Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[919] Kerstmis(aant.)Klokken haalden mij uit de slaap vandaan.
Kerstmis over den Haag om middernacht.
Hij, die ik altijd weer te wezen placht
trok uit mij weg en kwam alleen te staan.
5[regelnummer]
Ik keek tegen mijn eigen leven aan,
alsof een ander het had doorgebracht.
Een lege helderheid betrok de wacht
tussen mij en het opgeschoven raam.
De stad verstomde. Mijn verbeelding ging
10[regelnummer]
over de torens heen naar Bethlehem.
2000 jaren her is daar een kind
zojuist geboren en de moeder windt
het in een doek. De ezel en de man
kijken verlegen toe. De engel zingt.
|
|