8. Processen tegen dieren.
Iedere lente komen groote zwermen van dieren te voorschijn, die alles, wat groeit en bloeit, den oorlog verklaren: slakken, rupsen, kevers, - kortom, dieren van allerlei aard en levenswijze.
In den tegenwoordigen tijd doet de wetenschap vaak den boer of den tuinman de middelen aan de hand, om dat ongedierte zooveel mogelijk onschadelijk te maken, maar eeuwen geleden was er in dit opzicht van wetenschappelijke voorlichting natuurlijk geen sprake.
Wat deed men in die gevallen toen?
Wel, men nam vaak zijn toevlucht tot... de gerechtshoven!
Wij, kinderen van de twintigste eeuw, lachen daar om; maar in de dagen, waarvan ik hier spreek, was 't den menschen volkomen ernst, wanneer ze het gerecht in den arm namen, om de rampen, waaronder de landbouw leed ten gevolge van insectenvraat of ten gevolge van andere rampen, te beteugelen. Je moet denken: de menschen zagen in dergelijke rampen een misdaad, begaan door de dieren, die de verwoestingen aanrichtten; en elke misdaad, dat was de toenmalige overtuiging, moest gestraft worden: onverschillig of degene, die haar had begaan, toerekenbaar was of niet. En zoo kwam men al van zelf tot dierenprocessen.
Voor deze processen bestonden zekere regels, waarvan menig rechtsgeleerde uit dien tijd een bijzondere studie maakte.