uit edel bloed gesproten, geboortig en wonende te Gent, waar hij in 1564 ontvanger der openbare werken, in 1566 schatmeester en gedurende verscheidenen jaren schepen was, en in 1579 door de Algemeene Staten tot Baljuw over het land van Waas benoemd werd.
Zie Te Water, Verbond en Smeekschrift der Edelen. D. II. bl 429; J.C. de Jonge, de Unie van Brussel. bl. 196, 197; de l'Espinoy, Recherche des Antiquités et Nobl. de Flandre p. 208.