Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 514]
| |
[1010-1013] Ballade van de tijd[1010] Memorandum(aant.)Punt waar de nacht zijn rooster opendoet:
een put met roet en kabbelende slijken.
Maar u regel na regel weer bereiken,
als treden van een ladder voor mijn voet.
5[regelnummer]
Onder het klimmen naar de bodem kijken,
hoe zich de spiegel in het donker spoedt.
Me langs de stenen wand voelen ontwijken.
Staan op de rand vol nieuwe overmoed.
Het zonlicht binnen de zoveelste keer,
10[regelnummer]
heb ik vandaag een andere datum voor,
in een dagboek geschreven en vergeten.
Nergens te achterhalen in 't weleer,
ga ik tussen de middag bij u eten,
gewoon een heer die komt van zijn kantoor.
|
|