Nieuw biographisch, anthologisch en critisch woordenboek van Nederlandsche dichters. Deel 2
(1845)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij[Robbert Robbertsz. le Canu]Canu (Robbert Robbertsz. le), Schoolmeester van de groote Zeevaart te Hoorn, woonde in 1590 te Amsterdam, toen hij uitgaf: Korte inleidinge der Feesten Israëls, zijnde regte tijdkaerten waer men in zien mag, hoe veel groote jaren de wereld gestaen heeft, en nog staen zal. Op den titel van den herdruk staat voorts, weder voor de Liefhebbers gedrukt, en van vele letter- en drukfeilen verbetert, met haer toebehorende platen en tydkaerten. Te Franeker voor Jacobus Horreus 1693. ‘Indien’ zegt de geleerde P. RabusGa naar voetnoot2, ‘de rekening van Robbert Robbertzoon den oogen der lezers | |
[pagina 6]
| |
met zoo veel bevalligheid voorkomt, als zijne gedichten voor en achter dit boekje gevoegt, 'k houde mij verzekert, dat ik alleen de man niet zal zijn, die mij een lachje liet ontglippen.’ Hij zegt van zich zelven:
Ik ben een klerksken in Christus scholen.
Ten is geen wonder zoo leerjongens dolen,
Dus stel ik mijn werk, of ik faalyeerde.
Onder verbetering van wyzer Godgeleerde.
Door 't geloove ik dit werk met yver aanvaate;
Om nog beter te leeren sta ik gelaate.
De liedekens die volgen zijn van hetzelfde gehalte. ‘Die zich aan de nieuwere zwier van dichten niet vergaapt,’ zegt de Chalmot, ‘maar met zulk een kost te vreden is zal gewisselijk den drukker van Franeker danken, dat hij dergelijk lang verborgene pareltje weder aan den dag heeft gebragt.Ga naar voetnoot1’ J.C.K. |