Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 17. Eerste stuk

[Jacobus Scheidius]

SCHEIDIUS (Jacobus), broeder van den vorige, geb. 1754, studeerde te Harderwijk, onder zijns broeders leiding, van den 17 November 1766 tot in den loop van 1771 of 1772. In 1776

[p. 246]

werd hij Fransch predikant te Nijmegen en kwam toen (1780) voor den godgeleerden katheder in aanmerking, vervolgens diende hij de Waalsche gemeente te Delft in 1801 toen hij overleed. Hij heeft zich bekend gemaakt door een Glossarium Arabico-Lat. manuale, L.B. 1769, 1787. 4^o., en het eerste deel van een Bijbelsch Huisboek, bevattende de 5 eerste boeken van Mozes, na zijn overlijden vervolgd en voleindigd door Carl Willem Stronk, predikant te Dordrecht. Hij is door Fonquet geteekend en door Crétien in physionotrace gegraveerd.

Zie Bouman, Gesch. d. Geld. Hooges., D. II. bl. 378, 419; Stronck, Voorr. v.h. Bijbelsch Huisboek, D. II; Glasius, Godgel. Nederl.; Clarisse, in Rec. v.d. Recc., I. 557 volgg.; Bibl. Hag., T. II. p. 641; Alg. Vaderl. Letteroef., 1801. bl. 420; Schotel, Leven van Stronck.