Nieuw biographisch, anthologisch en critisch woordenboek van Nederlandsche dichters. Deel 2
(1845)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij[Dorotheus Miskennick]Miskennick (Dorotheus) heeft in het licht gezonden, naar wij vermoeden in 1682, althans de voor het boek geplaatste kerkelijke goedkeuringen zijn beide van dat jaar Het Oprechte Roomsch-Catholyck Mondt-stopperken Vervattende de Verschillen des Geloofs en Kenteeckens der H. Kerck: enz. met een langh | |
[pagina 422]
| |
en de Rymveers der H. Misse enz. Hij hoorde waarschijnlijk in Holland 't huis. Alleen het laatste gedeelte van het boekske, namelijk het rijmveers, 109 coupletten groot, doet hem hier eene plaats vinden; maar welk eene plaats? De lezer oordeele zelf.
Voor-rede.
Looft, o Sion! u Behoeder,
Looft u Leydsman, ende voeder
Met Lofsangh en goet geklank, Eph. 5: 19.
Wat ghy meught, durft vry soo veele,
Want tot sijns lofs minsten deele
Sult ghy wesen veel te kranck.
Christi Avondmaal.
Dit's den Theem des lofs verheven, Joan. 6: 51 53.
Brood, dat leeft, en geeft het leven, Math. 26: 26.
Wort ons heden voorbereyt;
't Welck in 't laatste Avondmaele
Wierd d'Apost'len sonder faele
Eerst gegeven met bescheyt.
Maer dat als doen Christus dede,
Last hy hier te doen met rede
Tot zijnder memorye:
Dat de Kerck met groote eere
Heeft gegeven voor een Leere
Voor Gods eeuwig' gloryeGa naar voetnoot1.
|
|