Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[966B] Nebo(aant.)Morendo met de goederentreinen ver
achter de bergen en het landgoed meer
onteigend voelen worden, elke keer
definitiever aan het wanbeheer
5[regelnummer]
onttrokken door het rijk; de wildbaan leeg.
Landmeters in d'oranjerie. Ik kreeg
wegwerkers in het poortgebouw; en zweeg.
Ik breng u met geen woorden meer te weeg.
Naarmate mijn gedachten u vermalen,
10[regelnummer]
breken de nachten uit hun lange spleten
en komt een ijlte in mijn ogen staan.
Verbouwereerd zie ik de sterren stralen
op landen van belofte, ongemeten,
en wil zonder verwijl naar binnen gaan.
|
|