Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[356] Monade(aant.)De wind in de winterhagen
zegt: er is niets meer over
van liefde's welbehagen;
ik heb het weggedragen,
5[regelnummer]
de wereld uit en de sterren over.
De zeeën door, in achterlanden,
bij de nog nooit genoemden,
staat het tusschen de bloemen.
In der wateren binnenlanden
10[regelnummer]
is het de eene golf geworden
over de andere.
Het woont bij de verdoemden
van Dartmoor en Leeuwarden.
|
|