[Willem Boudewijn Donker Curtius van Tienhoven]
DONKER CURTIUS van Tienhoven (Willem Boudewijn), was te 's Hertogenbosch den 29sten December 1778 geboren, en werd, na zijne bevordering tot Doctor in de Regten in verschillende regterlijke betrekkingen geplaatst. In 1832, bij de invoering der nieuwe wetgeving, werd hij aan het hoofd der Magistratuur van ons Vaderland geplaatst, eerst als vicepresident, later als President van den Hoogen Raad der Nederlanden. Tot voor weinige jaren vóór zijnen dood vervulde hij die betrekking, toen hij ten gevolge van hoogen ouderdom zijn eervol ontslag vroeg, en bekwam, en den titel van Minister van staat erlangde. Hij overleed te 's Gravenhage den 16den April 1858 en was Commandeur der orde van den Nederlandschen leeuw en Ridder met de star der orde van de Eikenkroon. Hij schreef de volgende werken:
Bijdragen tot den Waterstaat der Nederlanden, en vervolg op dezelven, Dordr. 1819. 8o. 2 stukken, met kaart.
Vrijmoedige gedachten op het ontwerp van burgerlijk wetboek, zooverre hetzelve aan de Staten Generaal is voorgedragen, Dordr. 1819-1820. 8o. 6 stukken.
Over de theorie der straffen en het bewijs der misdaden naar het ontwerp van het strafwetboek van de Nederlanden, Utr. 1827. 8o.
Zie de Jong, Alphab. Naaml. van Bock.; Frederik Muller,