Gedichten(1947)–Bertus Aafjes– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 39] [p. 39] Amoureus liedje in den morgenstond (voor clavecymbel) Wanneer ik in den morgenstond, Gezeten bij het vuur, ontroerd Zie hoe het liefje rijgt en snoert Aan het corset met strakken mond, En hoe haar boezem honingblond Zich boven de omheining roert, Alsof haar hart op springen stond, Dan word ik heimelijk gewond, Om zooveel wilde praal en pracht In de baleinen saamgebracht, En zegen met half-open mond De mist, de mei, de morgenstond. Vorige Volgende