Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 12. Eerste stuk

[Willem Mennens]

MENNENS (Willem), zoon van Willem Mennens en Mechteld van Doorne, werd in 1525 te Antwerpen geboren. Hij beoefende de poezij, natuurkunde, godgeleerdheid, geneeskunde, chemie, en was een der zoekers naar

‘........ la benoîte pierre,

Qui peut seul enrichir tous les Rois de la terre.

Hij overleed [28 Dec. 1608 in den ouderdom van 83 jaren. Men heeft van hem, behalve eene uitgaaf der gedichten van Adriaan Schoreel (zie dit artikel):

Aurei Velleris, sive sacrae Philosophiae vatum selectae ac unicae, Mysteriorumque Dei, Naturae et Artis Admirabilium libri tres. Antv. 1604. 4^o., opgedragen aan Karel, hertog van Croy en Aerschot.

Paquot schrijft nopens dit werk: ‘Cet ouvrage est une histoire allégorique, symbolique, physique, chimique et alchimique de Gedéon et de Jason: ou, si vous voulez, c'est un ramas de visions, qu'on a inseré avec divers autres de cette trempe dans le Theatrum Chemicum. Argent, 1622. 1659. 12^o.

Zie Sweertius, Ath. Belg. p. 315; Val. Andreas, Bibl. Belg. p. 329; Foppens, Bibl. Belg. T. I. p. 415; Mercklini, Linden. renov. p. 381; Paquot, Mém. T. II. p. 671, 672; Moreri, Jöcher.