De zangvogeltjes. Deel 6(1896)–Franz Abt– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende 13. Zomernacht. Gematigd. 1. Zomernacht, Zomernacht, Rus-tig naakt gij, kalm en zacht! 't Windje fluistert door de dre-ven, 2. Zomernacht, Zomernacht, On-be - schrijf - baar is uw pracht! Mil-li - oe-nen star - ren lich-ten, 3. Zomernacht, Zomernacht, Zij mijn dank u toe - ge-bracht! 't Harte doet ge er-kent - lijk spreken: [pagina 19] [p. 19] 'k Voel Gods a - dem om mij zwe - ven Go-des eer komt gij ver - melden, Daalt ge op akkers, bosschen, velden. Rus-tig naakt gij, kalm en zacht, Zo-mer-nacht! Rustig naakt gij, kalm en zacht,}Zo - mer - nacht! Waar 'k mijn oog om-hoog mag rich - ten! Sla 'k het ne - der voor mijn voeten - Dui-zend bloemen, die mij groeten. On-beschrijfbaar is uw pracht, Zo-mer-nacht! On-be- schrijfbaar is uw pracht,}Zo - mer - nacht! Van Gods goedheid zijt ge een tee - ken Hij, die u kon toe - be - reiden, Wil me op 't levenspad ge - leiden! Zij mijn dank u toe - ge - bracht, Zo-mer-nacht! Zij mijn dank u toe - ge - bracht,}Zo - mer - nacht! Vorige Volgende