achterberg [/] Achtergebleven [/] gedichten [//] [vignet] [/] Amsterdam [/] Em. Querido's Uitgeverij bv [/] 1980 |
[4] |
Copyright © 1980 by J.C. Achterberg-van Baak, Leusden. [volgt copyright-clausule] |
5 |
[178] ‘In deze zuivere duisternis,’ |
6 |
[179] ‘Vol van avonddauw en donker’ |
7 |
[181] ‘Het wordt mijn laatste, grootste avontuur:’ |
8 |
[189] ‘Misschien staat in mijn naam alleen de dood’ |
9 |
[190] ‘Nu zich het einde nog bezint,’ |
10 |
[180] ‘Weemoed omdat de dood het weet,’ |
11 |
[183] ‘Omdat het niet ontwaken kan’ |
12 |
[182] ‘Tuin van herfstdag bij haar thuis’ |
13 |
[185] ‘Ik ga naar de stations waar de atomen zweven’ |
14 |
[186] ‘Stuk laten liggen wat niet is te helen,’ |
15 |
[194] ‘Nu mijn leven verlopen moet:’ |
16 |
[197] ‘In welk dorp zijt gij verdronken,’ |
17 |
[562] ‘Hij die het spoor verloren is’ |
18 |
[506] ‘Erbarmelijk geboren,’ |
19 |
[175] ‘Ik heb geen naam tussen u nodig en mijn eer’ |
20 |
[195] ‘Het is van zijnen heer, al wat hem is gegeven’ |
21 |
[196] ‘Bij perioden was hij demon en weer dichter’ |
22 |
[199] ‘Ik wil met haar begraven worden in één graf,’ |
23 |
[200] ‘Zij zullen alles doen haar te verdonkeremanen’ |
24 |
[201] ‘Ik droomde dat zij bij mij zat en met mijn handen speelde’ |
25 |
[203] ‘Alles zinkt van mij af, ik draag geen wereld meer’ |
26 |
[191] ‘Nu is het tijd om naar uw hart te reizen’ |
27 |
[176] ‘Dit is de idylle van het nichtje op bezoek:’ |
| |
| |
28 |
[434] ‘Volk en vaderland’ |
29 |
[465] ‘Nijhoff’ |
30 |
[492] ‘Ter Braak’ |
31 |
[440] ‘Gerard den Brabander’ |
[32] |
[blanco] |
33-34 |
inhoud [volgt inhoudsopgave] |
35-36 |
verantwoording [volgt de verantwoording door Jan Vermeulen]Ga naar voetnoot16 |
[Schutblad] |
|
[Band achterplat] |
|
[Stofomslag] |
|
De bundel werd niet opgenomen in de Verzamelde gedichten. In de colofon van de achtste druk (1984), waarin Zeven gedichten wel een plaats kreeg, wordt daarover opgemerkt: ‘Daar de dichter de gedichten in Achtergebleven gedichten (1980), waarin Acht kwatrijnen (1980) is herdrukt, niet zelf heeft gepubliceerd, zal deze bundel in een historisch-kritische uitgave (in voorbereiding) worden opgenomen.’Ga naar voetnoot17
Van Achtergebleven gedichten verschenen de volgende recensies:
Bouwers, L.L., ‘Een achtergebleven gedicht van Gerrit Achterberg.’ In: Nederlands dagblad 24 oktober 1981. |
Büch, B., ‘Gesol met werk van Achterberg.’ In: Het parool 13 februari 1981. |
Fens, K., ‘Achtergebleven.’ In: De standaard 9 januari 1981. |
Hazeu, W., ‘Curieus basismateriaal van een bezeten dichter.’ In: Hervormd Nederland 14 februari 1981. |
Linden, P. van der, ‘O lied, dat sterft of staat met mijn geloof.’ In: De nieuwe linie 4 februari 1981. |
Poortere, J. de, ‘[Recensie van Achtergebleven gedichten.]’ In: Poëziekrant 6.1 (1982), p. 6. |
Schipper, J., ‘Achtergebleven gedichten van Gerrit Achterberg.’ In: Reformatorisch dagblad 20 februari 1981. |
Smit, G., ‘Achterberg.’ In: Literama 15 (1980-1981), p. 401-402. |
Straten, H. van, ‘Verrassend stapeltje verzen van Achterberg.’ In: Utrechts nieuwsblad 8 januari 1981. |
V., A., ‘Achtergebleven gedichten.’ In: Eindhovens dagblad 10 februari 1981. |
| |
| |
Warren, H., ‘Gedichten. Achterberg, Gerhardt, Vroman.’ In: Provinciale Zeeuwsche courant 31 januari 1981. |
Zuiderent, A., ‘Achterberg, Hamelink en Buddingh’. Gedichten bij de dood en bij het alledaagse.’ In: De tijd 23 januari 1981. |
|
-
voetnoot1
-
Varianten bij Achterberg zou uiteindelijk in 1973 door Querido worden uitgegeven.
-
voetnoot2
- Deze bepaling is inderdaad opgenomen in het contract, dat gedateerd is 12 maart 1969.
-
voetnoot3
- Doorslag brief, collectie Achterberg.
-
voetnoot4
- Zie voor de tekst van de ‘Aantekening’ Bijlage 6.
-
voetnoot5
- Zie over de ‘Aantekening’ verder: R.L.K. Fokkema, ‘“Blauwzuur” als editorisch probleem.’
-
voetnoot7
- Bij dit nieuwe bundeltyposcript is ook het typoscript van de ‘Aantekening’ overgeleverd.
-
voetnoot8
- Zie de in § 31.4.2 geciteerde brief van Bert Bakker aan Paul Rodenko van 25 mei 1962.
-
voetnoot9
- Zie de reproductie in Schrijvers prentenboek, p. 57.
-
voetnoot10
- Zie voor de tekst van de ‘Aantekening’ Bijlage 6.
-
voetnoot11
- Zie aldaar, dl. 1, bijlage c, p. 392-399.
-
voetnoot12
- Dit gedicht werd vervolgens ook opgenomen in de tweede druk van Varianten bij Achterberg (1980).
-
voetnoot13
- Ze bevinden zich in de collectie R. Kuipers van het nlmd.
-
voetnoot14
- Zie de reproductie in Schrijvers prentenboek, p. 57.
-
voetnoot15
- Zie de reproductie in Schrijvers prentenboek, p. 57.
-
voetnoot16
- Zie voor de tekst van de ‘Verantwoording’ Bijlage 7.
-
voetnoot17
-
Verzamelde gedichten8, p. 1064. De uitgave Acht kwatrijnen - door de Avalon Pers uitgegeven in een oplage van 30 exemplaren (Woubrugge, 1980) - blijft hier verder buiten beschouwing.
|