Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 510]
| |
[1005] Oreade(aant.)Een oreade, bergen, die ik ken,
bevindt zich in uw binnenste van goud.
Gisteren reed ik in het Zwarte Woud
met voorgevoelens door de nevelen.
5[regelnummer]
Dan opende zich Zwitserland, lag oud
een zilverveld over uw kegelen
de ongenaakbaarheid te zegelen
van wie ge voor mij opgesloten houdt.
De weg verdwijnt achter een kartelrand
10[regelnummer]
en stippelt nog aan uw benedenkant.
Langs onder moet ik wezen: via holen
voorvaderbeenderen, schatten gestolen,
de draak verslaan met harde hyperbolen,
en trappen op tot bij uw zwaartepunt;
15[regelnummer]
indien de elfenkoning het vergunt.
|
|