Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[457] Embryo(aant.)Onder den morgen liggen wij bijeen.
Ik kan u uit het donker nemen,
dat naast mij staat, zonder gewin;
er gaat geen stroming naar u henen.
5[regelnummer]
Alles is stil. Wij moeten menen
elkaar te zijn, te wezen in
dezelfde bladen van een bloem;
het ongebroken samenschap
van vezel, geur en sap.
10[regelnummer]
Elkander noemen en bezien
zonder verschil in zijn.
Geen dood arduin
of steenen traan
omvat de kern
15[regelnummer]
der teelaarde tusschen ons.
Bladmoes en mos.
Ons bewustzijn:
humus;
spons.
|
|