Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[97] Achtergebleven(aant.)Ze lachte traag, haar lach weende beneden
en aan de onderzijde blonk de dood.
Zij was hier tusschen ingegaan, vervreemdde
meer van zich zelf naardat haar leven vlood.
5[regelnummer]
Zij had het beste van haar hart vergaderd
om een, die zij ten doode toe verkoos,
te redden, maar de storm had hem beschadigd,
die in haar bloed zijn oorsprong koos.
Nu zit zij neder als achtergelaten
10[regelnummer]
en telt de uren in haar stille schoot
die haar nog scheiden van het laatste:
zijn keeren op de winden van den dood.
|
|