Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 8. Tweede stuk
(1867)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 1408]
| |
zijne Verhandeling over den staat van het christendom bij de opkomst van Mahomed. Hij arbeidde mede aan het aanvullen en vervolgen van het Kerkelijk Plakaatboek, waarvan de twee eerste deelen in 1722 en 1735 waren in het licht verschenen en niet verder liepen dan het laatstgemelde jaar. Het derde deel verscheen in 1792, het vierde in 1793, het vijfde, loopende tot 1795, in 1807. Vroeger was van hem in 't licht verschenen: Verklaring over de prophetie van Jona, Utr. 1777, 8o. De XXV Psalm verklaard en toegepast, Utr. 1784, 8o.
Zie Verhand. van Teyler's Godgel Genoots. 1785, D. V. bl. 89 tot 283; Kist en Royaards, Archief voor Kerk. Geschied., D. V. bl. 296; Levensber. van J.W. te Water, bl. 105; Brans, Regist der Pred. van Zuidh, bl. 165; Boekz. over de genoemde jaren, 1782, a., bl. 346, 1811 of 1812; Abcoude en Arrenberg, Naamr., (druk 1788) bl. 254. |
|