Oude liefde in nieuw gewaad, Tibullus nagevolgd. Hoorn 1840.
Losse aanmerkingen en bedenkingen tegen C.W. Opzoomers Kritiek over Scholten, wijsgeerig beoordeeld. Amst. 1848.
De inwijdingsrede van C.W. Opzoomer, ‘de wijsbegeerte der mensch met zich zelven verzoenende,’ uit een wijsgeerig oogpunt beschouwd. Alkmaar 1846.
Eenige bedenkingen en wenken het hooger onderwijs betreffende, voorgesteld, ontwikkeld en beoordeeld. Gouda 1846.
De Kiezers van Wolverasimminfels. Alkmaar 1848.
Tweetal verhalen. In poëzij. Schiedam 1848.
Uitboezeming bij den dood van Willem II, ‘Voorwaarts’ eene stem aan de Natie bij de begrafenis van Willem II. Ald. (Beide in hetzelfde jaar gezamentlijk herdrukt).
Feestzang der Natie toegezongen tegen de plechtige inhuldiging van Koning Willem III. Alkmaar 1849.
Het huisgezin de Groot, te Egmond aan Zee, of het verqaan der Visschers pink de Verwachting Dichterlijk Verhaal. Almaar 1849.
Eene politieke Satire of ‘'t Is niet alles goud wat er blinkt,’ benevens een Drama: de Ultra's of de intriguanten, zoo conservatieven als liberalen. Alkmaar 1850.
Bloemen en vruchten. Haarlem 1851.
Dichterlijke toespraak bij de vereeniging van Oud-Studenten te Leiden op 30 Augustus 1853. (Herdrukt in de Reisbeelden en Droomen, bl. 119. Alkmaar 1853.
Ter nagedachtenis van H. Tollens. Alkmaar 1856.
Fabelen en Satyren van Skirtopodes. Alkmaar 1857.
Reisbeelden en Droomen, enz. Alkmaar 1858.
Onze onsterfelijkheid gehandhaafd tegen de materialistische Natuurkunde van onzen tijd. Alkmaar 1858.
Vluchtige schetsen van het Kristallen paleis te Sydenham. Alkmaar 1859.
Het Kasteel Hampton-Court nabij Londen, in den zomer van 1858 bezocht. Alkmaar 1859.
Objectieve en Subjectieve poëzij. Historische, dramatische bij losse gedachten. Amst. 1860.
Indrukken en avonturen op een reis door Italië in 1861. Schoonhoven 1862.
Nieuwe fabelen en satyren van Skirtopodes en zijn Vriend. Amsterdam 1868.
Zie Levensb. d. Maats. v. Ned. Letterk. 1871.