[Johan Frederik Willem, baron van Spaen tot Biljoen]
SPAEN TOT BILJOEN (Johan Frederik Willem, baron van), heer van Ringelerberg, Rosande en de Werfhorst, raad en eerste rekenmeester van Gelderland. In lateren tijd, na het bedaren der omwentelingskoorts, werd hij tot lid van het departementaal-bestuur aangesteld, en bleef in hetzelve tot dat ten jare 1807, de landdrossten benoemd werden. In 1791 werd hij door den stadhouder tot curator der Geldersche Hoogeschool aangesteld, doch in 1795 van dien post ontzet, waarin hij echter in 1802 hersteld werd. Met warmte behartigde hij de belangen der hoogeschool. Ook was hij een ijverig voorstander van kunsten en wetenschappen. Sedert 1797 onthield hij zich jaarlijks een maand buiten 's lands, om de belangrijkste wetenschappelijke inrigtingen gade te slaan en na te sporen. Bij besluit van den souv. vorst van den 18 Januarij 1814 werd aan van Spaen opgedragen, de commissie tot organisatie van het hooger onderwijs mondeling of schriftelijk met zijnen raad bij te staan. Weldra zag hij zich tot curator der Utrechtsche Academie aangesteld, en woonde, in die betrekking nog in 1827 haar feest bij. Maar ten zelfden jare stierf hij in tachtig jarigen ouderdom.
Zie Goudoever, Oratio de Petrarcha in Ann. Ac. Rh. Traj. 1827-1828; Bouman, Gesch. d. Geld. Hooges., D. I. bl. 34. D. II. bl. 462-476, 482, 626; Kobus en de Rivecourt.